vrijdag 21 oktober 2022

Over arme drommels gesproken.

 Zal ik me mengen in het gekrakeel dat Thierry Baudet over zichzelf heeft afgeroepen na zijn interview waarin hij repte over reptielen in de regering en dat volgens hem Poetin de held is die alle Nederlandse en Europese én wereldwijde ellende op kan lossen?
Ik zou kunnen melden dat ik daverend in de lach schoot toen ik dat interview zag. En vooral toen hij bijna huilend van ontzag stamelde hoe Poetin de "goeie schurk" zou zijn die ons allemaal zou redden.
Voor die scene is het woord "potsierlijk" wel zo'n beetje uitgevonden.
Het had bijna Noord Koreaanse proporties. Het kwijl stroomde uit zijn mond en ogen toen hij Poetin ophemelde, net als bij die Noord Koreaanse drommels die onder bedreiging van een zekere dood, stonden te huilen bij de dood van hun vorige dictator. Volgens zekere politici wordt forum voor democratie door het kremlin bestuurd, maar aangezien ik dat zelf niet kan controleren, zal ik niet zover gaan om die beschuldiging over te nemen. Ten slotte wil ik er ook voor waken dat ik net als die arme Baudet mezelf totaal in de meest absurde complottheorietjes ga verliezen.
Die reptielen noemde hijzelf achteraf overigens een metafoor. Hij is gelukkig eerlijk genoeg om zichzelf geen enkel fatsoen toe te dichten. (Of realiteitszin, for that matter).
Omdat ik ook eerlijk ben, én niet overmatig veel fatsoen in mijn donder heb, richting de politiek als geheel, en politici in het bijzonder, ga ik ook een metafoor maken. Een die mijns inziens aardig klopt.
Snuffelend in de smerige, schemerige goten van het politieke landschap op de grens met de maatschappij, kruipt een rat. Een opportunistische, egocentrische rat. Een rat die zijn honger stilt met de kreten van afschuw van het publiek. Maar net zo gelaafd wordt door de kreten van instemming. Negatieve aandacht is ten slotte ook aandacht, nietwaar? Dat is de aard van dit beestje. En zijn naam? U mag niet meer raden. Meneer Baudet.
Maar eigenlijk is het helemaal niet grappig. Het is misschien gevaarlijk, zo'n Baudet in de politiek. Zeker met die compleet van de pot gerukte ideetjes die hij heeft. Maar eigenlijk is het diep triest dat iemand waarvan je op basis van zijn hoogst genoten opleiding zou moeten mogen verwachten dat hij iets steviger zijn schoenen staat, zó diep gezonken is.
En dan denk ik aan zijn nageslacht, dat in wezen nu al kansloos is. Want ik geloof geen seconde dat meneer Baudet thuis wél coherente zaken kan verzinnen, laat staan op een gezonde wijze spelen met dat kind van hem.
Ik hoop dat de kinderbescherming over niet al te lange tijd zijn zaakjes op orde heeft, en een liefdevol huis van dat kind kan vinden. Want heel lang zal dat toch niet goed kunnen gaan.
Om terug te komen op mijn eerdere vraag: nee. Ik ga me niet mengen in het zoveelste gekrakeel dat meneer Baudet over zichzelf heeft afgeroepen. Maar dat arme kind van hem...

Onze zaakjes zijn soms ook maar wankel op orde.
Mijn lief heeft in de afgelopen jaren een collectie aan plastic keukenwaren verzameld waar ik serieus de hik van krijg.
Het is te veel, het past allemaal net, doch uitsluitend als het door Ilse wordt ingeruimd, waarbij er zóveel van die bakjes zijn, dat het ook echt op maar één (1) manier kan, anders kan de kastdeur niet dicht. En aangezien ik degene ben die 99% van de tijd de vaatwasser in- en uitruimen tot huishoudelijke taak heeft, kan de kastdeur niet vaak dicht.
Ik ben gestopt me druk te maken over dat vermaledijde plastic. Ik rammel het in de kast, soms met wat meer gerammel, en als het echt niet wil, prop ik, en kwak ik de deur dicht. Klaar. En denk er verder ook niet meer over na. Gewoon niet. Het is uit mijn hoofd. Want ja, ik ben dan wel zo sociaal onbegaafd dat ik me niet druk kan maken over plastic waar ik de schurft aan heb, dat ik niet wil. Erin is erin.
Van de week waren we als team min of meer aan het koken, en hoorde ik Ilse iets zeggen in de trant van: "wat ben je toch lekker onhandig", waarop een hele stapel plastic uit die kast lazerde en ik daar dus enorm van moest lachen. Tot ik nogal kribbig te horen kreeg dat het mijn gebrek aan interesse in dat vermaledijde plastic is, dat ertoe leidde dat dat plastic ter aarde stortte.
Ja, of Ilse vindt mij onhandig, maar kan zelf vervolgens niet zonder iets te laten pletteren, verplaatsen. En aangezien mijn liefste veel eigenschappen bezit, maar bepaald geen subtiliteit, ga ik er toch vanuit dat zij de onhandige was, die mij onhandigheid verwijt.
We zijn een mooi team, dat vrouwmens en ik. 

