vrijdag 29 december 2023

De laatste. Mazzel!

 Ik heb mijn bijdrage aan de economie in het algemeen en de luchtvaart in het bijzonder wel gedaan, al zeg ik het zelf.
Op eerste kerstdag werken, oudjaarsdag werken, alsof ik geen gezin heb.
Maar goed, ik heb wel een kleine vakantie verdiend, en die neem ik vanaf nieuwjaarsdag op.
Dus nadat ik een groot deel van het reizende volk heb verplaatst, mag ik gelijk mijn kop eraf zuipen, mijn auto voor welverdiend onderhoud naar vriendje Ken brengen en dan reis ik af naar Engeland, naar vader-lief om daar eventjes tot rust te komen.
Ikzelf, want Jente vond het eiland wat saaiig, zonder aanspraak van leeftijdsgenootjes of speelkameraadjes die ze kan verstaan. En daarmee dus ook zonder Ilse, omdat we het nog wat onverstandig vinden om Jente gedurende 4 dagen alleen te laten. De verzekering zal veel dekken, maar ik denk dat ze moeilijke vragen gaan stellen bij een in real-life uitgevoerde versie van Home Alone.
Omdat het de bedoeling is dat mijn vader mee terugreist naar Nederland voor wat transactionele en familiaire bezoekjes zo her en der en hij daarmee een blik kan werpen op zijn jongste kleinkind, vond ik het in dit geval gerechtvaardigd om aan Jente's wens te voldoen om niet mee te hoeven. Anders had ik haar simpelweg in een koffer gepropt, want zovaak ziet ze die opa niet, en dat ene kleine weekje per jaar, moet gewoon kunnen.
Die vroege diensten.... Ik sta daar nogal ambivalent tegenover. Het ultra-vroege naar bed gaan, het ultra-vroege opstaan. Ik voel me in de ochtend echt minder mens. Ik moet echt even de tijd krijgen om op temperatuur te komen, zeg maar.
Van de week werd ik wakker met een aansteker in mijn hand. Heel vreemd. Geen zorgen, het huis staat nog, niemand is tot kool gefikt. Dus tijd voor vakanties, en weer wat late diensten. Dan ben ik iets menselijker voor mijn omgeving.

En dat kan geen kwaad. Want ik kwam van de week thuis van een vroege dienst, om een druk bezette straat in te rijden. Dat kan. Wat mij echter tot op het bot kan irriteren, is het feit dat er dan een of andere trut in een volkswagen up 2 parkeerplekken voor mijn deur staat in te nemen. Dan heb je het kleinste, kuttigste, nikszeggendste autootje, neem je er 2 plekken mee in beslag. Leert godnondeju inparkeren.
Mijn eerste reactie was mijn auto pontificaal op straat laten staan, een briefje onder de ruit met het huisnummer erop, en ze kan aanbellen als ze weg wil. Kan ik haar gelijk eventjes de huid volschelden.
Maar goed, het wordt vroeg donker, en ik zag dat er op (naar mijn maatstaven) loopafstand ook een plekje vrij was gekomen. Om het mijn buurtgenoten niet al te moeilijk te maken besloot ik mijn auto in dat vak te kwakken, en het briefje te vervangen door een briefje met het nummer van een rijschool voor een paar extra lessen inparkeren.
Ik zat te dubben tussen dat briefje, of alle rollen ducttape die ik kan kopen erom wikkelen, of dat kutkarretje simpelweg omduwen.
Kortom: ik ben na veel ochtenddiensten gewoon minder feestelijk in de omgang.

Ik moet zeggen dat ik wat blogs betreft ook wel klaar ben voor dit jaar.
Genoeg geouwehoerd, genoeg meningen gegeven. Genoeg verbazing, en vooruit: ondanks dat ik me had voorgenomen om het bij verbazing te houden, ook genoeg irritatie op het www geknald.
Ik hoop dat mijn schrijfsels over avonturen van en met mijn gezin, mijn avonturen op dat gekke Schiphol en daarbuiten, jullie, de lezers hebben vermaakt. Tot glimlachjes hebben kunnen verleiden.
En hoe mooi zou het zijn als de komende jaarwisseling eens niet gepaard gaat met vernielingen, geweld en ellende. Dat de traumachirurgen, oogartsen en andere medici ook eens een glaasje champagne achterover kunnen kegelen. Dat de politie eens niet in allemaal wijken charges hoeft uit te voeren, waarna er weer allemaal gemekker komt. Dat de brandweer eens niet hoeft uit te rukken omdat volstrekt gestoorde lowlife's hun eigen ranzige nest in de fik zetten.
Kortom: dat het een mooi feestje mag worden. Zelf denk ik dat ik het niet haal, om om 0:00 uur nog wakker te zijn. Ik moet ten slotte om 03:45 uur al op voor de laatste ochtenddienst.
Vanuit deze kant van de glasvezelkabel wens ik iedereen een veel beter 2024 toe. Met vooral veel positieve tevredenheid.

Goeie voornemens zijn niet echt aan mij besteedt. De dingen die ik zou kunnen verbeteren, zijn in al hun matigheid al zo diep in gesleten, dat het toch niet lukt. En dat zijn er ook niet denderend veel, lijkt me. Zonde van de eventuele moeite. Plannen voor volgend jaar meer dan genoeg, en wellicht lukt het me om er ten minste één van te verwezenlijken.

Dit geschreven hebbende, wens ik eenieder een feestelijk en goed weekend toe.

Proost en tot de volgende blog.



vrijdag 22 december 2023

Klussen en kerst.

 Een weekendje klussen. En hoe ging dat nu, bij 2 adhd'ers en 1 dito kind?
We waren succesvol. Ik had ook niet anders verwacht, moet ik zeggen. Het in elkaar zetten van Ikea ameubelementen leidt bij ons zelden tot nooit tot echtscheidingen, een wisse dood of erger.
Soms moest ik even tot de orde geroepen worden, soms moest ik Ilse een beetje sturing geven, zeker toen ze mijn vinger klem zette tussen diverse panelen. En één keer moest ik serieus op haar mopperen toen ze een zware plaat tegen mijn kop aan bonkte, maar..... de meubelen staan. En tot onze blijdschap wat betreft het eindresultaat, moet ik zeggen.
Mijn vitrinekasten beneden hebben het veld moeten ruimen (daarover later meer), maar daarvoor kreeg ik een hele rij aan kastruimte terug, waarin ik de inhoud van beide kasten goed kwijt kon.
Dat betrof de kast welke wij zaterdag in elkaar aan het zetten waren.
De betreffende vitrine moest tijdelijk even in de gang geparkeerd worden, tot nader order.
Zondag gingen we aan de slag met de kast in Jente's kamer. Jente heeft namelijk een grotere kast nodig, tot mijn verbijstering. Het kind kan dagelijks 3x een compleet nieuwe set kleren aantrekken, en dat gedurende 30 dagen lang. En dan reken ik de verkleedkleren niet mee.
Ik vrees voor het moment dat de behaatjes hun intrede doen, want dan moet ik een 12-voets zeecontainer in de tuin gaan zetten.
Zoals u wel zal weten, worden die kasten van de Ikea geleverd in een hoeveelheid kartonnen verpakking, waarvoor ze het hele regenwoud in Zuid Amerika hebben moeten kappen.
Op zich voor het creatieve brein van mijn kind leuk, die met al dat karton ter plekke allemaal huisjes en hutjes verzint.
Of we wilden roepen als we weer een lading karton de trap af lieten denderen, want precies daar had ons kind gedacht dat het een waanzinnig goed plan zou zijn om een hut te bouwen. Tussen kattenbak, tijdelijk geparkeerde vitrinekast en trap in, zeg maar.
Dus ik riep dat er weer een stapel karton naar beneden zou komen zeilen, en voegde de daad bij het woord.
Dat ging dus op grandioze wijze spectaculair mis.
Die stapel karton kwam tegen de vitrinekast, die om donderde, Jente's arm pijnlijk te grazen nam en uiteindelijk de volgescheten kattenbak finaal aan stukken hakte.
De horror was niet meer te overzien.
Een krijsend kind, overal karton, een lomp in de weg liggende vitrinekast, overal kattenbak-korrels, en brokken samengeklonterde kattenpis en -poep. En op dat moment stond die dekselse kast in Jente's kamer dus nog niet.
Kortom: de hel was compleet.
Gelukkig is Ilse wat blijmoediger dan ik, dus met een laatste waanzinnige inspanning wisten we alles weer min of meer terug te brengen tot iets leefbaars, trapten die kast in elkaar en we konden elkaar eens goed high-fiven. Te meer daar de glazen plaatjes uit die vitrinekast het (in tegendeel tot de in elkaar geprakte kattenbak) heel netjes overleefd hadden.
Twee kasten in elkaar, bammmm jonguh!!!!

De kast in de woonkamer was een wens van Ilse, want die wilde (en daar heb ik begrip voor) meer opruim-mogelijkheden voor alle zooi die bij ons over het algemeen niet verder komt dan alle beschikbare horizontale dump-plekken.
Bij het inruimen van die kast was de hele bovenste rij voor mijn auto's, en de rest liet ik haar maar een beetje regelen. Haar dingetje.
En af en toe luisterde ik mee, met haar op zich best nuttige mededelingen over wat ze waar een plekje had gegeven.
Toen ze over de paspoorten en andere belangrijke documenten begon, leek het me dat mijn paspoort er niet hoorde.
Die heb ik namelijk altijd bij me.
Toch even kijken of dat wel klopt.
Nee dus.
Paspoort kwijt.
Kak.
Niet daar waar die hoort (in mijn tas). Niet daar waar ik hem regelmatig draag (in mijn andere tas). Niet daar waar die niet hoort (in een binnenzak van een jas). Gewoon niet te vinden.
Dus een onverdroten gezoek naar mijn verloren gewaande paspoort nam een aanvang. Gefrustreerd, want ik kon me op geen enkele manier voor de geest halen waar ik dat dure overheidsdocumentje dan wel niet gelaten had. Mijn frustratie kwam er hoofdzakelijk vandaan dat ik in januari naar Engeland afreis, en dat men zowel in Nederland als in Engeland vindt dat ik dan voorzien moet zijn van een document dat elk normaal mens in zijn leven wel eens kwijt raakt. Alleen dan niet vlak voor je hem nodig hebt. Dat idee.
En dat ik dus zo rond kerst de gemeente moet bidden en smeken om een nieuwe. De gemeente Almere staat bij mij al niet als denderend klantvriendelijk bekend, laat staan als het om iets triviaals als een verloren paspoort gaat.
En dan de KLM moeten bidden en smeken (als je ze al te pakken krijgt) of ze alsjeblieft het paspoortnummer op mijn ticket (die ik nog steeds niet heb gekregen) willen wijzigen.
Kortom: een heel ander soort nachtmerrie dus.
Uiteraard vond ik op zondagochtend, voor we aan de klus gingen op Jente's kamer, mijn paspoort in de buffetkast (waar die ook niet hoort, maar dat is een heel ander verhaal en ook alleen maar aan mezelf te wijten) dus de opluchting daverde haast tastbaar door het min of meer stille huis. (Ilse sliep nog, en Jente was zoet aan het wezen).

Los van die kasten hebben we ook een "airfryer" gekocht. Niet dat dat nu heel erg hoog op mijn wensenlijstje stond, maar de oude friteuse die we hadden, heeft zijn beste tijd wel gehad. De temperatuur-aanduidingen op de draaiknop waren door alle vettigheid weggesleten, en het apparaat is inmiddels niet meer schoon te bikken, omdat het de meest goedkope was, die we voor 10 euro konden vinden, en dus goedkoop en gebruiksonvriendelijk in elkaar is geflanst op de straten van de sloppenwijken van Delhi of Hanoi.
Met zo'n airfryer maak je gezonde frieten, maar het schijnt dat je er ook een kip lekker krokant in kan verkolen, dus de verwachtingen zijn hooggespannen.
Je zou zeggen dat we met kerst ons dus ongans gaan vreten aan spul uit onze nieuwe gezonde-frieten-bakker, maar niets is minder waar: wij gaan lekker kaasfondue'en. We hebben zelfs aan de kaas gedacht (het is na al die jaren nog steeds een punt van discussie wie nu precies de kaas vergat toen we gingen kaasfondue'en bij zuslief in Heerlen. Ik zeg dat Ilse het vergat, Ilse zegt dat ik het vergat, en als we beiden in een meegaande bui zijn, zeggen we dat Jente de kaas vergat).
Dat doen we nadat ik thuiskom van mijn werk, want mijn werk vindt dat ik op eerste kerstdag gewoon mijn rondjes over het platform dien te rijden. Iets waar ik het halfslachtig mee (on)eens ben.
Ik heb gekozen voor een baan in een bepaalde sector. En daar horen ook de nadelen bij. Ik zat al een beetje te spelen met het idee om die eerste kerstdag een van mijn foute kersttruien aan te trekken onder mijn jas, maar ja. Aangezien ik toch liever thuis ben, zo op eerste kerstdag, sta ik er op zijn best met mijn meest neutrale gezicht bij, en dat dan boven een hysterisch vrolijke kersttrui, is toch enigszins vloekend, denk ik.
Aan de andere kant is kerst op het platform toch ook wel weer een aparte aangelegenheid.
Vorig jaar hadden we nog een pushback-chauffeur die in vol kerstmannen-ornaat een vliegtuig naar de startbaan duwde. Helaas is die markante persoonlijkheid met welverdiend pensioen. Zelf durf ik niet zo goed. Sterker nog: als ik als kerstman verkleed ga, pas ik gegarandeerd niet achter het stuur, en ik zou zelf ook niet instappen bij iemand die als kerstman verkleed achter het stuur van een bus zit. Ik bedoel: er zijn grenzen. Zeker ook omdat ik niet zo charismatisch ben, en dus eerder clownesk dan vrolijk achter het stuur zou zitten.
Gevalletje van: doe maar niet!

Voor mij persoonlijk betekent kerst niet zoveel. Ik ben nooit in de kerk te vinden, en kerst vormt daarop geen uitzondering. Hoewel ik inmiddels wel tot de conclusie ben gekomen dat ik de sfeer rondom kerstconcerten wél een beetje mis. In fraaie kerken (dus niet voor religieuze doeleinden!) allemaal kerstmuziek spelen met diverse koren of ensembles het had wel wat.
En dan thuiskomen, een stuk kerstbrood met roomboter, een beker dampende chocomel met slagroom en langzaam ons opmaken voor het kerstdiner, al dan niet bij schoonouders, of gewoon thuis, ondertussen snaaiend van de in de boom gehangen chocolade zooi. Ja. Dat mis ik wel.
Ik kom komende eerste kerstdag thuis, en dan gaan we rap aan de slag om de kaasfondue (mét kaas) op te bouwen. En dan ben ik denk ik afgevuld en gaar genoeg om slapend mijn stokbroodje in de kaas te laten koken tot het verkoold is, glad te vergeten dat ook kaasfondue gloeiend heet is, en dus een kledder gesmolten heerlijkheid tegen mijn lippen te duwen en vloekend de maaltijd.... En fin, mijn lompheid kent geen grenzen. Dus wellicht zal de laatste blog van dit jaar gaan over de automutilatie die ik pleegde tijdens ons kerstdiner.

