vrijdag 16 april 2021

Missers en mafketels.

 Als je gaat solliciteren, weet je dat je afgewezen kan worden. It's part of the game.
Gelukkig heb ik een Ilse die heel creatief is in het maken van brieven, en in het maken van goede CV's. Dus ik stuur altijd wel (al zeg ik het zelf) een pakkende brief en een mooi CV. Ach, en schrijven is op zich best wel aan mij besteed, al zeg ik het zelf.
Zo kwam er een heel erg leuke functie voorbij bij een van de Nederlandse orkesten, ik zal geen namen noemen, laat ik volstaan met het benoemen van het feit dat ze aan de radio verbonden zijn. Een functie die mij op het lijf geschreven was, omdat het precies dat inhoudt wat ik leuk vind: achter de schermen werken, om de musici te laten schitteren.
Goed.
Ik nam de tijd en moeite om een goede, pakkende brief en motivatie te tikken, waarin ik uitlegde waarom die functie mijn naam schreeuwde en zond dat de HR afdeling toe.
Dan krijg je zo'n standaard reactie dat je brief binnen is, en dat ze je zullen informeren over het verloop van het proces.
Prima, ik wacht het af.
Ik wachtte het dus af, en na een goeie week, kreeg ik een reactie. Een afwijzing. Oke, jammer. Geen man over boord.
Geen man over boord, maar wat een treurnis in een mailtje, zeg. Nu ken ik een aantal van de musici van dat orkest, en ik hoop oprecht dat ze niet geinfecteerd zijn door hun HR-afdeling.
De lusteloosheid, de visieloosheid, het totale gebrek aan creativiteit, en het gebrek aan wil om gewoon eerlijk te zijn in een afwijzing, liggen er duimendik bovenop.
Er werd gewoon een dom, niet ter zake doend, onpersoonlijk, standaard afwijzings antwoord gemaild.
"Er waren zooooooveeeeeeeeel kandidaten".
"U paste net niet in het profiel".
Dat eerste wil ik nog wel aannemen, het tweede is gewoon domweg gelul. Ofwel ze liegen, ofwel ze hebben de brief en het CV niet gelezen.
Dat ze me afwijzen, vind ik tot daar aan toe, heus. Laat ze een betere kandidaat aannemen. Voor zover die er is, want ik hou staande dat ik de perfecte kandidaat zou zijn geweest. Maar dat een instelling, die werkzaam is in de culturele sector het zichzelf toestaat om zich van dit soort inspiratieloze, visieloze antwoorden te bedienen, is een schande. Ik had op meer creativiteit gerekend. Volstrekt afwezig. Wat een dubbele misser.

Zo nam ik in mijn werkzame leven een beslissing om, zolang als covid de wereld onveilig maakt, een bijbaantje te nemen bij het GGD.
Ik zou te werk gaan via Unique. Een werkelijk uniek uitzendbureau. Uniek slecht in communicatie. Uniek slecht in reageren op emails of zelfs maar het opnemen van de telefoon.
Uiteindelijk kwam het zover, dat ik door alle intens slechte communicatie mijn ontslag maar weer heb ingediend, nog voor mijn eerste werkdag.
Genoeg is genoeg.
Alleen bleek dat uitzendbureau zelfs dat niet te kunnen verwerken, en continu werd ik bestookt met mails die voor mij niet meer relevant waren.
En niet alleen dat, ook de GGD bleef mij maar mailen.
Na bijna letterlijk 100 keer vriendelijk tot zakelijk terug gemaild te hebben dat ik toch echt niet voor de GGD of dat Uniek slechte uitzendbureau werkte, raakte ik gefrustreerd, en begon ik lomper, lompere en uiteindelijk maar gewoon grove antwoorden te sturen. Tot dat uiteindelijk er een of andere recruitmentmuts gepikeerd reageerde waarom ik zo grof deed.
Maar goed, ik leek er vanaf te zijn, tot ik een telefoontje had gemist dat ik niet kon thuisbrengen. Als het geen afgeschermd nummer is, stuur ik meestal een berichtje, om te vragen of het belangrijk was.
Dat bleek de GGD zelf te zijn. Een dame die het terecht verstandig vond om mij niet te mailen, maar te bellen, met excuses, en waarom en hoe het zo gekomen was. Dit uitgelegd, en ze had er zelf op toegezien dat ik uit het systeem werd gehaald. Ze vond het spijtig omdat ik wel (en dat klopt op zich wel) gemotiveerd klonk aan de telefoon. Maar helaas, ze moesten wel met dat uniek slechte uitzendbureau werken. Beleid of zo.
Jammer, maar helaas, maar wel was ik erg gecharmeerd van het feit dat er dus een dame werkt die mijn woede en frustratie trotseerde om verontschuldigingen aan te bieden, namens de GGD.
Top vind ik dat.
 