Van de week heb ik mijn goeie daden voor 2022 (2) maar weer gedaan.
Het was zo'n vlucht die eigenlijk heel vanzelfsprekend ging. Heel natuurlijk. Iedereen deed zijn/haar werk en redelijk ongestoord kon ik bij het vliegtuig wegrijden. Ook op de plek waar ik de mensen de terminal in zou laten, verliep alles soepel.
Té soepel.
Verdacht soepel.
En jawel: ik was bijna van plan om opgelucht mijn bus in te stappen, toen ik werd aangesproken door een wat verwilderd uitziend echtpaar. Hij was zijn bril vergeten in het vliegtuig en hij keek me daarbij ook nogal onduidelijk aan: zijn linkeroog keek naar mij, zijn rechter ergens anders heen, maar zeker niet naar mij.
Omdat ik als brildrager zijn pijn snapte, kon ik het niet echt over mijn hart verkrijgen om hem direct door te sturen naar lost & found, en vroeg ik de regie of er mogelijkheid was om de mensen even mee terug te nemen naar de kist, en dat kon.
Dus met die bus zo hard als ik kon (30, dus mocht) terug naar die kist in de hoop dat de crew er nog zou zijn, of schoonmakers.
Daar aangekomen kwamen we tot de jammerlijke ontdekking dat die kist al leeg was. En ik mag niet naar binnen. Willekeurige mensen ook niet. Is gewoon een regel, en daar hou ik me aan, want mijn baantje is me lief.
Wel waren er twee technici om dat toestel aan het werk, dus in een laatste poging om de passagier niet continu blindemannetje te laten spelen op een luchthaven, sprak ik ze aan, en zij wilden wel even een kijkje nemen.
Dat duurde behoorlijk lang, die gozer heeft voor mijn gevoel dat hele toestel binnenstebuiten gekeerd, maar mooi dat hij de bril vond. Zelden zo'n blije man gezien, die mij met bril wél recht aan kon kijken. Heb hem in elk geval een hoop koppijn bespaard.
Mijn tweede goeie daad, was een uurtje later, toen ik met een buslading mensen bij een vertrekkende kist stond.
Ik stond even gezellig te kletsen met een passagier, en een beetje te klagen over de wind en de kou en zo, toen het licht in mijn ogen even uitging, ongeveer tegelijk met een kreet van wanhoop en ontkenning.
En die twee zaken hadden met elkaar te maken, want het was iemand's boarding pass die door de wind uit haar handen gerukt werd, en tegen mijn gezicht gekwakt werd. Nou kan ik me niet voorstellen dat je die boarding pass nog nodig hebt, maar goed omdat ik in de weg van de wind stond, en daarmee ongewild de ontsnappingspoging van dit vodje papier verijdelde, kon ik het grinnikend aan de verbijsterde eigenaresse terug geven. Ik denk dus wel aardig wat karma-punten bij elkaar gesprokkeld te hebben.

Mijn eega en ik zijn het over veel dingen oneens. In heel veel zaken laten we elkaar ook behoorlijk vrij. Zoals bijvoorbeeld kleding. Nu is dat in mijn geval niet heel moeilijk, ik moet voor mijn werk inferieure troep dragen, en daarbuiten draag ik gewoon redelijk conservatief sneakers, jeans en een hoodie, het geheel afgetopt met een pet.
Maar die kleding kan soms best nogal eens wat wilder gekleurd zijn. Of niet matchen, want ik loop niet zozeer achter wat mode betreft, ik loop gewoon helemaal niet. Ik koop wat lekker zit, en hoe dat het eruit ziet, vind ik minder boeiend. Nu wil het ding dat Ilse een paar schoenen heeft gekocht. En ik kan het eigenlijk niet beschrijven. De term lelijk voldoet gewoon simpelweg niet. Hysterisch zijn ze wel. Wat kleur betreft. Wat vormgeving betreft. Er naar kijken levert gewoon pijn op aan je ogen, en omdat ze zo hysterisch zijn, ontkom je er niet aan om er naar te kijken. Ze zuigen alle aandacht op en de kijker volstrekt leeg. En langer dan 10 seconden kijken en je bent een kwijlende, lege huls van dat wat ooit mens was.
Zulke heftige emoties heb ik normaal niet bij schoenen van mijn vrouw, ik weet wel beter. Maar dit.... Zo veel felle kleuren, prints en zoetig getekende en vorm gegeven dier(elantijn)tjes, heb ik op maatje 39 niet eerder gezien, en mijn bloedsuiker stijgt tot onverantwoordelijke hoogten.
Maar goed, ik gun het haar.
Zolang ze maar 500 meter achter me loopt.

Dit geschreven hebbende, ga ik mijn weekend in. Volgende week begin ik met een nieuwe taak op mijn werk: ik mag nieuwe collega's gaan opleiden in mijn werkveld. En dat lijkt me best heel erg leuk. Niet alleen het vaktechnische, maar ook het sociale. Ik ben heel benieuwd hoe dat af gaat lopen. Voor zowel aanstormende collega als mezelf.
Ik wens eenieder een goed weekend toe.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Een weekje niet zo vrij.

 Oeps. Excuses. Een weekje overgeslagen. Maar goed, als je niks te zeggen hebt, is het misschien ook wel goed om niks te zeggen. Ik had zelf...