Ik wil ieder hoe dan ook fijne feestdagen wensen. Eet smakelijk, wees lief voor elkaar. Geef je partner een goeie tongzoen, en lach een beetje lief naar een vreemde die voorbij komt.





zaterdag 16 december 2023

Een weekje vol ditjes en datjes

 In de avonddienst, is het gebruikelijk en ook niet te vermijden dat je je prakje in de kantine in een magnetron gooit, om je avondmaaltijd ter plekke te nuttigen.
Daartoe staan er 3 magnetrons, waarvan ik al eerder meldde dat die 2 standen hebben: "kapot, je vreet je prakje maar zo koud als het bedrijfsleven" of "we verkolen die kippenpoot nog eens extra, we moeten zeker weten dat hij (hoewel gemarineerd en gescheiden van zijn eigenaar, toch echt) dood is", als om te onderstrepen dat je in de hel bent belandt.
Soms gaat het ook goed, en heb je binnen 4 minuten een prefab-maaltijd van een gruttersketen of een prefab-homemade bordje vol lekkernijen.
In mijn geval gaat het in 70% om gruttersmaaltijden, voor de overige 30% maak ik het zelf.
Tijdens een van die maaltijden zat collega "L" op te scheppen over haar Surinaamse nasi, en het klonk dusdanig lekker, dat ik er spontaan van begon te watertanden. Dus voor de grap vroeg ik of ze de volgende dag een flinke portie voor me mee kon nemen.
Verder niet meer over nagedacht, we maken over en weer vaker dat soort opmerkingen, zonder bijbedoelingen, gewoon om waardering voor elkaars kookkunst uit te spreken (en toegegeven: de maaltijden van sommige collega's ruiken ook serieus veel lekkerder dan de prefab-maaltijden van de grutters).
De volgende dag, ik was al bijna op mijn werk, kreeg ik een appje van collega "L". Ik hoefde geen eten mee te nemen, want ze had een enorme bak nasi mee.
Ok. Dat is superlief, en ondanks mijn opmerking van de dag ervoor toch onverwacht.
En de bak wás enorm.
En de inhoud wás lekker.
Ik heb zeer oncharmant een bord ongelooflijk vol zitten laden met dat spul, en mijn collega's zaten enigszins sardonisch toe te zien hoe er een ononderbroken geschuif tussen mijn bord en mijn mond plaatsvond.
En om het helemaal af te maken, kreeg ik van collega "M" een paar stukjes 'Doks'. Surinaamse eend op mijn bord. Mijn tong kwam klaar. Ik kan niet anders zeggen. Het lijkt heel simpel, het proces om het allemaal te maken, Maar dat is het vast niet. Hoe dan ook was het lekker in het kwadraat.
En na de maaltijd, moet je dan weer gewoon aan het werk. Ik vrees dat ik te schrokkerig gegeten heb, want de rest van de avond had ik last van wat boerigheid.
En normaal is dat genant, maar in dit geval kreeg ik de smaak van het eten weer over mijn smaakpapillen, maar dan retour, zeg maar. Ik heb dus de hele avond genoten van mijn avondmaal.
Klinkt vreemd. Is het ook.

Onze kerstboom staat (scheef). En inderdaad: Jente heeft met volle overgave meegedaan aan het versieren. Mijn wens om louter zilveren, witte en doorzichtig glazen (het moet allemaal van glas zijn, de meeste plastic dingen vind ik te enthousiast plastic) zaken erin te hangen, legt het steeds meer af tegen Jente's veel kleurrijkere inborst.
Als ik al een opmerking maakte over die lelijke felroze-paarse-blauwe zooi die zij erin wilde plempen, kreeg ik zo'n typisch afkeurende meidenblik, waarmee ze later alle jongens impotent kan staren.
Maar, de boom staat.
En er is de laatste jaren een traditie gegroeid dat Jente en ik samen de piek erop zetten. Dan tilde ik haar op, en zij mocht de piek er voorzichtig op schuiven. Nu ze acht is, kan ze staand op een krukje in elk geval de hoogte bereiken, maar dien ik haar nog wel vast te houden, om te voorkomen dat ze voorover op de boom stort en het geheel in diepe ellende doet belanden.
De volgende ochtend kwam ik beneden, en het viel me op dat de boom wel heel erg scheef stond, maar dat bleek gezichtsbedrog. De piek stond schever dan de (op zich inderdaad ook best wel scheve) boom.

Ook op werk is er/zijn er collega ('s) die zich bezig houden met het kerstig maken van de kantine. Ik kan dat wel waarderen. Het geeft toch een beetje het "thuisgevoel" op de plek waar je meer wakende uren doorbrengt dan thuis.
De versiering daar is allemaal van plastic, want makkelijk in grote hoeveelheden te kopen en op te slaan.
En de versiering is er voorzien van hoeveelheden glitter, die thuis tot onherroepelijke echtscheidingen zou leiden.
Die glitterse ballen, worden opgeborgen in een grote, ronde doorzichtige plastikken ton.
En die ton, was men vergeten weg te halen. Of daar nog niet aan toe gekomen. Mijn plaaggeestende ziel, vond het een weergaloos idee om die ton ondersteboven over het hoofd van één mijner collega's te schuiven. Dat was leuk. En dat werd leuker toen ik eenmaal goed door kreeg hoeveel glitter er in het vers gekamde haar en over de verse kleding van betreffende collega dwarrelde. Dat gaat hij hoogzomer nog als een soort van glitterende roos van zich af moeten schudden. Gelukkig was de betreffende collega niet boos. Het kon hem weinig schelen. Hoewel hij mij de laatste paar keren begroette met een welluidend:"He klootzak!"...

We zijn van de week naar die zweedse boevenbende gegaan. Want Jente moet een nieuwe kast. En wij.... Ilse wilde graag dat ik eventjes op een bank zou gaan zitten, want zij had een hele mooie bank gezien.
Een bank waar je lekker rechtop op zit.
De kast voor Jente waren we snel uit. Maar aangezien die langer is dan ik prettig vervoeren vind, hebben we die laten staan. Ze komen hem maar thuis bezorgen.
Die bank.... Ik vind oprecht dat het qua zitten geen verbetering is, qua kleur wel. Dus we kochten hem niet. Bovendien: zolang Jente kind (en zichzelf) is, denk ik dat het gevaarlijk is om al te veel geld aan zoiets als een bank uit te geven.
De ikea is als een soort van action, maar dan duur. Je ontkomt er simpelweg niet aan om er geld uit te geven aan dingen waarvan je bij voorbaat al niet wist dat je ze nodig zou kunnen hebben. Dus we kwamen thuis met een afwasborstel, met bakken, met zakken, een schoenlepel die zo lang en stevig is, dat ik er serieus ook plezier van ga hebben en met zweeds ingemaakte haring.
Op de terugweg langs de supermarkt voor het avondeten, alwaar het op een afgrijselijke manier mis ging.
Ik heb namelijk mijn wijsvinger verwoest tussen achterklep en auto. En dat is niet eens mijn schuld.
De lidl besloot namelijk dat het een ongelooflijk puik plan is, om de parkeerplaatsen te omlijsten met struiken. Ik vind dat werkelijk bespottelijk. Een goed automobilist parkeert namelijk altijd achteruit in, want dan heb je de meeste overzicht bij het wegrijden, en voor je auto is het beter om op koude motor vooruit weg te rijden dan achteruit te moeten manouvreren.
Maar goed, dan sta je dus met je achterklep tegen die sakkerse struiken aan, en kun je je boodschappen er niet in stoppen. Of zoals in dit geval: je boodschappentas er niet uithalen omdat die kutstruiken in de weg staan.
Ik probeerde het toch, achterklep open, tas pakken. Toen besloot pleurisheg om tussen achterklep en auto te willen klieren. En moest ik er dus voor zorgen dat dat niet gebeurde, terwijl de achterklep al naar beneden zeilde. Ja. Toen bleef mijn wijsvinger ertussen zitten. Bloederige, pijnlijke stijve wijsvinger, naast een middelvinger die eerder dit jaar al brak vanwege een slecht parkerende leerling op het platform.
U kunt zich wellicht voorstellen dat de elektra van de lidl uitviel door mijn kleurrijke krachttermen.
En als ik dan lekker mag sakkeren, vloeken en tieren, komt het wel goed. Maar dan heb ik zo'n nuchtere Ilse naast me die vindt dat ik niet zo moet sakkeren, vloeken en tieren en de volgende keer maar ergens anders moet parkeren. In plaats van dat ze amechtig van medelijden mijn wijsvinger opereert of amputeert.
[Addendum:]Ik hoor bij het voorlezen van deze blog dat Ilse dus gevraagd schijnt te hebben of ze me kon helpen, maar in de diepten van mijn misère is me dat niet goed opgevallen, denk ik.

Mijn werk is een doorsnede van alle sociale vermogens en onvermogens die het een prima afspiegeling maakt van de rest van de menselijkheid.
Zo heb ik een collega D.
D. is sociaal gezien onverwacht. Absoluut niet op de voorgrond, en je moet soms erg goed opletten, want dan komt hij ongelooflijk strak door de bocht. Sociaal gezien. Rijden kan hij ook.
D. stond achter mij als tweede bus, en voor de gezelligheid stapte hij uit om tijdens het boarden een gezellig babbeltje te maken.
Niet met mij. Maar met de passagiers.
Hij begroette iedereen met een gulle glimlach en een:"Hallo meneer/mevrouw, welkom". 
Na 10 personen was hij dat zat, en begon hij wat persoonlijker te worden.
Een wat norsig kijkende passagier kwam naar beneden en werd begroet met:"Hallo, wat heeft u een mooie trui aan" (Noot van mij: het was een totaal niet bij de gezichtsuitdrukkig passende, haast hysterisch gekleurde en beprinte trui). De passagier smolt en stiefelde, glimmend van gelukzaligheid naar de deur.
De volgende passagier kreeg (iets luider) exact dezelfde begroeting, waarop ik in een flits zag hoe de vorige passagier de gelukzaligheid zichtbaar verloor, daar waar de nieuwe passagier helemaal opfleurde.
En zo ging dat een paar mensen door.
Karma doet zijn werk, want bij een aantal leerlingen in het verleden, kon ik me makkelijk omdraaien als er iets gebeurde waar mijn leerlingen hun slappe lach maar moesten zien te verbergen, nu was ik degene die alle zeilen moest bijzetten om niet in een bulderende lach uit te barsten.
Kortom: de meeste diensten zijn leuk, sommigen leuker.

Dat geschreven hebbende, begint er een weekend vol van klussen, want het bij die zweedse boevenbende gekochte spul moet in elkaar.
Ik wens eenieder een goeie toe.



vrijdag 8 december 2023

Feestelijke dagen.

 De goedheiligman is vertrokken, met achterlating van een goeie hoeveelheid verwennerij voor kind en ouders.
De sfeer is altijd ernstig leuk, er is genoeg te kanen, en het kind is ondanks het feit dat ze van haar geloof is gevallen het afgelopen jaar, toch ernstig opportunistisch gelovig.
Dat vind ik wel komisch.
Wat ik verbijsterend vond/vind: als ik met Jente naar de kermis ga, is het mij verboden om haar met knuffels (gewonnen bij touwtje trekken of zo'n soort geldverslindend apparaat) thuis te laten komen. Met als (terecht) argument dat Jente dusdanig veel knuffels heeft, dat ze nauwelijks meer plek heeft in bed.
Ik zit dus nu mijn blogje te tikken, tegenover een werkelijk wanstaltig grote knuffel, die ze voor sinterklaas kreeg.
Een konijn ter grootte van een bescheiden pandabeer. Die hele Jente gaat schuil achter dat pluchen ding. "Ik kon hem toch niet laten staan", aldus mijn echtgenote... 
Met dit beestachtig (pun intended) grote beest in bed, mogen we blij zijn dat we Jente de volgende ochtend nog terugvinden, want stiekem ben ik bang dat dat beest 's nachts tot leven komt en eens opgewekt gaat lopen knabbelen aan Jente's nog onvolgroeide teentjes. Maar ik mag niet thuiskomen met een op de kermis gewonnen knuffel, want ze heeft er al zoveel. Jaja.
Ik hou op internet een lijstje bij van dingen welke ik graag zou willen hebben. Dat is een bescheiden lijstje, want van veel dingen vind ik dat ik ze niet aan anderen kan vragen.
Een zegelring, modelauto's. Lego. Vaak erg duur. Of ik weet zelf beter wat ik wil, en het is lastig uit te leggen wat het moet zijn.
Dus mijn lijstje bevat happy socks. Want vrolijk. Een luchtje, en dat niet omdat ik overmatig stink. Een boek. En een boom. Een appelboom. Dat zit zo: 
Daar waar mijn knoflook het prima doet (ik ros maar eventjes op de houten tafel om af te kloppen), de vijgenstruik hoopvolle signalen afgeeft, de rozemarijn en de thijm goed oogstbaar zijn en de bessen lekkere bessen geven, geeft mijn geplante kersenboom niet thuis.
Al twee jaar niet.
Het boompje groeide in de afgelopen twee jaar als een jekko in de hoogte, er komen bladeren aan, en er heeft zelfs een bloesem aan gezeten. Wel 3, geloof ik. Maar kersen genereren: ho maar.
Omdat die kersenboom in zijn lagere regionen een kronkel in zijn stam heeft (absoluut geen pun intended) vond ik het niet heel erg verantwoord om hem hoger te laten groeien. Zul je net zien dat een flinke windvlaag het boompje doet knakken en op de kunststof aanbouw van de buren laat storten. Leg dat maar uit aan de verzekering.
Die kersenboom was dus eigenlijk een verspilling van ruimte en vruchtbare tuingrond. En ik wil zo graag een fruitdragend boompje in de tuin. Gewoon omdat het kan en lekker is, en het me heel erg gaaf lijkt. Het past ook wel in de vinexwijk waar we wonen.
De goede schoonSint kwam dit jaar dus niet alleen met de gebruikelijke blije sokken (waar ik dus heel blij van word), een leuk stukkie lego en een fijn boek (in de hoop dat ik eens de focus krijg om het te lezen), maar ook met een heuse appelboom.
Hartje winter, een boompje planten, daar waar ze massaal dennebomen slachten voor de kerst? Ja, volgens de kweker kon dit makkelijk.
Jippiekajeeeeee. Een appelboom. Het is op dit moment een wat stakerig takje dat we de grond in hebben getrapt, maar volgens de schoonSint, gaat dit helemaal goed komen. En dus koester ik nu al de hoop dat we rond het najaar volgend jaar kilo's appels kunnen plukken uit eigen tuin.
Dus niet alleen Jente is verwend, ik ben het ook. En daarmee dus de rest van mijn gezin ook. Want fruit zullen ze vreten, uit eigen tuin! Bammm

Ik heb een paar rauwe randjes. Een daarvan is dat ik nogal pittig kan zijn, als het op onrecht aankomt.
Zo kon ik een aantal weken geleden niet uitchecken bij de bus. De apparatuur viel uit, en dus rooft transdev je saldo van je ov-chipkaart.
Weken lang continu gekeken op uitcheckgemist.nl waar die melding bleef, maar uiteindelijk vervaagde dat in mijn systeem. Ten slotte: ik heb een jaar abonnement "schiphol" en dus reis ik niet zonder geldig vervoersbewijs.
Nou, daar dacht de nsb'er controleur anders over. En die gaf me pardoes een boete voor zwartrijden, want ik had niet ingechecked.
De stand is als volgt.
1) passagier kan door fout van transdev niet uitchecken.
2) transdev steelt het saldo van de ov-shit kaart
3) passagier vindt nergens waar hij dat geld kan terughalen (later blijkt dat dat dan, heel fijn, via een heel andere organisatie moet, dan bij andere abonnementen).
4) ondanks dat er betaald wordt voor dat abonnement, moet die passagier maar opdraaien voor het gestolen saldo, en een boete betalen vanwege zwartrijden, terwijl daar simpelweg geen sprake van is.

