dinsdag 27 december 2016

Geleuter.

Ik heb een klein moreel dilemma.
En dat dilemma zit in kerstkaartjes, of beter: de tekst erop.
Je wenst iemand middels zo'n kerstkaartje fijne feestdagen en een gelukkig 2017. Klinkt leuk. Is leuk. Om te geven en om te krijgen.
Maar ik sta er toch niet helemaal achter. Want de mensen die zo'n kaartje van ons ontvangen, wens ik niet alleen het beste voor 2017, maar ook 2018. En 19 en 20. Ik wens ze het beste voor de rest van hun leven, en dus is 2017 veel te beperkt.

Want het had niet veel gescheeld of ik was een paar dagen geleden van de brienenoordbrug in Rotterdam af gereden.
En dat had niks te maken met andere verkeersdeelnemers. Hoewel: misschien toch een beetje. Ik haalde een vrachtwagen in, en direct nadat ik die vrachtwagen voorbij was, kreeg ik een enorme klap van de wind, waardoor ik bijna de macht over het stuur verloor. Gelukkig was het niet druk, dus ik kon via een paar rijbanen de controle wel weer terugkrijgen. Ik was er totaal niet op bedacht. Die trucker moet waarschijnlijk wel even met zijn hoofd geschud hebben.

Was ik dus bijna dood.
En had ik nooit meer de mogelijkheid gehad om mensen alle goeds voor 2018 en verder te wensen.
Zou het toch jammer zijn als ik de mensen niet een mooi 2018 (en verder) had kunnen wensen.

Het voordeel aan de beperking van kerstkaarten is wel: als ik mensen ineens niet meer lust, kan ik gewoon een kaartje met de beste wensen voor het komende jaar niet meer sturen. Dan wens ik diegene gewoon niet meer het beste voor het volgende jaar. Stik er maar in. Dat idee.

Tegenwoordig heeft PostNL concurrentie van facebook en twitter. Veel makkelijker is het om de kerstwens gewoon online te pletteren, al dan niet voorzien van kazige (familie)foto's. Ja, ook daar hebben we wel eens aan meegedaan. Met van die foute truien en zo.
Ik moet zeggen: hier ben ik dan wel weer een behoorlijk traditioneel ingestelde ouwe lul, ik vind kaartjes gewoon mooi om te krijgen en te sturen.
Geeft ook enig cachet aan het interieur, zullen we maar zeggen.

Maar goed. Misschien moet ik volgend jaar gewoon zelf een kerstkaart ontwerpen met de tekst: Fijne kerstdagen, en ik wens je het beste voor 2018 en verder. Of zo. Dan kan ik voor het volgende jaar die beste wensen voor volgende jaren gewoon weglaten. Want die had ik dan al gewenst, en dan is er ruimte voor andere, leuke teksten of figuren.

Overigens en Nota Bene: ik ben lichtelijk koortsig, lichtelijk ziekjes, dus deze blog kan een beetje geinfecteerd zijn met wat geraaskal van iemand die teveel snot in zijn neus heeft, en last heeft van compleet afgevulde holtes, en oogleden die een eigen leven leiden, en vooral op elkaar willen donderen.