Over missers gesproken.
Mannen en vrouwen, communiceren vaak op heel andere levels. Dat leidt nogal eens tot wat frictie, onbedoeld.
Ilse is de laatste tijd lekker aan het naaien. Ze maakt leuke speelgoed konijnen voor de pasen. Ze maakt mondkapjes a.k.a. bekpampers. Ze maakt shirtjes en jurkjes voor Jente, en laatst voor zichzelf een keurige jurk.
Leuk patroontje, denk ik. En het stond haar best prima.
Maar omdat het helemaal in het zwart was, legde ik de link met een begrafenis, dus toen ze hem vol trots kwam showen, zei ik dat ik het een mooie jurk vond voor een begrafenis.
Omdat ik het ook echt een mooie jurk vond, maar in het zwart eerder voor stemmige aangelegenheden dan voor een zomerse dag op het strand. Dat bleek niet helemaal de verwachtte reactie te wezen. En ergens snap ik het. Maar ik was toch heus positief. En eerlijk ook. Want het is niet zo dat ik om haar gevoelens niet te kwetsen, en om er vanaf te zijn, maar zei dat ik hem mooi vind. Ik vind het oprecht een mooie, leuke jurk.
Maar goed. Blijkbaar niet goed genoeg.

Wat ook niet goed genoeg is: het uitkijken van mensen. En dat in het algemeen.
Als chauffeur van 12 meter lang, 2,5 meter breed onflexibel staal en plastic op wielen, word ik elke dag geconfronteerd met mensen die oprecht lijken te verwachten dat mijn flatgebouw op wielen zich in de meest bizarre bochten kan wringen om plaats te maken voor iemand die er, zelfs als dat zo zou zijn, nooit tussen had gepast.
Vervolgens krijg je in het beste geval een teken van verontschuldiging over hun domheid, in het slechtste geval gaan ze stoer lopen hoeken, en toeterend een brakecheck doen, alsof dat mij wat kan schelen, mijn bus is uitgerust met een goeie dashcam, en ik ga er vanuit dat als ik een noodstop maak, met passagiers aan boord, het voor de passagiers niet comfortabel is. U snapt het: ik rij met mijn 12 meter lange bus behoorlijk defensief, maar neem wel de ruimte waar nodig.
Iets dat sommige mensen niet kunnen.
Zo ook de toerist die mij gisteren heel beleefd en vriendelijk om informatie vroeg. Een vrolijke Jonas, die ik helaas geen hulp kon bieden, omdat ik weliswaar met een bus rij, maar niet de bus die hij nodig had.
Hij bedankte me vriendelijk, en wilde met volle vaart wegrennen. Dat deed hij ook. 10 centimeter lang, toen kwam zijn gezicht bizar hard in aanraking met mijn rechter buitenspiegel. Die trilde zó hard dat ik misselijk werd toen ik er in keek.
De man zelf sloeg door de klap bijna achterover. Stamelde zelfs nog sorry voor het bijna verruïneren van mijn spiegel, en struikelde toen bijna weer over de dranghekken waar ik naast stond.
Tot mijn verdediging: ik heb het geprobeerd. Echt. Maar het lukte me niet om mijn gezicht in de plooi te houden, en het lukte me niet om stilletjes te lachen. Brullend, welhaast krijsend van pret ben ik weggereden.
Die paar passagiers die ik had, hielden het ook niet stil. Bij aankomst bij de parkeerplaats, had ik buikpijn van het lachen.
En als het nu een linkmiegel met een grote bek was geweest, die ik het van harte had gegund, oke. Maar dit was gewoon een lief, vrolijk jong. Voelt achteraf toch wat sneu...
Maar het was gewoon te kostelijk.

Ik ga vanavond een soort van taxidienst rijden voor de telesuper. Dat betekent hoogstwaarschijnlijk dat ik van 2100 tot 0000 allemaal orderpickers naar huis moet rijden, die zelf niet over een auto beschikken of wiens ouders hun niet meer op kunnen halen vanwege de avondklok.
Weer eens wat anders. Als ze niet lief zijn, prop ik ze in de koeling van mijn busje. Want ik heb er geen personen auto gezien.

Hoe dan ook is het daarna weekend, en dan ga ik de sieraden doosjes voor Ilse en mezelf afmaken.
Fotos volgen.
Voor nu wens ik eenieder een fijn weekend.
Geniet ervan.



Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Stoelen, mieren, oorlog en gekwek

Onze nieuwe stoelen zijn gearriveerd. Dat is een paar weken eerder dan de beloofde leveringsdatum, en daar kunnen heel wat grotere bedrijven...