Goed, veel ergernis verder, heb ik besloten om die boete maar gewoon (op het allerlaatste moment, uiteraard) te betalen. Ik moet wel zeggen dat ik mijn mening over dit smerige, frauduleuze en stelende kutbedrijf in de omschrijving van deze boete vrij duidelijk heb weergegeven. Ik mag ten slotte best mijn mening hebben, nietwaar? En in dit geval vind ik zelfs dat transdev recht heeft op mijn mening.
Daarmee is voor mij de kous af, want er zijn leukere zaken om me mee bezig te houden.

Zoals kerstbomen kopen.
Voor mij geldt al jaren: hoe lelijker, hoe leuker.
Ik wil altijd de underdog van de kerstbomenwinkel. Een kort dikkerdje. Een lange scheve. Een scheve dikkerd. Maakt niet uit. Als die boom door iedereen wordt genegeerd, door niemand wordt gewenst, want vreemd, is het voor mij de ideale kerstboom. 
Hoe gekker hoe beter. Past ook wel bij ons gezin.
Jente krijgt dit jaar ook een stem in het kapittel. We zeggen niet dat we haar wil overnemen, maar ze mag absoluut meedenken en haar mening geven. Ten slotte mag ze hem ook mee helpen op te tuigen.
Inmiddels staat de boom in huis, en ik heb mezelf niet teleurgesteld. Underdog it is!!!!
Elk jaar weer vergeet ik ter plekke de inschatting van de maten van onze woonkamer. En dit keer is het dus een boom die nagenoeg even breed als hoog is. Er zit niet echt een kerstboom-vorm in. Van breed beneden, naar een mooie, ranke tak boven, waar we de piek op prikken, die vorm, zeg maar.
Het is gewoon een enorme, groene bal, met 5 sprieten bovenin (dat is dan wel leuk vanwege het feit dat we veel vogels in de boom hangen). En een knots van een knop bovenop, waardoor het nagenoeg onmogelijk is om de piek erop te prikken, zonder hem kapot te knijpen. En kapot gaat er elk jaar wel wat, omdat (nagenoeg) alles wat we in de boom hangen, van glas is. We wilden hem eerst bovenop een daartoe min of meer bestemd tafeltje zetten. In dat tafeltje ligt een lekker zacht en fluffy kussen, want het is zo'n leuk plekje voor de poes om lekker te liggen slapen. 
Maar die boom is zoveel groter en zwaarder dan ik had gedacht, dat het me om voor de hand liggende reden geen goed idee lijkt om dat tafeltje als kerstboom-tafel te gebruiken. Ik zie het al voor me dat Colette als compost eindigt voor een boom die uiteindelijk tot brandhout vermalen wordt.
En bedenken wat we met de kerst gaan knagen.
Tweede kerstdag is voor de schoonouders. Eerste kerstdag rij ik een vroege dienst, dus met een beetje goeie wil, kunnen we thuis ook een lekker maaltje bereiden. Een fondue? Een gourmet? Reerug (al dan niet vegetarisch)?
Of gewoon simpel een patatje oorlog. (Pun intended, want helaas veel te actueel).

Goed, dit geschreven hebbende, is mijn weekend alweer bijna ten einde.
Vandaag wordt mijn tattoo bijgewerkt, en staat verder in het teken van long-overdue-huishoudelijke klusjes. Ik wens eenieder een goeie toe, terwijl ik de avonden op het platform ga rond rijden.











vrijdag 1 december 2023

Jente, werken en verrassingen.

Ik was maar nauwelijks bekomen van het "villeroy & boch-knuffelen" toen we een "Jente-dag" moesten inlossen.
De Jente-dag was een motivator voor Jente om toch vooral door te knokken naar haar zwemdiploma, en aangezien ze die gehaald had, moesten wij ook over de brug komen natuurlijk.
Jente-dag was een combinatie van een "ja-dag" (iets van een tv-serie waarbij de ouders alles met een "ja" dienen te beantwoorden, en dat vonden wij om voor de hand liggende reden geen best idee), verjaardag, vader en/of moederdag, maar dan voor een kind, namelijk Jente.
Jente-dag dus.
Ver van te voren was Jente zich er al op aan het verheugen, en ver van te voren zagen wij er toch best wel tegenop.
Al die prikkels. Al dat lawaai. Alle indrukken. De vermoeidheid aan het einde, en dan hadden we nog geen planning gemaakt.
En omdat we ons realiseerden dat het voor ons alle drie wel handig zou zijn om wél een planning te maken, deden we dat dus. Ilse deed dat. Samen met Jente gaan bedenken wat er allemaal tijdens die dag moest en kon.
De uitkomst van dat overleg vond ik alsnog een opgave van jewelste. En het leek me voor ons gezin een waanzinnige aanslag op ieders humeur en gestel.
Tel daarbij mijn nog maar nauwelijks tot rust gekomen darmpartij, en je snapt dat ik het met redelijk angst en beven tegemoet zag.

De dag begon op een christelijk tijdstip met een "Koekjesontbijt" en koekjes bakken. Prima. Kon ik me in vinden. En koekjes bakken, is ook gewoon leuk. Deeg maken, dat eigenlijk veel lekkerder is dan het eind product, vrolijke vormpjes uitsteken. En de oven doet de rest.
Vervolgens gingen we een vriendinnetje oppikken en naar een pannekoeken-restaurant annex speeltuin. De meiden vermaakten zich er prima, en ondanks dat ik wat angstig was over hernieuwde knuffelpartijen met een toiletpot in een restaurant, waren de pannekoeken behoorlijk lekker. Het restaurant is in het Hans en Grietje-thema, en kent grappige, spannende en griezelige zaken om de kinderen mee te vermaken tijdens het wachten op hun pannekoek. Buiten konden ze ondanks het slechte weer een beetje uitrazen, en in het naastgelegen snoepwinkeltje mochten ze een snoepje kopen.
Daarna gingen met met dat vriendinnetje zwemmen. En ook hier geen bruine sliert aan mijn zwembroek, die me door het water achtervolgde. Hoezee. Wel een gezellig gespetter en geplons. Het zwembad was niet al te druk, en er kon driftig van de glijbaan gegleden worden, en koppeltje geduikeld onder water.
Als laatste een bezoekje aan Restaurant "de gouden bogen" om de honger van het zwemmen te stillen.
Nu weet iedereen die een ontwikkelde smaak heeft, dat het spul dat je bij de McDonalds kunt kopen, smaaksgewijs altijd een teleurstelling is, maar die kinderen vermaakten zich uitstekend met hun happy meals, en het obligate speeltje (al net zo vergankelijk en smakeloos als het eten).
Het vriendinnetje werd weer bij haar ouders afgeleverd, want voor ons stond als laatste op het programma om een kattenhuis van hardboard in elkaar te zetten.
Ze had het ook wel verdiend, die dochter van mij. Dat zwemdiploma kwam niet aangewaaid, dus deze "Jente-dag" was een prima beloning. En voor wat mij betreft: die van gelukzaligheid schitterende ogen zijn eigenlijk voldoende om een lange tijd op te kunnen teren.

Er circuleert op internet een bijzondere "pilot-opdracht". Men wil graag innovatieve oplossingen om het tekort aan personeel in het OV op te lossen. En voor die opdracht wil men graag dat "start-ups", mkb'ers, en wetenschappers komen met "innovatieve oplossingen". De prijs die ze kunnen winnen: 25.000 euro.
Ik vind dat grappig, want het maakt ondubbelzinnig duidelijk dat die bedrijven die die "pilot-opdracht" uitschrijven, totaal losgescheurd zijn van de realiteit. Totaal de weg kwijt (en dat is niet eens een vergezochte woordspeling, gezien de tak van sport).
De knelpunten liggen hoofdzakelijk in het feit dat er een enorme leegloop is, want vergrijzing. En niet alleen vergrijzing, maar ook de manier waarop men het werk moet doen, en de primaire en secundaire arbeidsvoorwaarden laten te wensen over.
Dat weet iedereen, ook de OV-sector zelf weet dit, en daar doen ze blijkbaar niks aan, getuige het feit dat ze nog steeds van gekkigheid niet weten waarom mensen wegrennen en niet aan het werk willen.
De oplossing is heel simpel en totaal niet innovatief: luister nu eindelijk eens naar je rijdende personeel. En doe eindelijk eens wat met dat wat dat rijdend personeel zegt. En kom met een leefbaar salaris. Dat helpt, heus.
Als ik overstap naar het OV, ga ik er per maand minimaal 500 euro netto op achteruit, en dan reken ik mee dat de CAO in het OV beter is, dan die in het besloten vervoer. Kun je nagaan.
Die oplossingen, gaf ik ze, maar dat was blijkbaar niet innovatief genoeg. Was niet moeilijk genoeg.
Ik denk dat als een wetenschapper met heel veel moeilijke berekeningen en argumentaties in lastige taal mijn oplossing aandraagt, dat het misschien wél innovatief is.
Maar serieus.... Als je werkgever 25.000 euro liever stukslaat op een bespottelijke "pilot-opdracht", dan op het repareren van slechte chauffeursstoelen, wíl je er toch ook helemaal niet (meer) werken? Dan ga je je toch afvragen of je niet beter elders aan de slag kan? Dan ben je als werkgever toch totaal mislukt en incapabel. En persoonlijk snap ik niet dat CNV en FNV zich koest houden bij dit soort zaken. Hoe kan het zijn dat OV-bedrijven zomaar 25.000 euro verspillen aan stupide onzin, terwijl ze aan de andere kant steen en been lopen te klagen dat alles te duur is en alles nog duurder is, en het mag allemaal niks kosten, want het is te duur. Daar moet je als vakbond toch ook op ingrijpen, en die bedrijven even met alle voeten weer op aarde zetten?
Een ander antwoord is misschien nog veel simpeler: doek al die onbekwame ov-bedrijven op, schop die managers op straat, of school ze om tot chauffeur en maak het geheel weer gewoon een staatsbedrijf. Maar dát zullen ze dan zeker weten niet willen horen, als innovatie...
Daaraan gelinkt moest ik grinniken om de reactie van een of andere politica die zich zorgen maakte over het feit dat Arriva is opgekocht door een investeringsbedrijf uit Amerika.
Deze politica vindt namelijk dat het een onwenselijk idee is dat een publieke functie als een ov-bedrijf in handen komt van een investeerder die er winst uit wil schrapen. Ja, stomme doos, dat heb je aan je voorgangers te danken. U weet wel: politici die besloten dat het OV maar in handen van private bedrijven moest komen, in plaats van de overheid.
De overheid privatiseerde het OV, en ja, dit is een gevolg daarvan. De politiek mag daar geen mening over hebben, die hebben het ten slotte zelf naar de knoppen geholpen. Nu dus niet zeuren. Of het zelf weer gaan doen, zoals het hoort.
Maar goed, het is wat het is. Ondertussen rij ik mijn kilometertjes gelukkig in het besloten vervoer, op besloten terrein. Daar is ook heel wat te verbeteren, maar ik heb er in elk geval fijne collega's en tof werk.

Ik heb eventjes twee vrije dagen om een surprise te maken voor Sinterklaas. Dat is een nieuwigheidje, want Jente gaf te kennen dat ze eigenlijk niet echt meer gelooft in het bestaan van de beste man. Uiteraard gelooft ze niet (meer) maar op het moment dat de schoen gezet mag worden (volgens het sinterklaasjournaal, dat we ondanks de ongelovigheid moeten kijken) gelooft ze als een malle. Surprises dus. Ik moest dus voor het eerst in ik weet niet hoeveel jaren een surprise maken.
Ik ben weinig creatief en weinig handig met de spullen die we voor dergelijke knutselarijen in huis hebben. Ik ben ook erg lomp. En ik heb weinig geduld.
Ik had een idee, en dat moest uit karton, papier en lijm gemaakt worden. Dat is gelukt. Het is zelfs gelukt zonder dat ik in wilde woede het geproduceerde aan puin stampte, door de kamer smeet of anderzins kapot hakte. Ik zal niet zeggen dat er totaal geen schade is ontstaan door mijn geknutsel.
Mijn duim vindt me op dit moment een ongelooflijk onhandige eikel, getuige de snee die erin ontstond toen ik hardhandig met een nieuw en dus scherp mes uitschoot. En uiteraard gaf hij mijn ego ook een knauw. Aan de andere kant: ik mag mijn schepsel met milde tevredenheid straks overhandigen aan iemand die er hopelijk heel blij mee gaat zijn. Ik heb in elk geval niet bespaard op lijm, karton en moeite.

Weekend dus. Ik mag naar de laatste namac-beurs, om te kijken of ik weer wat nieuwe modellen aan mijn immer uitdijende collectie toe kan voegen.
Ik wens eenieder een fijne toe.













vrijdag 24 november 2023

Ontstemd.

