vrijdag 5 augustus 2022

Sportief vakantiegeneuzel

Het is behoorlijk kinderachtig, maar ik ben naarstig de dagen aan het aftellen tot we met vakantie mogen. En inmiddels is de voorpret een beetje aan het verworden in voorbereiding.
Ons externe berghok maar eens leeggetrokken om alle artikelen op te halen, welke wij (lees eigenlijk voornamelijk Ilse) nodig achten teneinde een prettig verblijf in Frankrijk te hebben, kwamen we erachter dat we A) een boel spullen dit jaar eens niet mee wilden nemen, en B) een paar spullen nog niet in eigen bezit hebben, dat dus C) er geen ruimte besparing te verwachten is.
In een grijs verleden, toen nog niet super-ervaren met elkaar als vakantie team, besloten we om een kookstel te kopen, met maar liefst 2 gaspitten.
Uiteraard kom je er dan al doende achter dat je voor de traditionele kruimige piepers, groenten en vlees/vis/vega toch echt een pit tekort komt. Op zich veel te laat, maar wel kenmerkend voor ons.
Gelukkig zijn wij niet voor één gat te vangen, en hadden we om de een of andere nu niet meer te herleiden reden een extra gasfles, waardoor we simpelweg de cadac konden inzetten om het vlees/vis/vega dan simpelweg te BBQ'en.
En face it: ik was dé daddy-to-go op de camping, want bij ons kon altijd wel een marshmellowtje geroosterd worden voor Jente en haar ter plekke gerecruteerde vriendinnetjes.
Maar ja. Mijn schoonouders kochten een caravan, en hadden nog geen gasfles, wij hadden er twee, dus mochten zij onze extra hebben. Geen probleem. Want er ontstond een mooie, ruimtebesparende ruil in de vorm van een losse gaspit met bijbehorend flesje. (Wederom: die ruimtebesparing wordt door toenemend bezit in andere categorieën teniet gedaan, maar het gaat om het idee, nietwaar?).
Waar ik echter de Cadac al erg laag vond om mee te kokkerellen, was dit dingetje nog kleiner, dus verzonnen we hier, in de woonkamer ter plekke de oplossing: de staander van de koelkast, krat erop deksel op de krat en hoppa: ons keukenblok is 3 pitten groot. Hatsé. Moest ik voor dat deksel op de krat wel nog even een bloedhete oven in die schuurtje heet, om dat ter plekke op maat te knutselen, maar soit.
Omdat onze nieuwe tent een goeie slag kleiner is dan de oude, wilden we graag een extra luifel. Zulks kun je kopen á vreselijk veel euro's, maar ook zelf maken, met een min of meer bijpassend gekleurd stukje tentstof.
Dat stukje tentstof hebben we, want vorig jaar heb ik met mijn nieuwe opinel-mes onze vorige tent aan repen gesneden.
Bij het weggooien van onze tent, hebben we ook alle tentstokken weggeflikkerd, en dat bleek nu toch echt zonde te zijn. Want met Ilse's naaikunsten hadden we dan wel een luifeltje, maar geen stokken ervoor.
Gelukkig is de Decathlon niet alleen leverancier van luxueuze oppomptenten, maar ook losse tentstokken hebben ze in de aanbieding.
En omdat een van de campingkastjes op instorten stond, én we een extra kastje nodig hadden (ja, daar gaat de ruimtewinst), moesten we toch naar de Decathlon voor de aanschaf van deze in onze (mijn) ogen broodnodige attributen.
Eerst even over die kast.
In onze oude tent, hadden wij een keukenblok-kast, een van-alles-en-nog-wat-kast en de rest deden we uit de kratten.
Daarnaast had onze tent, aan de kopse kant van de binnentent zo'n strook met vakjes voor alle rommeltjes die je in zo'n strook met vakjes kwijt wil. Nu was onze oude tent al niet nieuw toen we hem kochten, dus de staat van die vakken-strook was op zijn zachtst gezegd al niet nieuw.
Maar die strook met vakjes werd door ons zó intensief gebruikt dat het gevolg al na een jaar zichtbaar was: de elastieken waarmee de binnentent aan de buitentent hing, verloren al hun elasticiteit. En na een jaar, begonnen die elastieken ook tergend uit te scheuren, en de stikselgaatjes in het verder nog behoorlijk sterke doek, werden allengs groter. Tot het punt dat we dachten: als die tent dit jaar niet door ons aan repen wordt gesneden, scheurt die vanzelf wel uit. U raadt het al: wij waren sneller, en het aan repen snijden was erg bevredigend.
Onze nieuwe tent heeft ook zo'n vakjes-strook, en ik heb eigenmachtig besloten dat we die niet, tot zeer extreem beperkt gaan gebruiken.
Want ondanks dat onze nieuwe tent nieuw en fris is, wil ik geen risico lopen op uitgelubberde elastieken en uitscheurende tentstof.
Dat betekent dat we de van-alles-en-nog-wat-kast wat intensiever moeten gaan gebruiken, maar ook die heeft zijn beste tijd gehad. Hij stort elk jaar nog net niet in, omdat die in elkaar gezet, verankerd wordt met klittenband. Een constructie die ik als eenvoudige boerenlul niet zou verzinnen, maar de fabrikant wel.
Ik wilde dus 2 vliegen in 1 klap slaan: we flikkeren die ouwe kast weg, en kopen 2 nieuwe.
Never happened, want aangekomen bij de Decathlon, hadden ze er nog maar 1, en mijn wens om het showmodel los te weken bij de winkel, werd door mijn eega niet echt bijster enthousiast ontvangen.
Dus de net-niet-instortende-van-alles-en-nog-wat-kast mag nog één jaartje mee. En met wat goeie wil, mag ik die dan aan het einde van deze vakantie aan repen snijden.
Ik zie hier wel een leuke traditie ontstaan: elk jaar na het einde van onze vakantie snijden we iets aan repen. Ik zeg hier zeer uitdrukkelijk "iets", omdat ik niet het beeld wil scheppen dat als we elkaar zat zijn op vakantie, dat we dan met minder passagiers terugkomen, dan dat we heen gingen.