De kerstdagen hebben we doorgebracht in Oosterhout, bij Breda. Met vader, zuster, nichtje, vrouwlief en Jente.
In een huisje. Van alle gemakken voorzien, en in sommige gevallen van een open haard, zo kwijlde de folder.
Nadat ik me de hele maand december verheugd had op een huisje met open haard, viel het dus nogal tegen dat juist ons huisje geen open haard had.
Ons huisje had wel meer gebreken.
Zo was het ronduit ouwe meuk. Stoelen en banken die in de jaren '60 van 2 eeuwen geleden nog in de mode waren. (Met brandgaten erin, maar dat even terzijde). Schoongemaakt door iemand die waarschijnlijk niet in de gaten had, dat de stakingen in die branche al voorbij waren. Ik zal niet al te diep in gaan op interessante schimmelculturen in badkamer en toilet. Ik zal ook niet al te diep ingaan op vetlagen in de keuken, die echt niet in 2 jaar tijd zó dik hebben kunnen worden. En ook zal ik niet ingaan op de ranzige bagger die op de bubbelstralers van het bubbelbad zat. Ook zal ik niet te moeilijk doen over een bescheiden spinnenkolonie die er een thuis had gevonden.
Ik kan de naam van dit park best noemen, want de winst is binnen, en met klachten doet men daar toch niks: Roompot, de Katjeskelder in Oosterhout.
Als je hygiëne wil, moet je daar wellicht niet naar toe. Ik denk dat Rob Geus er nog nachtmerries van zou krijgen.
Maar als ik alleen maar ga lopen jammeren over hoe slecht het was, doe ik de hele vakantie toch wel ernstig te kort.
Want het was gezellig. (Even los van het feit dat iemand mij daar dus weer een kanjer van een verkoudheid cadeau gaf). We hebben ontzettend lekker gegourmet, gewokt, frieten gegeten (om de een of andere reden zijn Chinese restaurants in Oosterhout op tweede kerstdag dicht of absurd lastig te bereiken).  En waarschijnlijk sleep ik kilo's meer mee naar huis, dan toen we gingen.
En ik heb zowel mijn vader als mijn zus overgehaald om niet 1, niet 2, niet 3 en zelfs geen 4, maar wel 8 of 9 potjes Kolonisten van Catan te spelen. Waarvan ik er slechts 2 verloor, maar dat doet niet ter zake. Ze vonden het een geweldig spel.
Mooi ook om de generatiekloof te zien. Waar de oudere generatie puur voor zichzelf speelde, en weinig tot geen interesse leek te tonen voor handelen, of samen spelen, was het de jongere generatie die dat dus wel deed. Toch wel een interessant gegeven....
Overigens mag ik daar wel aan toevoegen dat van de twee keer dat ik verloor, ik in één ook echt een loeder was, want doordat ik het geluk tegen had, werd ik een wat slechte verliezer. Maar dat mocht de pret niet drukken, want zuslief was zo 'hooked' aan dat spel dat het zwaard van damocles in de vorm van 'mens-erger-je-niet' al snel verdween als sneeuw voor de zon.
Jente is er gruwelijk verwend, waarbij de favoriet een poppenwagen was. Trots als een aapje stapte Jente ermee door het huisje. Echter niet met de bedoeling om er haar pop of haar broer Knijn in te vervoeren, maar gewoon, om erachter aan te stappen, en door de kamer te racen.
Het was een prima tijd om even lekker te relaxen. Even lekker wat minder te doen. En hoe fijn: als je met meer volwassenen bent, is er altijd wel iemand die heel even ingrijpt als Jente in haar jeugdige onschuld iets doet wat echt niet de bedoeling is.

Toch nog even wat beroepsmatig reutelen.
11 jaar geleden kocht ik van Hans Govaart (Brassimport, een helaas ter ziele gegane onderneming in trompetten en aanverwante parafernalia) een geweldig mondstuk. Toen nog niet op de hoogte van de exacte maat, bleek het een perfect mondstuk voor me te zijn. Hans wist met zijn kennis over trompetten wat ik nodig had, gaf me het mondstuk mee, en ik kon weer vooruit.
De afgelopen 11 jaar heb ik met veel plezier en gemak op dit mondstuk gespeeld. Ik heb andere mondstukken bespeeld, en zelfs een mondstuk voor mezelf laten maken, maar toch kwam ik altijd weer terug bij dit GR mondstuk. Altijd weer. Als een oude vriend, met wie het goed tafelen is, greep ik toch weer terug naar mijn vertrouwde potje.
Tot ik het ding in een vlaag van verbijsterende lompheid (zelfs voor mijn doen) op de grond liet pletteren. Snel kijken, maar de rand was goden zij dank onbeschadigd. Het uiteinde echter was niet meer rond. Bijna vierkant.
En toen kwam ik er dus achter dat een beschadigd mondstuk gewoon slecht speelt. Hij paste nog maar ternauwernood in mijn trompetten, en in mijn nieuwe c trompet bleek het ding gewoon dramatisch te zijn geworden.
Heel Nederland afgezocht naar een nieuw exemplaar. Niet te krijgen. Toen via Pfeiffer maar een heel erg gelijkend mondstuk gekocht. Die bood ze met een lekkere korting aan, nieuw.
En als sneeuw voor de zon verdwenen veel van de problemen met mijn nieuwe trompet. En past het weer allemaal goed.
Er is wel wat verschil, maar het speelt weer als vanouds, en dat is toch wel heel erg fijn.
Mijn oude GR 66L heeft het 11 jaar heel erg goed bij me gedaan, maar in verband met technische onbruikbaarheid moet ik er toch maar afstand van doen. Mijn nieuwe GR 66C** (wat dit allemaal betekent, weet ik niet en boeit me niet, want het speelt subliem) moet het de komende 11 jaar en liefst langer maar met me uit gaan houden.
 Ik zal proberen een beter baasje te zijn, en hem niet te laten pletteren op een prachtige marmeren vloer.

Wellicht komt er nog een blog, maar voor nu wens ik alle lezers (wederom) een prima jaarwisseling toe (en dit is dan weer een mooi compromis in verband met mijn geleuter in de eerste alinea's).





Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Een weekje vrije herdenkingen.

1 mei geldt als de dag van de arbeid. In de rest van de wereld. De rest van de wereld herdenkt dan het feit dat bedrijven niet kunnen bestaa...