 Ook ik heb mijn burgerplicht weer gedaan. Ik ben maar weer eens gaan stemmen. Ik was tot het allerlaatst zwevend, want ik behoor tot de klaarblijkelijke minderheid die geen enkel vertrouwen heeft in die regenten, die ver boven ons gepeupel hun ding zitten te doen, zonder enige kennis van en over dat wat er bij het gepeupel leeft.
Een grote groep mensen zoekt zijn heil bij allemaal populistisch bazelende griezels. Een andere grote groep gooit het op links of rechts. Of via het centrum.
Ik vind het allemaal griezelige lieden. Linksom, door het midden of rechtsom, ik vertrouw ze geen van allen. En ja, dat is cynisch. Maar zo liggen de kaarten bij mij.
Mijn allerliefste is wat minder cynisch, en heeft haar keuze gemaakt. Eigenlijk bij de vorige poppenkast al.
En eigenlijk kwam ik er ook alleen maar aan toe omdat we toevallig een voortgangsgesprek hadden op school, alwaar het stemlokaal ook was. Ik was er toch, zullen we maar zeggen. Anders had ik zeer waarschijnlijk de moeite niet genomen, geen van die regenten verdient mijn stem.
En op het moment dat ik met een intens valse tegenzin dat lokaal wilde betreden, werd de deur open gesmeten en in een vlaag van chaos en moeilijkdoenerij, werd er een plank over de drempel gedrapeerd. Er moest namelijk iemand in een rolstoel naar buiten gerold worden.
De voorzitster van het stembureau zelf legde de plank (nogal onhandig en knullig) op de drempel, met de tekst: "dat ding flikkert van ellende uit elkaar!"
Waarop ik mezelf niet kon inhouden, en antwoordde dat dat perfect bij de huidige en toekomstige politiek paste.
Dat leverde me een blik op, waarvan ik zeker weet dat als die kon doden, ik het nieuws van 20:00 uur gehaald had. Wat was dat een zure blik. Maagzuur was er niks bij.
Ik moet zeggen: die Verzuurde Vanessa van het stembureau maakte wel dat ik wat haastig mijn "keuze" maakte. Ik heb een vakje rood gekladderd. Ik denk zelfs nog te weten welk vakje. En ik hoop dat de betreffende persoon zijn reputatie ook waar kan maken, als hij in een kabinet komt. En zo niet... Ook best. Tegen de tijd dat Nederland echt eens geregeerd wordt door mensen die daadwerkelijk hart voor het land hebben, ben ik al lang een breed met pensioen, denk ik.

Inmiddels is de verkiezingsuitslag binnen, en met een vreemd gevoel voor timing stuurde mijn lichaam mij kokhalzend, misselijk en spuitpoepend naar huis.
Ik denk overigens niet serieus dat de kracht van de overwinning van Wilders dusdanig sterk was, dat het me fysiek raakte, maar dat ik iets heb opgepikt van Ilse en Jente die al dagenlang aan het kwakkelen zijn of van mijn collega's waar er ook een paar van aan het tobben waren. Of een passagier die wat te dichtbij mijn cabine hun ziektekiemen aan het rondstrooien waren. Hoe dan ook is de timing ietwat vreemd. Griezelige populist wint verkiezingen, en mijn gestel gaat in protest-modus.
Vooral de afschuw, schrik, en verbazing bij de vorige coalitiepartijen zijn voor mij hét bewijs dat de politiek nooit aan Regeren heeft gedaan, maar aan Negeren. Een klein lettertje verschil, maar met verstrekkende gevolgen.
Het stelselmatig willen ontkennen dat er een volk is, dat zich gepasseerd voelt, niet gezien. Binnenlandse blunders (ik hoef ze echt niet nogmaals op te noemen) die miljoenen mensen geraakt hebben.
En als je zo ver van de bevolking gaat staan als de politiek de afgelopen 20-30 jaar gedaan heeft, dan snapt zelfs een kleuter dat je uiteindelijk een afstraffing krijgt. Het was hoog tijd dat die regenten eens opdonderden. En met dát feit op zich, kan ik zeer goed leven. Ze hebben genoeg kapot gemaakt.
Maar ja.
Dan krijg je dus dit. Een Wilders. Het zal mij benieuwen.
Ik verwacht wel dat de zorgkosten dus serieus omlaag gaan. Hij heeft nog een dikke maand om dat te regelen. Dat "de gewone man" (en die uitspraak op zich vind ik al walgelijk kleinerend, van meneer Wilders) betaalbare zorg krijgt. Ik wens hem succes.
Belastingverlagingen. Per 2024, moet te doen zijn. Dus niet teveel tijd besteden aan die formatie. Hophop meteen de accijnzen, de BTW etc omlaag, Geertje. En rap wat. Dat beloofde je en kun je meteen al doorvoeren.
En niet gaan samenwerken met die walgelijke van der Plas, want dan komt er nooit genoeg grond vrij om huizen op te bouwen.
Hoe hij alle moslims het land uit gaat krijgen, vind ik al een stukje griezeliger. Voor mij hoeft dat niet. Maar ik vrees dat hij wél haast gaat maken met het bedrijfsklaar maken van de kampen Vught, Amersfoort en Westerbork. Er zullen bij de buren vast nog wel wat voorraadjes ZyclonB liggen. Of ben ik nu gedreven door opspelende darmen en rillerig van koortsigheid overdreven cynisch?
Aan de andere kant: hij zal wel met een coalitie moeten komen, en dus zijn er hopelijk mensen die hem zullen temmen.
Socialer zal het niet worden. Want dat wil Nederland niet. Nederland wil mensen uitsluiten. Of ze nu een andere huidskleur hebben, of anders denken. Of anders zijn. Dat mag niet meer.
We gaan terug naar oeroud calvinisme. Waar alles dat geen spruitjes-kruimige-piepers-slavink is, er niet mag zijn. We gaan terug naar kleinburgerlijke angstige mores, met een vleugje haat naar alles dat boven of naast het maaiveld staat.
En dat is triest. En dat reken ik niet zozeer Nederland aan, maar wel de VVD, CDA, D66, PVDA en al die andere waardeloze regenten die ons al die jaren zo ontzettend genegeerd hebben.
Bedankt lui, lekker gewerkt.

Maar goed, stemmen dus op de dag dat we een voortgangsgesprek hadden over Jente. En hoe gaat dat dan, met zo'n Jente.
Nou, ik maakte me nogal zorgen over Jente's soms praktisch onleesbare hanenpoten. Ik kreeg een schriftje van haar onder ogen, waar gewoon heel netjes in geschreven was. Leesbaar. Ik heb serieus 2 keer gekeken of het wel echt Jente's schriftje was, maar ze kan dus behoorlijk netjes en leesbaar schrijven.
Zit hier dus met een generatiekloofje. Toen ik leerde schrijven, ging dat op de kenmerkende manier van straffen als het niet goed was.
Wij moesten met een zogeheten richting-kaart werken. Een kartonnen kaart met schuine lijnen, die je onder de bladzijde in je schriftje moest leggen, en dan de letters langs die schuine lijnen van die richting-kaart schrijven. En dat met vulpen.
Nu was netjes schrijven voor een linkspoot die puur per toeval tot linkspoot gebombardeerd was, al een hele opgave. Netjes schrijven met een vulpen, is voor een linkspoot al helemaal onmogelijk.
Ik kreeg dus nooit eens een compliment dat ik zo netjes werkte. Hooguit mild sarcastisch gezemel over dat ik maar huisarts moest worden, want dat handschrift had ik al.
Jente doet dat dus beter of beter gezegd: Jente krijgt wat dat betreft betere kansen. En Jente doet het op school sowieso goed. De juf is tevreden met haar. En ik geloof dat Jente ook wel baat heeft bij een wat striktere juf.
Waar ik moeite mee heb om me een weg in te vinden, is het feit dat Jente het krijgen van complimenten moeilijk vindt. Ze weet zich dan geen houding te geven. Als ik haar vertel hoe trots ik op haar ben, of dat ze iets goed doet, is haar beste reactie een roloog of het compleet negeren van het compliment. Ik mag een compliment wel schriftelijk doen, maar dat vind ik dan weer raar.
Trotse ouders dus.

Dit geschreven hebbende, begint mijn weekend. Ik hoop dat ik het villeroy & boch knuffelen een beetje achter me kan laten, want mijn relatie met de toiletpot begint iets intenser te worden dan ik zou willen.
Ik wens eenieder een goed weekend toe.






zaterdag 18 november 2023

Ik word oud.

 Na maanden van onduidbare, doch beslist aanwezige scherpe pijn in mijn lies, is er van de week eindelijk een diagnose uit gerold.
Dat ging niet zonder slag of stoot, ik moest serieus schuimbekkend van woede (ten slotte heb ik weinig geduld, en al helemaal niet als zorgverleners geen zorg verlenen, aan mij, mijn vrouw of kind) mijn huisarts sommeren om een oplossing te verzinnen, nadat de dik betaalde fysiotherapie-afdeling van Zorggroep Almere op grandioze wijze elke afspraak wist te verkloten, en dat niet in mijn voordeel.
Kom maar op met die pillen.
En dat deed ze.
Op zondagavond kreeg ik de doorverwijzing voor een orthopeed, die mij maandag al wist in te plannen.
Gesprek-foto-gesprek.
De uitslag was voor mij ontluisterend: mijn heup is aan het verslijten, en daar komt de pijn vandaan. Wacht even, ik ben 42, en mijn heup in aan het verslijten?!
Ik ben PAS 42. Hoe de fuck is mijn heup al aan het slijten? En waarom?
Die pillen heb ik gekregen, en ik hoop dat ze helpen. Sowieso heb ik meer met pillen dan met andere geneeswijzen. Hoewel ik dan niet moet vergeten om ze in te nemen.
Ik kan wel janken. Waarom vindt mijn lichaam het nodig om sneller te slijten dan mijn geest? Wat is dat voor bespottelijke onzin?
Maar dat soort filosofisch zelfmedelijden, daar was de orthopeed niet voor. Hij kon mij vertellen dat ik tussen wal en schip viel. Ja-ja.
Want de slijtage is nog niet zo erg dat ik een nieuwe heup moet. Eerst moet je dan nog meer pijn hebben, en het liefst in een rolstoel belanden. De fysio zou wat kunnen helpen, maar hij moest goed hebben opgelet toen ik vertelde hoezeer en waarom ik geen vertrouwen had in een fysio, dus schakelde hij al snel over naar een andere methode: die van een cortisonen-injectie, die toch ook niet echt heel erg jofel zou zijn. En ook die was eigenlijk alleen voor mensen die anders dood gaan van de pijn, en dat doe ik niet. (Ook een beetje uit principe, ik wil op zijn minst nog meemaken hoe mijn dochter uit huis gaat).
Dus de enige mogelijkheid was paracetamol en een ander pilletje dat ontstekingen remt, pijn stilt en dus mijn leven wat aangenamer maakt. Op hoop van zege, zeg maar.
Mijn altijd optimistische en blije echtgenote, wist haar ongeloof nogal lomp te verwoorden:"Hoe kan jij aan het verslijten zijn, je beweegt nooit".
En, waarschijnlijk vanwege datzelfde talent voor ongepaste vrolijkheid:"Ha! Jij bent gewoon oud"
De arts haakte daar droogjes op in door te zeggen dat in elk geval mijn heup oud was, de rest kon/wilde/durfde hij niet echt een oordeel over te geven.
Oh ja, als grappig weetje cq. bijvangst van dit consult: mijn linkerbeen is langer dan mijn rechter. Niet heel relevant, maar links neem ik dus grotere stappen dan rechts, dus als ik rechtdoor loop, maak ik uiteindelijk een grote, rechtsdraaiende cirkel. Maar dat geheel terzijde.
Godsammekrake. Op een gewone maandag even te horen krijgen dat je veel te jong al aan het verslijten bent. Ik doe niet eens fysiek heel zwaar werk, en Ilse heeft op zich wel gelijk: ik gebruik het enorme potentieel van mijn lichaam voor nog geen 10%. Dus slijtage is dan serieus wel een enorme middelvinger van mijn lijf aan mezelf.
De klootzak.
De pillen die ik heb gekregen, dat is een heel nieuw level van kokhalzen.
Het zijn simpele paracetamollen, maar dan in een hogere dosering. En dat betekent dus dik 2 keer zo groot. De andere is een soort van ontstekingsremmer. Die is net zo groot. En beiden zijn droog en bitter, zeker als je ze niet in één keer doorgeslikt krijgt. Zelfs met spa lukt dat niet altijd meteen.
Kim Holland zou nog moeite hebben om deze medicinale boomstammen soepel achter haar huig te laten glijden. En dan moet ik ze dus wél helemaal doorslikken. Want als ze niet helemaal wegglijden, dan brokkelen ze af in je mond en wordt de bitterheid iets waarvan je smaakpapillen afsterven. Dan zit ik dus soms met tranende ogen te kokhalzen (dat dan weer wél als Kim Holland) omdat die bittere (letterlijk en figuurlijk) en grote pil niet helemaal soepel mijn huig wil passeren.

Een en ander kan niet helemaal voorkomen dat ik desondanks best pogingen doe tot sport. Op mijn werk vind ik een spelletje tafelvoetbal op zijn tijd vaak meer dan enig. Vooral ook omdat ik er best goed in ben.
Ik ben ook best fanatiek.
Mijn collega's horen mijn scheldpartijen soms met enig misnoegen aan, en als het vest uit gaat, weten ze wat er komen gaat: een (verbaal) woest potje tafelvoetbal. Als ik verlies, zijn de krachttermen wat heftiger, maar als ik win, spauw ik ze ook. Maar na afloop altijd een high-five met de inmiddels niet meer door mijn verbale krachtpatserij geïntimideerde collega. We blijven wel sportief.
Afgelopen zondag deed ik weer een sluitdienst, en het nadeel daaraan is dat de ov-bussen naar de parkeerplaats op zondag spectaculair onbetrouwbaar en weinig rijden. Heeft iets te maken met een tekort aan chauffeurs.
Dus als je het geluk hebt dat je een bus aan ziet komen, moet je serieus even stevig de pas erin zetten, want als je hem mist, kun je lang staan wachten.
Ik liep over plaza, en zag de bus staan. Ik was lang in dubio, want het was serieus nog een beste tippel naar de bus, en rennen (naar een bus waarvan je op je klompen aan kan voelen dat je hem gaat missen), is niet zo mijn ding. Maar die bus bleef maar staan, en ik kwam langzaam maar zeker dichterbij. Dusdanig dat ik uiteindelijk besloot dat een sprintje trekken wel eens kansrijk zou kunnen zijn.
Mijn collega's moedigden me lachend aan, en aldus trok ik dat waarschijnlijk koddig uitziende sprintje.
Precies op het moment dat ik de laatste sprong wilde wagen, klonk het geluid van de sluitende deur.
Met een brul sprong ik de bus in, helemaal triomfantelijk dat ik het gehaald had.
De rest van de passagiers waren op zijn zachtst gezegd nogal ontdaan van mijn dierlijke gedrag. De dame sprak mij vermanend toe dat ze zich kapot was geschrokken, vooral ook omdat mijn woeste sprong mij bijna op haar schoot had doen belanden.
En, geloof het of niet, het rijden van een bus is best een fysieke aangelegenheid, en op het platform, maak je toch heel wat stappen, omdat je vaak achter je stuur vandaan komt.
Bij een specifieke bus die we hebben, is het sturen zelf, althans voor mij ook behoorlijk fysiek. Want ondanks dat die dingen uit China komen, zitten er sturen op alsof de vikingen er op moeten rijden. Die krengen zijn haast zo groot als de wielen van de grootste pushback-truck. Ik heb niet bijster lange armen, dus ik moet mijn hele lijf inzetten om een draai te maken. Gelukkig draaien die sturen dan weer redelijk licht, maar de uitzwaai die mijn armen moeten maken, daarmee kan ik een heel gezin omarmen. Ik vraag me af hoe een Aziaat (die gemiddeld toch wat minder groot zijn, en minder lange armen hebben als een Europeaan) dat doet, als hij zo'n kreng door de steden moet gooien.
Al met al ben ik dus best lichamelijk bezig, vind ik zelf. Maar toch niet zozeer dat het een vroegtijdige slijtage zou verklaren.