En dan is zo'n Decathlon net een Ikea. Je komt er voor een afgemeten hoeveelheid noodzakelijkheden, en vertrekt met meer dan het oorspronkelijke plan was.
Want Ilse haar oog viel op een opblaasbare lattenbodem voor onder haar luchtbed.
En het leek haar een prettig idee, want mijn luchtbed is 3 keer zo dik als haar luchtmatrasje.
Mijn liefde voor haar kent geen grenzen, en ik weet toevallig ook dat ze een wat moeizame slaapster is, en alles om ervoor te zorgen dat ze een beetje nachtrust heeft, vond ik dat we zoiets gewoon moesten proberen.
Hatsekidee, die nemen we mee.
En mocht dat nu bevallen (ik ben van plan om minimaal een middagdutje erop te doen) weet ik in Frankrijk voldoende Decathlons te vinden om voor mezelf ook zo'n exemplaar te kopen, en dan kan ik mijn huidige luchtmatras aan Jente afstaan, die haar matras dan weer, jawel, aan repen gesneden ziet worden.
Of zo.

Die voorbereidingen gaan overigens al jaren als volgt:
Ilse vertelt wat er mee moet. En ik word steeds wanhopiger omdat het meer op een complete emigratie lijkt dan op een vakantie van 10 dagen. Inmiddels heb ik het idee dat Jente's complete speelgoedkast meegaat, en de resterende ruimte wordt ingenomen door kleding waarvan we 30% niet dragen, spullen die we waarschijnlijk nooit gaan gebruiken, en dan nog de verplichte, broodnodige zooi als tent, slaapgerei en kookgerei.
En elk jaar zegt Ilse dat het best past. En elk jaar slaak ik wanhoopskreten als ik weer een hoop zooi zie die mee moet.
Het laat zich raden wie er elk jaar gelijk heeft.
Gelukkig kan ik een deel van het laden aan Ilse overlaten, dat is een duivel in mensengedaante als het op logisch proppen aankomt. Mijn taak is het om ons span veilig vloekend van Nederland naar Frankrijk te brengen. Ook onmisbaar.
Maar toch ga ik dit jaar eens minutieus bijhouden wat we van al die zooi nu echt gebruiken, en wat gewoon voor de zekerheid meegaat, onder het motto: beter mee, dan om verlegen.
Want alles waar we mee verlegen zitten, verkoop ik dan liever ter plekke.

Ook deze week ben ik (in het verheugende bijzijn van mijn vrouw) wezen sporten.
En ik moet die app eens wat vaker in de gaten houden, want deze keer stond er dus rennen op het programma.
En teringjantje, daar waar het defensie in 13 jaar tijd niet is gelukt om mij binnen 12 minuten 2400 meter te laten rennen, lukte dat hier dus wel.
Ik kwam zelfs tot 2600 meter. In 17 minuten.
Voordat ik verder ga, wil ik dit even laten bezinken.
Want dat is natuurlijk helemaal niet waar. Die hele les duurde 50 of 55 minuten. En die 2600 meter waren onderbroken door de verplicht gestelde pauzes tussendoor.
We werden vooraf al afgemat door het doen van verschillende warming ups, waaronder een oefening die er mensonterend belachelijk uitziet: namelijk met je kont omhoog op handen en voeten van de ene naar de andere kant van de zaal. En dat dus met gestrekte benen.
De andere oefening was mensonterend in alle andere opzichten: achterover, een spiderwalk doen, zoals in de excorsist, maar dan niet een trap af.
En toen moesten we dus rennen. Elke keer zoveel 100 meter in zoveel minuten, gevolgd door zoveel minuten pauze.
Alles bij elkaar slaagde ik er dus in om 17 minuten nodig te hebben voor 2600 meter, uitgaande van rennen zonder pauze.
En dat is op zich best wel een record, als je bedenkt dat ik mijn hele leven nog nooit enige noodzaak voelde voor voetmatig haast maken.
Die noodzaak is er nu op zich ook niet, maar aangezien ik wat behoorlijke stokken achter de deur heb, heb ik best wel weinig keuze.
Mijn benen zijn het nog steeds op zeer pijnlijke wijze oneens met mijn strapatsen, zozeer zelfs dat ik bij een "sport"winkel als de Decathlon echt volstrekt voor lul loop, zo hard kreun ik als ik een drempeltje over moet ter hoogte van een krantenpapier, maar langzaam, heeeeeel erg langzaam begint het besef te dalen dat er dus meer is dat ik daadwerkelijk kan. En dat ik er misschien eens aan kan beginnen om daar enige mate van trots bij te voelen.

Dit geschreven hebbende, heb ik nog even geen weekend, maar wens ik eenieder een prima weekend toe, en al dan niet een goede vakantie.






Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Stoelen, mieren, oorlog en gekwek

Onze nieuwe stoelen zijn gearriveerd. Dat is een paar weken eerder dan de beloofde leveringsdatum, en daar kunnen heel wat grotere bedrijven...