Goed, dit geschreven hebbende, is mijn weekend begonnen. Ik ga er hoe dan ook van genieten, plus een extra dagje. En dan maar weer een 2 weken vroege diensten.
Ik wens eenieder een beste toe. Ik ga mijn auto maar weer eens door de wasstraat flikkeren, want ondanks dat het herfst is, en ik dus verwachtte dat alle schijtlijsters naar het zuiden zijn opgekrast, was er toch een exemplaar met diaree die mijn auto beschouwde als het perfecte toilet.







vrijdag 10 november 2023

Een paar kruidige gedachten.

Het is een redelijk stille week. Er gebeurde vrij weinig opzienbarends. Ik ga naar mijn werk, en ook daar is het een wat tamme aaneenschakeling van vluchten. 
Het enige dat er bovenuit stak was het feit dat ik bij de nacontrole van een vertrekkende vlucht witte klodders op de vloer zag liggen.
Het zag eruit alsof er een pornoscene was opgenomen, of dat Pietertje Potloodventer zijn kans greep om wilde dingen te doen tijdens de rit.
En op zich heb ik geen morele bezwaren tegen het opnemen van een pornoscene, ook niet in mijn bus, maar dan stel ik daar wel twee dingen tegenover: 1) ik wil het zien gebeuren, en 2) ik wil een exemplaar van de dvd.
Toen ik weer uitstapte, zag ik een gezin met een erg jong kind de trap op strompelen, babystoel, diverse tassen en zakken, baby zelf en los in de hand een grote fles witte drab.
Aha... Van die lieden die hun baby nog snel de fles geven in de hoop dat die in slaap valt tijdens de vlucht en zo niet tot krijsen over gaat.
Jammer dat ze dat dan zo morsig doen, en de rotzooi voor de eerlijke vinder achter laten. Mensen willen als varkens vervoerd worden, denk ik wel eens.
Dat is dan wel het spreekwoordelijk rokende pistool dat mijn vermoeden bevestigt, of er zat echt een potloodventer in mijn bus die zijn genen over de bodem wist te kledderen.
Hoe dan ook: er gebeurde dus niet denderend veel.

Als ik thuis ben, hou ik me bezig met mijn gezin en mijn derde poging tot het kweken van knoflook. Ik ben dol op die heerlijke witte teentjes die elk gerecht tot iets waanzinnigs maken. Ik kan ook goed leven met de meur van de "morning after" uit mijn bek, het houdt al te opdringerige zielen een beetje uit mijn aura. Een avondmaaltje zonder minimaal 5 dikke tenen knoflook, is naar mijn smaak maar een laffe bedoening.
De eerste poging die ik ooit deed, leverde 12 bollen op. Toch een opbrengst van dik over de 50%.
Die hebben het niet al te lang uitgehouden, ze waren te lekker om langer dan strikt noodzakelijk te laten liggen.
De tweede poging, zette ik veel grootser op: niet 20 teentjes de grond in, maar gelijk 30. BAM jonguh!!! Knoflook vreten zullen we!
Die tweede poging faalde grandioos: van de 30 tenen die ik plantte, kwamen er precies 0 op. Er ontsproot wel wat, maar dat was op geen enkele wijze herkenbaar als, of zelfs maar eetbaar.
U kunt zich voorstellen dat mijn teleurstelling omgekeerd evenredig groot was.
De tijd vorderde, en omdat ik bij vlagen heerlijk in de tuin bezig kan zijn, kocht ik wat fruitstruiken om de gaten op te vullen die die mislukte oogst had achtergelaten in onze tuin (en in mijn ziel).
Daar, in dat Almeerplant, zoals onze hofleverancier voor de tuin heet, viel Ilses oog op een zak met knoflook. Ilse moedigde me aan om het nog eens te proberen. We hadden ten slotte nog wat bloembakken over, en voor zo weinig geld (grote zak in de "sale") kon het geen kwaad om het mee te nemen.
Ik sputterde voor de vorm wat tegen, maar omdat alle vaste plaatsen een indeling hadden gekregen met permanent wortelend en eetbaar struikgewas, ging ik akkoord.
Thuis gekomen, plantte ik de planten en vulde ik 3 bakken met verse "moestuin-aarde" en met veel liefde demonteerde ik de bollen knoflook om elk teentje, voorzien van zacht koerende en bemoedigende teksten te begraven. Aan mijn liefde zal het niet liggen.
Ik kon er in totaal een kleine 25 kwijt in die potten.
En telkens als ik buiten een saffie ging doen, keek ik hoopvol in die potten. Ik fluitsterde lieve woordjes richting de begraven teentjes. Ik moedigde ze aan om maar goed te wortelen. En lekker te ontspruiten.
Na goed anderhalve week van lief lispelen, flemend fluisteren en klef koeren ontdekte ik de eerste sprietjes. Jubelend deed ik Ilse verslag van de opkomst van niet 12, niet 17, maar wel 23 opkomende sprieten.
23 uit 25. Zo'n hoog rendement had ik nog niet. En ik had nog wat bolletjes knoflook achter de hand gehouden. En nog wat potten over...
Als een jekko ben ik nog snel wat "moestuin-aarde" gaan halen, om die andere potten te vullen met de achter de hand gehouden tenen.
Die inmiddels ook opkomen. Inmiddels van de 37 geplante tenen 34 opkomertjes.
Ik kraai natuurlijk victorie, ver voor dat het oogsttijd is. Want dat ligt wel echt nog een paar maanden in het verschiet. De winter moet erover. En dan, als het loof bruin wordt en knakt, kan ik ze opgraven.
En dan pas kan ik echt zien wat de uiteindelijke opbrengst gaat zijn.
Tot dat moment kakel ik ze gezond en wel de grond uit, in de hoop dat het stevige, volle bollen worden.

Maar ja.... Wat moet 1 huishouden in vredesnaam met 34 bollen knoflook? Ik eet het veel, maar zelfs ik heb wat dat betreft grenzen.
Mijn ervaring met "verse (biologische) knoflook" van de Albert Heijn is behoorlijk teleurstellend. Dat gaat schimmelen nog voor ik hem afgerekend heb. Gedroogde knoflook gaat langer mee.
Gelukkig heb ik collega's die absoluut interesse hebben in een bolletje, als de oogst goed is, dus die kan ik verblijden met een bolletje eigen kweek (en daar doe ik dan een paar takken verse rozemarijn bij en thijm, want die planten doen het sowieso bezopen goed).
Omdat ik wat meer kennis niet erg vind, besloot ik op het gezichtenboek maar eens te zoeken naar specifieke groepen over knoflook. Het prettige van facebook is namelijk dat ik geen apart account op een forum nodig heb, om aan informatie te komen, die vaak best correct is. Als je een beetje goed bent in het kaf van de koren scheiden.
Dus ik ga naar het zoekscherm, type in "knoflook" als zoekterm voor groepen, en krijg vervolgens een hele lijst aan mogelijke groepen te zien. Een greep uit de opties:
"Fanfare- en Harmonieorkesten".
"Koren in Groningen"
"Figuranten"
"Saxofonisten.NL"
"Second Love"
"Actie 112"
"Orgelclub"
"Toegepaste Psychologie"
Ehhhh... en wát heeft dat precies met knoflook te maken? Geen flauw benul.
Maar mijn fantasie slaat op hol: ik hoop dat die koren in Groningen zich niet al te zeer te buiten gaan aan knoflook, want met al dat gezang, gaat zo'n concertzaal best wel meuren. Tenzij je je publiek dood wil zingen, natuurlijk. Of zouden ze er recepten delen over welke mis het beste klinkt met een bolletje knoflook achter je huig?
Second Love, kan ik me al iets meer bij voorstellen. Het schijnt dat een overdaad aan knoflook de smaak van de liefdesorganen en -sappen niet per se appetijtelijk maakt. Als je partner dan te veel meurt naar enthousiast geconsumeerde knoflook, snap ik dat je op zoek gaat naar een iets frissere wip.
Je zou kunnen argumenteren dat iemand die zó gek is op knoflook best wel eens behoefte zou kunnen hebben aan een "toegepaste psycholoog", maar die zou ik dan weer niet zo snel op facebook zoeken, moet ik bekennen. En ook daar geldt: er is niet genoeg tandpasta voor handen om de knoflookgeur te maskeren.
Vreemd. Heel vreemd. Dus ofwel: ik doe iets niet goed in mijn zoektocht naar een groep over knoflook. Ofwel het bestaat nog niet.
Gelukkig wist een van mijn whatsapp-vriendinnetjes mij te leiden naar een pagina van uitgerekend de Libelle, waarin een erg goeie tip stond voor het drogen en bewaren van knoflook.

Dit weekend is het weer st. Maarten. Vorig jaar liep ik mee. Niet per se om mezelf te verrijken en verdikken met allemaal zoetigheden waar mijn tandglazuur walgend de kuierlatten bij neemt, zodra ik het zie, maar omdat het donker is, en ik het op deze leeftijd toch wat griezelig vind om Jente (en al haar vriendjes) zonder enige supervisie door het donker te laten struinen en huizen te terroriseren op zoek naar snoep.
Er waren meerdere vaders en moeders die mee op strooptocht gingen, en ik vroeg me soms toch een beetje vermaakt af of de mensen gul gaven vanwege het innemende gekrakeel van die kinders, of omdat ze een beetje geintimideerd waren door alle ouders die er ter bewaking en beveiliging bij waren.
Dit jaar moet ik een sluitdienst doen op het platform, en ik denk dat ik de traditie meeneem. U mag best mee, maar u dient mij wel een snoepje te betalen voor de rit. Dat idee. Eens kijken hoeveel kilo ik aan ga komen.

Dit alles maar weer geschreven hebbende, wens ik eenieder een fabelachtig weekend.











vrijdag 3 november 2023

Hete en pijnlijke nattigheden.

 Met mijn soort gedachten en handelen, wil het nog wel eens gebeuren dat er dingen mis gaan, die absoluut niet mis hoeven te gaan. In heden en verleden werkt(e) dit soms dusdanig op mijn gemoed dat ik nagenoeg alle heiligen van ziekten voorzie, dat zelfs onze zwarte kater bleek wegtrekt van ellende.
Soms ook niet. Dan accepteer ik gelaten dat ik ben wat ik ben, dat ik doe hoe ik doe.
Bij het bereiden van voedsel, krijg ik van mijn eega nogal eens het verwijt dat ik het te heet doe. Na al die jaren ben ik nog steeds niet gewend aan het elektrisch koken. Gaspitten snap ik. Maar dat inductiekoken.... Ik heb er grote moeite mee. Misschien omdat ik het vlammetje niet zie of zo.
Laatst ging het echter met de magnetron ook mis. Ja, ik kan dingen in de magnetron volstrekt laten verbranden.
Ik ging namelijk naar een wasstraat en bij het aanmelden kreeg ik van de wasstraatmeneer een pak stroopwafels kado. Omdat ik nieuwe klant was of zo. Prima, stroopwafels zijn ernstig lekker, dus ik zeg geen nee.
En laat het steeds kouder worden, en daarmee dus ook de warme dranken dus steeds aantrekkelijker worden. Ik vond het die middag tijd voor een lekkere kop koffie met warme stroopwafels.
Ergens in mijn brein ontstond het idee om 2 van die zoete koekjes in de magnetron op te warmen. Het leek me een briljant plan.
En dat was het.
Alleen die uitvoering.... Ja, dáár schortte wel een en ander aan.
De magnetron en ik hebben een haat-liefde verhouding. En laat ik gewend zijn aan de volstrekt waardeloze kut-magnetrons op mijn werk. Die met 20 minuten nog geen avondprakje op hebben gewarmd, óf met 10 seconden je avondprakje al verder ver-ast hebben dan een crematorium met een vers lichaam zou kunnen doen.
Maar goed, thuis is alles anders, dus 2 minuten leek me een mooie tijd voor die stroopwafels om lekker warm te worden. Voor een bakje havermout heb ik namelijk 1,5 minuut nodig, en dat is geen vast voedsel, dus voor een redelijk vaste koek, leek 2 minuten me prima.
Waarom dit fout was, weet ik niet. De ochtend erna bleek namelijk 1,5 minuut voor mijn bak havermout nog niet voldoende om hem lauw te krijgen. Maar die stroopwafels verbrandden alsof ik ze op gloeiende kolen had gelegd.
Er kwam een zure, branderige geur uit de magnetron, en toen ik het deurtje opende, kreeg ik eerst een rookwolk in mijn snufferd, waar voorgenoemd crematorium jaloers op zou zijn
Op het schoteltje zag ik, na het optrekken van de rook 2 (onder verbrande en versmolten stroop), weggezakte "wafeltjes" die het nog net niet uitgilden van de pijn en ellende.
Mijn vrouw was niet eens verbaasd. Ze mompelde iets over "passend bij mijn aangebrande karakter", maar dat ging verloren in mijn eigen verbijsterde gemopper. Ik wil hieraan toevoegen: het bleef bij gemopper. Ik heb niet extatisch staan schelden en vloeken. Het was meer berustend gemopper. De katten waren veilig. Poging 2 verliep een stuk aangenamer, hoewel die krengen nog steeds gloeiend heet waren, en ik mijn tandvlees en tong verbrandde aan die walmende heerlijkheid.
En van dat verbrande tandvlees heb ik tot op de dag van plaatsen van deze blog nog last.

Ik nam in 2021 definitief afscheid van Defensie. Mijn spullen diende ik in te leveren, met uitzondering van een paar zaken die ze niet terug hoefden. Waaronder mijn schoenen. (Logisch, want de geur die zich daarin genesteld had, was serieus dodelijker dan een M16, en die schoenen waren inmiddels zozeer naar mijn voeten gaan staan dat een ander die ze zou dragen bij de eerste stap al een dodelijke val tegen de vlakte zou maken). 
Ik had een haat-liefde verhouding met schoenen van defensie.
De Meindls die we kregen, (wandelschoenen ter waarde van bijna 300 euro) waren hun (belasting)geld dubbel en dwars waard. Goddelijk lekkere schoenen, die mijn staanders lekker comfortabel warm hielden. En waarmee ik door hun gewicht behoorlijk standvastig op de grond bleef staan.
Dat gewicht is ook prettig als je een arrestant (kmar) of een vervelende reiziger (schiphol, GRAPJE!!!!) een enorme rotschop wil geven om je standpunt nóg duidelijker te maken.
We hadden ook een paar "dagelijks tenue" schoenen, oftewel: dt-schoenen. Gewoon zielloos zwarte schoenen die per definitie niet gemaakt waren met draagcomfort in het achterhoofd.
Ze werden wel comfortabel, maar pas nadat je buitenste tenen, huid, botten, zenuwen en bloedvaten in je voeten allemaal aan gort waren, doordat ze veel te strak zaten, en totaal onflexibel waren.
In elk geval om die bezopen vormgegeven voeten van mij. En als ze dan eindelijk comfortabel waren, dan waren ze zó afgeleefd en afgesleten, dat je aan nieuwe exemplaren toe was, want dan scheurden de zolen, het leer werd craquelé en begon gaten te vertonen, die je alleen kon repareren door je witte uitstekende tenen zwart te kwasten.
Die "dt-schoenen" leidden daarom dus ook tot een stevige ruzie tussen mij en mijn leidinggevende, want we moesten die krengen verplicht dragen bij het dagelijks tenue, en het paar dat ik droeg, was al een behoorlijke tijd aan het overlijden. Ik had inmiddels al ruim een half jaar een nieuw paar in de bestelling staan, maar om de een of andere reden konden die hun weg naar mij niet vinden. Het paar dat ik droeg, zag er aldus niet al te florissant uit. Tussen schijndood en dood in, zeg maar. Mijn leidinggevende wilde mij op rapport slingeren, omdat mijn schoenen er niet uit zagen, terwijl ik ze niet nieuw geleverd krijg, en zij dat wisten. Die twee feiten maakten dat ik wat minder gedetailleerd reageerde.
Uiteraard was het mijn eigenwijsheid dat ik het verrekte om moeite te doen voor schoenen waarvan ikzelf inmiddels ook wel vond dat ze vervangen moesten worden, en ik wanhopig aan het wachten was op nieuwe exemplaren.
Maakt niet uit, na die ruzie, barstte corona los, en kreeg ik uiteraard vlak voordat ik ontslag nam, een nieuw paar DT schoenen.
Die belandden ergens ver weg. En in dit geval: uit het oog, uit het hart, want mijn Meindls waren toch veel beter.
Mijn Meindls gebruik ik tot op heden in de wintermaanden op het platform. Het zijn heerlijke schoenen, lekker warme voeten, waterdicht. Top dus.
Top, tot ik ontdekte dat de zool van de schoen toch wel erg dun begon te worden. Omdat ik geen zin heb om bijna 300 euro stuk te slaan op schoenen, terwijl alleen de zool aan het verslijten is, toog ik naar de plaatselijke schoenspecialist. Die wilde best wel mijn geliefde Meindl's verzolen. En dat deed hij prima. Alleen, zijnde de lompe boer die ik ben, ik trek mijn schoenen niet uit, ik trap ze uit. De één met de ander. En dat vinden zolen niet zo fijn. Dus die begonnen los te laten. Terug naar de schoenenspecialist en met het schaamrood op de kaken bekennen dat de zolen door mijn eigen schuld weer los aan het laten waren.
Hij kon het oplossen, gelukkig, maar niet gelijk.
Aangezien de herfst inmiddels Nederland ook bereikt heeft, was ik een beetje in de piepzak. Mijn zomerschoenen voor op het platform zijn op zich wel aardig waterdicht, maar niet geschikt.
En toen vond ik ze: de DT-schoenen. Ik was enigszins opgelucht, want op zich zijn die dingen wel waterdicht en redelijk warm.
Toen ik ze de volgende ochtend aantrok, ging dat moeizamer, en ongemakkelijker dan ik me kon herinneren. Maar goed, ik ging er van uit dat dat wel weg zou trekken, ze waren ten slotte "NOS", zoals ze in autoland plegen te zeggen als ze onderdelen voor oldtimers aan de man brengen. New Old Stock...
En dat wegtrekken van alle stugheid, en krapheid, gebeurde dus niet.
De hele dag heb ik rondgelopen als iemand die ongewild en op grove wijze iets anaal in geramd had gekregen. Wat een duivelse pijn.
Mijn voeten protesteerden tegen elke stap die ik zette. Mijn grote tenen werden naar buiten gedrukt, de rest naar binnen. En omlaag. En omhoog. En dubbel en dat allemaal tegelijk en bij voortduring.....
Dit specifieke paar is gemaakt door sadistische dronken duivels in de krochten van de schoenen hel, speciaal voor ondeugende onderofficieren die hun schoenen niet vaak genoeg poetsen. Martelwerktuigen voor de 21e eeuw, zeg maar. Ongelooflijk dat ze die arme militairen (in opleiding) in die helse marteltuigen rond laten lopen.
Toen ik ze eindelijk uit mocht trekken, was het alsof mijn voeten tegelijkertijd van pure opluchting en vreugde klaar kwamen. Ik bevrijdde ze van een tranentrekkende pijn die dieper ging en langer duurde dan ik ooit in mijn leven heb mee mogen maken. Aan mijn voeten, that is. 
Ik had natuurlijk op voorhand beter moeten weten. Of in elk geval beter en dieper in mijn geheugen moeten graven. Maar ik kwam bij die specifieke schoenen niet veel verder dan de herinnering dat ik op mijn flikker kreeg omdat het vorige paar (dat na maanden van martelen wél lekker liep) niet meer helemaal jofel was.
De dag erop koos ik toch maar voor eventueel nattere en koudere voeten, en trok ik mijn sneakers maar weer aan. Gelukkig bleef het qua hemelwater rustig, dus kon ik met droge voeten mijn werkdag door.
Ik ben wel van zins om deze DT-martelmuiltjes door dezelfde schoenenspecialist te laten terugmartelen en ze wat te laten oprekken, waarbij hij de uitdrukkelijke toestemming krijgt om ze finaal kapot te scheuren als ze niet willen rekken. Mijn blinde haat kent geen grenzen wat deze schoenen betreft. Dat zal duidelijk zijn.

Ik had al even melding gemaakt over hoe trots ik ben op mijn dochter. Het diploma op zich doet me weinig. Het is een brevet voor het zelfstandig zwemmen.
Jente vindt zwemmen hartstikke leuk. Maar net als met veel dingen: ze zoekt het zelf uit, wil zelf doen, en haar boeit het weinig wat de theorie erachter is, of dat het techniekje wel 100% klopt.
Om die reden, was het boulderen (klimmen) ook niet echt een spektaculair idee, want ze moest dan wel oefeningen doen en regels volgen, terwijl madam gewoon lekker wil klauteren. Om die reden zie ik dus muziekles ook niet zo zitten. Daar moet je voor oefenen, anders vind ik het zonde van het geld.
Maar goed, terug naar het zwembad. Wij vonden een goede basis voor het zwemmen heel belangrijk.
En dan loop je in Almere tegen een schaarste aan zwemscholen aan. Er zijn er geloof ik maar 2 die de diploma's van de zwembond aanhouden, de rest doet het op een andere wijze.
Dat levert wachtlijsten op.
Die allemaal overwonnen bij van Rheenen, blijkt dat je als ouder gewoon een makkelijke cashcow bent.
De communicatie was volkomen afwezig. Redenen waarom er zo lang over dat c diploma gedaan moest worden: het klikte niet met de eerste docent. Die was niet in staat om Jente op een goede manier te benaderen. Dat kan ook aan Jente liggen, maar het maakte het nagenoeg onmogelijk om een gemotiveerd kind mee naar dat sakkerse zwembad te nemen.
Toen ging ze naar een andere dag, en zou het binnen 2 maanden toch wel moeten gebeuren.
Never happened. Want die docent, ging weg, deed geen overdracht en de nieuwe docent dacht dat ze pas net begonnen was voor haar c diploma, in plaats van al een half jaar. En de communicatie bleef 0. De communicatie bleef 0, de afschrijvingen voor de zwemlessen bleef onverminderd hoog.
Ja, dan kun je zeggen: ga ergens anders heen, maar zo werkt dat toch niet. Overal zijn wachtlijsten.
Wij moesten dus telkens een tegenstribbelende en huilende Jente motiveren. En uiteindelijk heeft dat geresulteerd in een kind dat knokte, tegen haar weerstand. Tegen de zwemschool. Bam... Dat vind ik groots. Turfje hoog heeft gewoon gewonnen. Fuck You van FuckingRheenen!!!
Ze zou Jente niet zijn als ze dat niet een beetje op geheel eigen wijze deed, door op het muziekje van de Macarena te dansen vlak voor ze te water ging om allemaal onnavolgbare oefeningen te doen.
Dus trots als een baviaan met 7 lullen gingen we naar huis. Een pracht van een ervaring over doorzetten en het wél kunnen mee naar huis nemend. Die vind ik belangrijker dan dat papiertje.
Het heeft ook een nadeel: we hadden haar een Jentedag beloofd als ze dat vermaledijde papiertje haalt, waarin we zoveel mogelijk dingen doen die zij leuk vindt. Ik bereid me vast voor op het onvermijdelijke: dat ik een dag compleet opgemaakt door Jente op het platform voor lul moet rijden. Maar dat is het waard.

En dit alles maar weer geschreven hebbende, begint voor mij het weekend pas dinsdag, maar ik zou ik niet zijn als ik u allen geen beste toewens. Bij deze.







vrijdag 27 oktober 2023

Dat moet je niet doen.

 "Dat moet je niet doen!".
Het waren gevleugelde woorden, die ik nagenoeg wekelijks wel te horen kreeg. Ik was krap van de middelbare school af, aan het studeren, en aan het ontdekken hoe ik het leven dat ik gekozen had moest leven. Vorm moest geven.
Het waren woorden van iemand die de essentie van het loslaten op geen enkele manier begreep en nog minder in praktijk kon brengen. Het waren woorden van iemand die voelde dat de controle door de vingers glipte, en wanhopig probeerde die te behouden. En wanhopig probeerde de grip op mij (n leven) probeerde te behouden.
"Dat moet je niet doen".
Het leidde er wél toe dat ik nooit geleerd had hoe het aardse leven eruit zag, en dat dus allemaal zelf met vallen en opstaan moest ontdekken. En toen ik los was in die grote stad, deed ik dat met volle overgave. Het ontdekken, en vooral het op mijn muil flikkeren.
En opstaan. Steeds maar weer. Want dat doe je, als lerend mens.
Ik moet hier toegeven dat ik in sommige gevallen het "Dat moet je niet doen!"-antwoord beter wel ter harte had kunnen nemen. Bijvoorbeeld die keer dat ik een doorlopend krediet afsloot om een auto te kopen. Daar heb ik nog lang om kunnen lachen. Vooral toen die auto al lang en breed weg was, en ik me toen pas ten volle realiseerde wat dat eigenlijk inhoudt, zo'n doorlopend krediet. Maar goed: dat was dan een van die keren dat ik dus langzaam opkrabbelde, nadat ik ongenadig op mijn muil stortte.

In 2007 kreeg ik mijn eerste tattoo.
Ik kwam de betreffende artiest wat jaartjes eerder tegen, het begon in mijn hoofd een eigen leven te leiden. Ik begon te denken, nog meer te denken en nóg meer te denken.
De reactie uit het zuiden kon ik inmiddels wel uitspellen (zal ik hem verklappen, of moet ik dat niet doen?), dus dat liet ik gemakshalve maar voor wat het was. Er was mijnerzijds totaal geen behoefte aan het aanhoren van alle stereotyperingen en zelfingenomen en zelfverzonnen argumenten tegen het prikken van een prent. 
Het was ten slotte mijn ding.
Dus die tattoo kwam er. En hoe.
Vol trots plaatste ik een foto op hyves. Dat was toen nog een ding. Ik had er uiteraard niks over verteld, maar via wederzijdse vrienden die wél op hyves zaten, kreeg ik dus een (uiteraard) negatieve reactie te verwerken.
Maar goed. Hij stond en ik was er helemaal blij mee.
Ik had er eigenlijk ook geen heel verheven verhalen vol symboliek bij, maar onbewust denk ik dat die eerste tattoo een groots en meeslepend gebaar was dat mijn moeizaam verkregen onafhankelijkheid onderstreepte.
En er volgden er nog twee, in dezelfde stijl, door dezelfde artiest. Gevolgd door dezelfde negatieve reacties.
Het was voor mij een uiting van het negeren van: "Dat moet je niet doen!" Ik wilde niet bijzonder graag passen in het beeld dat er van mij zou moeten bestaan.

Fast Forward naar het heden.
Ik zal niet ontkennen dat ik, om te komen waar ik nu ben, heel wat heuvels bewandeld heb. Heel wat dalen heb gezien. Net zoals elk mens van in de 40, lijkt me.
Ik bekijk mijn oudste tattoo's nog met regelmaat. Ze zijn ook niet echt te missen en zitten op niet echt te missen plekken. 
En nog steeds vind ik ze mooi. Ze zijn wat aan het vervagen, en de symboliek die ik dát toedicht, past er eigenlijk wel erg goed bij, moet ik zeggen.
Ze stammen uit een vorig leven. Ik was "een ander mens", in zekere zin, met andere inzichten. Ik heb geen seconde spijt van die eerste tattoo's. Want ze horen bij de Marnix die ik ooit was, en zonder wie ik er nu nooit zou zijn geweest.
Het vervult me met wat weemoed, zo je wil.
Maar het vervagen van die tattoo's gaat (zij het langzamer) wel samen met het vervagen van het leven dat ik ooit leidde, en waar die tattoo's aan ontsproten zijn.
Na de geboorte van Jente speelde ik al een poos met het idee om een tattoo te nemen met dat feit als onderwerp.
Ja, dat is intens kazig, maar ik pretendeer dan ook niet dat ik niet een heel erg kazig randje aan mijn karakter heb (ik kan intens genieten van Vlado Kumpan, André Hazes en de Snollebollekes).
Het ontwerp kwam van Anja Brons en Marco van Masto Tattoo was de artiest die het ontwerp op mijn arm prentte.
Het werd een pracht van een prent, vol met symboliek.
De Jente-tattoo was ook de eerste die ik vol in het zicht zette: op mijn onderarm. Iets dat ik pas deed toen ik mijn felbegeerde vaste contract op Schiphol ondertekend had, op aanraden van vriendje Raijmond. En wederom, zoals dat bij mij gaat, het werkt toch een beetje "verslavend". Dat gekras. De "pijn". Het voldane gevoel als hij af is, en als het genezen is. Zo'n mooie, op maat gemaakte prent die ik mijn leven lang met me mee kan dragen.
En ik wilde er nog één. Een fenix, die geen agressie uitstraalt, maar wijsheid, vriendelijkheid en kracht.
Iets waar blijkbaar dus een zekere symboliek niet aan te ontkennen is (een fenix wordt geboren uit zijn eigen as, en in zekere zin is dat bij mij ook een beetje het geval).
En dat is het geworden. Marco maakte deze prent zelf, en na wat heen en weer ge-app over de mogelijkheden en onmogelijkheden staat er wederom een prent waar ik intens blij mee ben. Op mijn hand. Het mag gezien worden.

"Moet je niet doen!" Oeps, te laat. Al gedaan.

Bij het zetten van een tattoo heb ik altijd een paar bijwerkingen. Ik krijg er namelijk een niet simpel te stillen honger van. De tattooëer-meneer zit ergens in een bedrijfspand in Lelystad, waar geen eetgelegenheden zijn die ik stante pede leeg kan vreten. Dat heeft te maken met het feit dat het zetten van die tattoo ervoor zorgt dat mijn lijf ongekende hoeveelheden endorfine en adrenaline aanmaakt.
Afgelopen dinsdag, de dag dat nummertje 5 werd gezet, kwam ik echter al binnen met een tot ver boven mijn oogbollen opgepompte hoeveelheid adrenaline.
Ik was namelijk bijna van de dijk afgereden.
Mijn navigatie heeft de prettige eigenschap dat die mij een route geeft die zo economisch mogelijk is.
Fijn, want er leiden talloze wegen tussen hier en Lelystad, en dinsdag kreeg ik een route voorgeschoteld die ik nog nooit gereden had.
Een prachtige route. Mensen die claimen dat Flevoland een plat stuk onderzees, saai land is, hebben geen flauw benul waar ze over praten. Ga er maar eens rijden. Ga die dekselse A6 eens af, en rij binnendoor naar je bestemming. Net als in Frankrijk, je ziet onverwacht mooie stukken bos, prachtige plassen en gave luchten.
Maar die binnenwegen zijn soms ook net als in Frankrijk, of als het land van doorgang, België: niet al te best, dus.
Ik werd dusdanig binnendoor gestuurd dat ik bang was dat ik over een akker aan het rijden was, en kwam terecht op een klinkerweg waar zelfs Belgie zich voor zou schamen.
Dat klinkerweggetje was de toeweg naar een wat grotere dijk, en op zichzelf al een soort van dijkje.
Ik was me te laat bewust van het feit dat ik evengoed in Belgie had kunnen rijden, want ik reed dus door een soort van diepe kuil in die klinkers, hoorde een bonk, en voelde mijn achterkant uitbreken. Ik voelde mijn achterkant uitbreken en mijn voorkant een richting opgaan, die me naar diepe(r) (letterlijk en figuurlijk) gelegen ellende zou leiden.
Met wat kunst- en stuurwerk, en snauwend: "Dát moet je niet doen!!!", wist ik te voorkomen dat ik, samen met mijn geliefde reisgenoot, in een laag gelegen sloot zou eindigen, en ik moest heel even tot stilstand komen om adem te halen. Fijn, dat mijn auto toch wel onmiddelijk naar mij luisterde....
Ik durf best te vertellen dat ik behoorlijk de bibbers in mijn benen had. Vooral ook omdat het weggetje waar ik reed, compleet leeg was. Geen levende ziel te vinden, behalve een paar vrolijk fluitende vogels. Het had lang kunnen duren, zeg maar.
Was het bijna een heel erg dure tattoo geworden.
Voor de terugreis maar gekozen voor een iets minder spannende route, ik wilde mijn nieuwe prent toch wel enigszins ongeschonden aan mijn eega en kind kunnen laten zien, en niet extra in gips verpakt in een ziekenhuis...
En uiteraard een fotootje van de opbrengst van het hierboven beschreven spektakel. Nog niet 100% genezen, maar al een heel stuk in de richting.











 







Wat ook spektaculair was: de (en ik kan even geen Nederlands woord vinden) entitlement, zoals ze dat op zijn Amerikaans zeggen, van een dame in mijn bus.
Het was een van de laatste vluchten van die avond, en ik had maar 7 of 8 personen in mijn bus.
We moesten even bij het toestel wachten, maar uiteindelijk konden we dan toch uitstappen. De dame in kwestie zat vlak achter mij, voor in de bus, en ik zag dat ze iets van een sjaal had laten liggen, dus brave en meedenkende buschauffeur die ik denk te zijn, attendeerde ik de vrouw in kwestie op het feit dat ze haar sjaal had laten liggen.
"Oh, nee dat is wel goed hoor, die wil ik toch niet meer hebben".
Mijn bek viel in eerste instantie op het beton van de vliegtuig-opstel-plaats, maar toen sloot mijn brein kort.
Ik zei haar dat ze in dat geval gebruik kan maken van de prullenbakken, welke in de bus aanwezig zijn, en haar reactie was zo mogelijk nóg stuitender:" Oh, moet ik dat opruimen?"
Op mijn gebruikelijk genuanceerde en subtiele manier maakte ik duidelijk dat het inderdaad wel zo fatsoenlijk is om je rotzooi achter je kont op te ruimen, ja.
Dat je je rotzooi niet achter laat, daar waar nog meer mensen van die bus gebruik moeten maken. En ook niet voor de eerlijke vinder, ik dus, die nog wel meer vluchten af te handelen heeft, en dus geen tijd om ook nog eens allemaal onnodig buiten de prullenbak achtergelaten rotzooi weg te werken.
Dat er geen kabouters rondrennen op Schiphol die gratis en voor niks andermans zooi opruimen, dat dat allemaal duur betaald moet worden.
En dat als meer mensen gewoon hun zooi opruimen, er dus minder onkosten gemaakt hoeven worden voor schoonmaakbedrijven.
Kortom: ik was goed op dreef.
Schutterig stommelde de dame naar haar sjaaltje toe, en deponeerde die in de prullenbak. De medereizigers die het geheel gevolgd hadden, gaven me een kleine ovatie, variërend van luidop lachen, tot een schouderklop en een grinnikend gesprekje over hoe bizar sommige mensen toch in het leven staan.
Je tyfuszooi laten liggen voor een ander: DAT MOET JE NIET DOEN!

Dit geschreven hebbende, begint mijn weekend. Een lekker lang weekend. Want ik had dus wat uurtjes over, en daarmee heb ik een 4-daags weekend bij elkaar gewerkt. Ik ga daar eens gruwelijk van genieten.
Dat moet ik wél doen.
Ik wens eenieder een beste toe.



donderdag 19 oktober 2023

Uit het oogpunt van...


Help, ik word oud.
Ja, dat hoop je dan altijd maar. En als het in goede gezondheid zal zijn, hoop ik dus inderdaad dat ik zo oud mag worden dat ik Jente haar levensgebeurtenissen mag meemaken. Haar zwemdiploma's heb ik al in mijn zak zitten. Maar zo zijn er wel meer van die dingen van mijn dochter die ik best zou willen zien.
Maar ouder worden, komt met kwaaltjes. Zo heb ik een bril. Die heb ik al vanaf mijn 18e, en elke 2 jaar koop ik een nieuw exemplaar. Ooit nog op kosten van de belastingbetaler middels defensie, inmiddels moet ik mijn eigen zorgverzekering ophoesten elke maand, en verdom ik het om maandelijks 1000-den euro's te betalen, om elke 2 jaar een maximale vergoeding van 10 euro aan een bril te mogen stukslaan.
Elke twee jaar is mijn afwijking wel een beetje anders en dus vind ik dat ik elke twee jaar best een nieuwer, hipper model op mijn opmerkelijk fraai gestyleerde neus mag planten.
Maar omdat ik diabetes heb, vindt de huisarts dat ik om die reden wat vaker een oogcontrole moet ondergaan. Dat gebeurde dik anderhalve week geleden. Een fundus-foto. Dan stap je een donkere kamer in, je kinnebak in een houder. Dan moet je vervolgens je oog wijd open houden, en dan gaat die jongeman met een beangstigend enthousiasme met een veel te felle camera in je oog zitten koekeloeren. Dat is serieus niet fijn. Je ogen open moeten houden, terwijl er iemand met een fel licht in je ogen gaat zitten schijnen, om iets te vinden dat hem niet aanstaat. En dan denk je klaar te zijn, maar dan komt oog nummer 2 nog...
En mooi dat hij dat vindt. Zoiets als een tandarts, lijkt me. Je moet een beetje een sadist zijn. Mensen mogen pijnigen onder het mom van gezondheidszorg. 
Een kleine week later kreeg ik de uitslag van de diabetes-mevrouw. Helemaal in jubelstemming, alles was goed, met die oogbollen van me.
Maar echt communiceren doen die zorgverleners niet, want inmiddels had ik ook al een afspraak met een arts in het ziekenhuis. Voor mijn ogen.
Ik ging er eigenlijk van uit dat dat was om de uitslag te bespreken.
Een kort praatje gemaakt, dat ik geen problemen heb. Hoewel... Ik heb moeite met lezen. Ik moet mijn telefoon of boek serieus op afstand houden. Veraf zien, geen probleem.
De (jonge)dame begon te grijnzen. "Meneer, op uw leeftijd [AUW, ik ben pas 42] aangekomen, begint u simpelweg de behoefte te krijgen aan een leesbril, en dan niet die van de plaatselijke drogist, want met uw normale afwijking, werkt een leesbril in de plus helemaal niet".  Kortom: ik ben oud, en moet ofwel aan varifocale glazen, of accepteren dat ik als een man op leeftijd gewoon mijn boek of telefoon op meer dan armlengte van mijn snufferd moet gaan houden om te kunnen lezen.
Oke, goed. Praatje gemaakt, tijd om te druppelen. Want bij dit onderzoek kreeg ik druppels in mijn ogen, die in moesten werken. Nasty goedje. Lang werkend goedje ook. Heel erg langwerkend. Het was maar goed dat ik vrij was die dag, anders had ik niet in kunnen staan voor de veiligheid van passagiers en vliegtuigen.
Na 10 minuten dat goedje in te hebben laten werken, mocht ik binnen komen, en werd er met laserstralen in mijn ogen gekeken. Niet bijster fijn. En ook hier weer: de gepassioneerde hartstochtelijkheid waarmee de dame mijn ogen verblindde, grensde aan puur sadisme.
De (jonge en verder toch wel zeer vriendelijke) dame concludeerde in dezelfde jubelstemming als de diabetes-mevrouw een paar dagen eerder dat er geen diabetes in mijn ogen was.
Verbaasd zei ik dat ik dat al wist, want er was nog niet zo lang geleden zo'n oogbollenfoto gemaakt, en dat ik eigenlijk verwachtte dat we die uitslag zouden bespreken.
"Oh, dat is wel gek. Want dan had u hier vandaag niet hoeven komen, goed is goed".
Juist.
Je wordt door de zorgverleners, -verzekeraars en apothekers gesmeekt of je alsjeblieft met allemaal accounts en allemaal apps je eigen zorg wil verlenen en je privacy nog meer inlevert, want dat is makkelijk, en hoef je ook niet meer te bellen, en dan genees je al nog voor je ziek bent. Zo enthousiast worden ze van al die onmenselijke communicatievormen die ze je op willen dringen.
Maar voorkomen dat je 2 keer mishandeld wordt voor één en hetzelfde onderzoek, dat lukt met al die account-tovenarij dan blijkbaar niet.

Uit de niet serieus te nemen, lachwekkende politiek:
De SP komt met een prachtig statement, dat door de hele tweede kamer massaal is overgenomen: de plastic-tax moet verdwijnen. Want we redden het milieu er helemaal niet mee. We dwingen bedrijven niet om milieuvriendelijker te worden en het enige dat het oplevert, is een nodeloze prijsstijging voor de consument.
Mooi dat de politiek daar, veel te ver nadat het is in gegaan, ver nadat het bedrijven NIET dwong om milieuvriendelijker te worden, en ver nadat het consumenten alleen nog maar meer last van de inflatie opleverde, er eindelijk achter kwam. Chapeau! Goed gedaan.
De rest van Nederland wist dit natuurlijk al lang. Maar de politiek niet.
Die liet het gebeuren.
Waar was de SP toen een of andere stomkop die plastic-tax invoerde?
Waar was de tweede kamer?
Toen waren ze muisstil. In permanente staat van laveloosheid.
Humor: nu gelooft de politiek grif dat het afschaffen van die bespottelijke plastic tax gaat leiden tot verlaging van de prijzen. Wat schattig. Wat naïef. Wederom een staaltje van symboolpolitiek waar je met respect naar zou kijken, want zo zout vreten we ze echt niet, de laatste tijd. Al was het maar omdat op elk potje zout een plastic tax zit. Of zat. En dus blijft zitten.
Het zal de SP vast wat stemmen opleveren zo hier en daar. Regeren is vooruitzien. Het is maar goed dat je voor het vak 'politicus' geen rijbewijs nodig hebt, want ze zouden allemaal gezakt zijn op vooruit kijken en anticiperen. En ik heb het gevoel dat politiek Den Haag al jaren door een van ranzigheid dichtgeslibde voorruit aan het koekeloeren is, een kilometers lang spoor van ellende door het land heeft achter gelaten, en het einde is nog niet in zicht.

L.E.O.
Lomp en onhandig.
Het zou zomaar mijn bijnaam kunnen zijn. Hoewel de nadruk daarvan tegenwoordig meer op het lompe ligt, en minder op het onhandige.
Dat begon aan de vooravond van mijn pubertijd. Dus toen ik 11 was of zo.
Bij Jente is het al een poosje aan de gang. Ze is er wat vroeger bij dan ik. Niet bepaald onverwacht, het kind draagt niet alleen mijn genen, maar ook die van haar moeder, en die is op zijn zachtst gezegd nog een slagje L.E.O'er dan ik.
Als Jente alleen maar ademhaalt, flikkert er ergens wel iets op de grond. Als ze goedbedoeld de afwas naar de keuken brengt, gooit ze een stoel om, en klettert het bestek door het raam naar buiten.
Als ze lacht, stuift de Lego (waar ze tot mijn genoegen naar hartelust mee speelt en knutselt) de hele kamer door. En driemaal raden wie daar dan weer in gaat staan: juist. Claus. Of Ilse.
Als Jente haar jas aan gaat trekken, struikelt ze over haar schoenen die ze net aan heeft getrokken.
Als ze naar me toe rent om trots iets te laten zien, trekt ze een spoor van gevallen voorwerpen door de kamer.
Pakt ze een schriftje van tafel om me haar zelfgeschreven verhaaltje te laten lezen, veegt ze met een groots gebaar de hele tafel leeg. Op zich kan dat geen kwaad, ware het niet dat de vloer niet per se de eindbestemming is van alle spullen die op tafel lagen.
9 van de 10 keer dat ze wat drinkt, spuit het haar neus weer uit omdat ze toch weer even tussendoor iets moet vertellen, maar vergat dat ze aan het drinken was.
9 van de 10 keer dat ze eet, vergeet ze dat ze aan het eten was, de hagelslag van haar boterham regent door de kamer, terwijl ze wild gebarend haar verhaal doet.
Als ze naar boven gaat om naar bed te gaan, stoot ze om de traptrede wel een teen, een enkel een pols of een hoofd. Al dan niet die van haarzelf.
Het is, kortom, bijna om wanhopig van te worden.
Wanhopig, want ik begrijp dat de zorgpremie maar weer gaat stijgen, maar de materiele schade gaat natuurlijk op een gegeven moment ook van dien aard worden dat de WA- verzekering gaat klagen.
En niet alleen dat. De sporen van rotzooi die ze achterlaat, moeten ook opgeruimd worden. Je krijgt er zoveel voor terug.
Want nog steeds, inmiddels al een jaar of 4, 5 hebben Jente en ik met regelmaat ons momentje samen. Lol maken op het grote bed.
Bestaat uit niet veel meer dan kietelen, met wat poppen of knuffels spelen, en een hoop griezelige acrobatiek. (L.E.O.), en zelfverzonnen spelletjes met uitbreidingen.
Er komt natuurlijk een moment dat ze daar te groot voor wordt. Dat ze teveel puber wordt om dat nog leuk te vinden. Om zich daar nog gemakkelijk bij te voelen. Zo moet dat denk ik ook gaan. Die momentjes zijn wel kostbaar, want ze duren dus niet eeuwig. En die momentjes maken de sporen van vernieling die ze in al haar jeugdige enthousiasme trekt, draaglijk. Vooral als ik dan dat koppie zie. Ogen die stralen als de zon van intens plezier.
Wat een kind....

En om te voorkomen dat dat kind van mij zichzelf zou bezeren aan achtergebleven bierflesscherven (iets met een L.E.O'e lifter) bracht ik mijn auto van de week naar een professionele poetser.
De verschaalde bierlucht, wisten we enigszins te maskeren, maar deze poetsmeneer wist de puntjes wel goed op de i te zetten.
Ik heb mijn auto van een bevriende garagist in Veenendaal gekocht. Het voordelen daarvan zijn legio: ik koop geen rotzooi, hij verkoopt het niet. En vaak weet hij ook wel iets van de geschiedenis van de auto. Zo ook van deze.
Mijn auto was van een oude man die niet meer moest rijden. Dat was ook wel zichtbaar, de vorige eigenaar had op het laatst van zijn houderschap moeite met het overzien van de omvang van het ding. Getuige alle schaafwondjes op de hoeken.
Ik vroeg de professionele poetsmeneer of hij kon kijken wat hij kon doen met die schaafwondjes, en de grootste ervan heeft hij serieus onnavolgbaar weg weten te werken. Dat had als bijwerking dat ik met een grote grijns naar huis reed, en trots wat foto's van voor en na de behandeling deelde met auto minnende vriendjes.

Dit alles maar weer geschreven hebbende, is mijn weekend bijna ten einde, en begint voor mensen met een normaal leven, een nieuwe. Ik wens eenieder een goede.





vrijdag 13 oktober 2023

Shenanigans deeltje 6

Zal ik eens een update geven over mijn nieuwe telefoon?
Hoe tevreden ben ik nu eigenlijk met mijn nieuwe telefoon? Ik heb hem ten slotte al een week in gebruik.
Het feit dat het om een opvouwbaar apparaat gaat, vind ik werelds. Geen gedoe meer met het zoeken naar een geschikte plek om hem mee te dragen. Hij past overal, in elke zak. 
Daardoor soms wel gedoe met zoeken naar de juiste zak, want ik heb nogal wat zakken, en ik zou Marnix niet zijn als ik niet met enige regelmaat glad vergeet in welke zak ik mijn kleine telefoontje heb opgeborgen. Ziet men mij wild kloppend op vreemde plaatsen staan schutteren: geen paniek, ik ben slechts op zoek naar mijn nieuwe digitale toverdoos.
Als ik hem open vouw, dan is het gewoon een full size telefoon die voorzien is van alle gemakken, en nog meer gemakken, die ik van zijn levensdagen niet zal gebruiken.
Eigenlijk is zo'n apparaat ook veel te complex voor mij. Er kunnen dingen op en mee, die ik simpelweg niet snap en nooit zal kunnen bevatten. Maar om dan maar aan een seniorentelefoon te gaan, vind ik nog een stap of 2043 te ver.
De batterij hoef ik niet 2 tot 3 keer per dag op te laden, maar slechts 1x. Dat vind ik serieus een vooruitgang om u tegen te zeggen. En kenners gaven mij als tip om het ding op te laden als die rond de 15% zit (dat is ook wanneer hij erom begint te zeuren) en niet eerder. Dus meestal is dat ergens op de dag, dan plug ik hem in de powerbank, en dan gaat hij weer een etmaal mee.
Fijn.
Hij is in alles sneller dan de vorige. Scherper beeld ook.
Maar wat zo leuk is: ik ben van nature wat lui aangelegd, en doordat ik nu een handeling extra moet verrichten om gebruik te kunnen maken van alle communicatieve en digitale wonderen uit die toverdoos, gebruik ik hem een stuk minder.
Het openklappen van die toverdoos is dus blijkbaar voor mij een reden om het ding vaker in mijn zak te laten zitten. Ik zit dan een beetje om me heen te staren, of te kletsen. Of gewoon een beetje te soezen. Maar even geen schermpje waar ik over gebogen zit.
Fear of missing out? Nee, ik mis niet zoveel. En omdat ik godzijdank geen influencer ben, hoef ik ook niet altijd wat te delen.

Hoewel... Natuurlijk deel ik veel. Mijn halve, zoniet mijn hele leven ligt zo'n beetje te grabbel via deze blogs.
Ik probeer vooral een inkijkje te geven in mijn leven, voor diegenen die het interesseert.
De leuke, ontroerende, gekke of nare momenten die zich aaneenschakelen en zo voor het leven van Marnix zorgen.
Zo hadden we van de week weer een vlucht af te handelen, die door de regie al als "vaag" werd bestempelt.
De regie kreeg maar geen contact met de gate, en of ik maar even wilde gaan kijken, ter plaatse.
Ik ging ter plaatse, en zag dat de gate-agent heel erg druk bezig was. Met zijn lunch welteverstaan en niet met het op het afgesproken tijdstip laten boarden van passagiers.
Die lunch leek meer op een slachtpartij, dan op een lunch. Ik overdrijf niet als ik zeg dat de kruimels in het rond spatten, want dat deden ze. Dat was geen eten meer, dat was, om het op zijn Amerikaans te beschrijven: "chompen". Ik weet niet precies wat dat broodje hem misdaan had, maar het werd op werkelijk woeste wijze opgevroten gewoon.
Op verzoek van de regie, klopte ik eens op het raam, en middels een nuffig handgebaartje maakte de gate agent me duidelijk dat ik me koest moest houden. 
Tja, het zijn natuurlijk niet mijn reizigers, maar die van de vliegmaatschappij, dus ik liet het maar weer over aan de regie. Ik kon er verder niet zoveel mee, aangezien een bestorming van de gate, door één enkele buschauffeur als ongewenst wordt beschouwd.
Na veel vijven en zessen, begon dan eindelijk dat boarden, en inmiddels stond de 2e bus al achter me, en stonden we ons gezamelijk te verkneukelen om de woest schrokkende gate-agent.
Tot er een dame naar buiten kwam, die zoveel handbagage mee had genomen, dat ze (alleen daardoor) klem kwam te zitten in de draaideur.
Toen ze gemangeld door die draaideur naar buiten stortte, brulde ze dat ze toch echt te dik was voor dit soort kleine draaideurtjes. (En geloof me: een uitgemergeld paard was dikker dan deze dame). We moesten allebei alle zeilen bijzetten om niet ter plekke in schateren uit te barsten. We waren door alle gekkigheid erg melig geworden.
Aangekomen bij het vliegtuig, gooide ik de deuren los, en alle vakantiegangers stroomden het platform naar het vliegtuig op.
Blijkbaar keek ik nogal woest, want een van de passagiers vroeg me of ik boos was, want ik keek zo boos. Boos was ik niet, inmiddels wel wat hongerig, dus ik meldde dat ik niet boos was, maar dat mijn gezicht in ruste gewoon een beetje een rotkop was. Daarna wilde ik achteloos door de bus mijn rondje lopen om te controleren of iedereen zijn spullen en schoonmoeders mee had genomen, doch de passagier in kwestie sloeg bijna letterlijk dubbel van het lachen.
En dat terwijl mijn opmerking echt niet zó leuk was.
Nu ja, in elk geval van één passagier het begin van de vlucht tot een vrolijk iets gemaakt. Dat is ook wat waard, nietwaar?

Ik ben in de omgang best makkelijk, al zeg ik het zelf. Ik heb geen geduld voor onzin, ik heb geen geduld met onrecht of oneerlijkheid, maar los daarvan: ik ben best makkelijk.
Dus als mij gevraagd word of ik een persoon mee wil nemen naar Schiphol, omdat die persoon er net zo vroeg moet zijn als ik, dan doe ik dat.
Ik zal niet te veel in detail treden, anders dan dat de goede man het verkeerde huisnummer door had gekregen, en dat was een voorbode voor een miserabele ochtend.
Ik zag op die goede ochtend, vlak voor vertrek een wat oudere kerel door het regenachtige duister voorbij stiefelen met koffers in zijn handen. Ik durfde niet al te hard te roepen (ten slotte was het nog geen 5 uur in de ochtend) maar mijn stemgeluid bereikte de man net wel of net niet. In elk geval niet genoeg om hem op zijn hielen te laten keren.
Hij keek wel om, dat wel.
Om vervolgens door te stiefelen. Dat ook.
Goed, ik startte de auto maar vast, en besloot om achter hem aan te rijden, en hem halverwege het einde van de straat op te pikken.
Was die hele vent gewoon weg. Onvindbaar. Geen wonder, als je bij het verkeerde huisnummer aan staat te bellen, die arme mensen, zich van geen kwaad bewust, in alle godsvroegte uit hun nest te trekken.
2x door de straat gereden, en toen pas zag hij me. En ik hem.
Hoppa. Op naar Schiphol.
Daar aangekomen, ging het echt faliekant mis.
Uit dankbaarheid had de man zijn koelkast leeggetrokken, en wilde mij (heel vriendelijk) middels het geven van een fles wijn en 2 biertjes bedanken voor de lift.
Die trok hij uit een plastic zak, en liet ze vervolgens, voordat ik goed en wel kon ingrijpen omdat dat een heel erg slecht idee is, één voor één op de achterbank glijden. (Ongelooflijk onhandig, zeg maar lomp in een categorie die ik niet haal, echt niet).
Nummer 1 ging goed.
Nummer 2 ging van je "kleng".
Nummer 3 ging van je  "PATS"...
Het was iets na 5 uur in de ochtend. Ik was echt niet voorbereid op het feit dat iemand op het volstrekt zwakzinnige idee zou kúnnen komen dat het slim is om glazen flessen op een hoopje op de achterbank van een auto te gooien.
Een hele fles bier die in de stoelbekleding trok. Ik had geen doeken bij me, en inmiddels ook geen tijd meer om wat te verzinnen.
Om nog maar te zwijgen van het feit dat die hele stoel bedekt was met glassplinters en scherven.
Ja, het is ook wel erg lastig voor sommige lieden om te bedenken dat het GEEN goed idee is om met flessen drank te gaan smijten.
Ik was dus de rest van de dag ongelooflijk chagrijnig. Vooral ook omdat de man zijn dankbaarheid niet completeerde met het aanbieden van een schadevergoeding (asociaal, en buitengewoon onvriendelijk). Vooral ook omdat ik een halve snipperdag had opgenomen om iets anders te kunnen doen in huis, dan voor de tweede keer in korte tijd mijn auto eens grondig schoon te maken. En van alle levensgevaarlijke (Jente zit achterin) scherven te ontdoen.
WAT EEN GODVERGETEN LUL PANNEKOEK!!!!
Maar goed, gelukkig heb ik wat vriendjes die nog poetseriger zijn dan ik, die vele goeie tips hadden. En samen met schoonvaders heb ik de auto weer enigszins toonbaar gekregen.
Ik hoop dat met het rijkelijk strooien met baking soda, de lucht eruit gaat, want toen ik weer naar huis reed, werd ik haast dronken van de verschaalde bierlucht. Ik geloof dat zelfs mijn auto niet helemaal onaangedaan was, na deze ongewenste bierdouche.
Dus, met alle respect naar iedereen: nee, ik ga geen lifters meer meenemen, al zijn ze bevriend met de koning. Doe zelfs maar geen moeite meer om het te vragen. 
Ik hoor de lezer het volgende denken:" Maar die Marnix beschikt over een wanstaltig groot vocabulaire aan toepasselijke scheldwoorden om een bombardement aan huiveringwekkende woorden over de lifter uit te storten. Waarom schold en vloekte je de arme ziel niet volstrekt stijf, en waarom schopte je hem niet naar dat vliegtuig toe?"
Simpel: het was té vroeg. Ik was te weinig wakker om gelijk lik op stuk te geven. Ik was te zeer geshoqueerd door de hele gang van zaken om mijn strot te smeren en er de meest verschrikkelijke dingen uit te gooien. Het geheel liep voor de lifter dus met een behoorlijke sisser af. Voorlopig. Maar als blijkt dat mijn pogingen om zijn wandaden recht te zetten, niet genoeg waren, dan krijgt dit nog een staart (al dan niet gelardeerd met intens bevrijdend gevloek en gesakker), waar een olifantenslurf een klein sprietje bij is.

Goed, dit alles maar weer van me af te hebben geschreven, heb ik nu een wat uitgebreid weekend, dit met dank aan wat te veel uren op mijn urenstaat.
Ik geniet dus van wat hard bij elkaar gereden extra vrije tijd. Ik wens nagenoeg eenieder een prima weekend toe.


Stoelen, mieren, oorlog en gekwek

Onze nieuwe stoelen zijn gearriveerd. Dat is een paar weken eerder dan de beloofde leveringsdatum, en daar kunnen heel wat grotere bedrijven...