vrijdag 13 september 2024

HANDelingen

 De herkomst of bestemming van de vliegtuigen die ik leeg, dan wel vol rij, is mij niet vaak bekend.
Dat is voor het uitvoeren van mijn werk ook niet zo relevant. Als die mensen maar naar de juiste terminal of juiste kist gebracht worden.
Vaak blèren mensen (nog voor ze hadden kunnen bedenken om eerst fatsoenlijk te groeten) mij hun bestemming toe, al dan niet met een zwieper omhoog in toonhoogte als om een vraag te benadrukken.
Ik knik dan driftig van ja, en wijs naar de bus. Vaak weet ik het echt niet, en aangezien ze niet verder vragen, of anderzins het fatsoen opbrengen om me te begroeten, houdt het gesprek daarmee al snel op. Prima.
99,99% van alle keren klopt het wel, en anders heeft er ergens iemand een fout gemaakt, en die iemand ben ik nooit.
Ik heb er wel lol in om bij heel erg rare lettercombinaties de bestemming op te zoeken. Waar die kist met XXX-vluchtnummer naartoe, danwel vandaan komt.
Gewoon, omdat ik niet gespeend ben van enige nieuwsgierigheid.

Éen van de combinaties die ik opzocht van de week, was die van Erbil. Dat ging om een binnenkomende vlucht, en aangezien mijn topografische kennis best groot, maar niet onuitputtelijk is, ging ik uit van een vakantiebestemming in Turkije.
Dat bleek een kardinale vergissing.
De vlucht kwam aan, en ik mocht als derde bus mijn vrachtje mensen laten instappen. Dat kabbelde een poosje door, tot er een jongeman naar beneden kwam, die mij breed glimlachend en bijzonder enthousiast de hand schudde, en me toeriep hoe blij hij wel niet was, om weer in Nederland te zijn. Hoezeer hij het (op dat moment toch al wat gure) weer gemist had, en hoe mooi het was dat hij met de bus mee mocht, en weet ik veel wat. Het was een monoloog aan mijn adres doorspekt met enorme aantallen "bro's".
Hij liet mijn hand (die ik in eerste instantie wat in verwarring aan hem gaf) nagenoeg niet los terwijl hij de bus instapte, maar uiteindelijk wel, en toen bleek dat goed (?) voorbeeld goed deed volgen, want de een na de andere passagier kwam mij van vriendelijk glimlachend tot enigszins ongemakkelijk de hand schudden.
Tja, zoals al eerder gememoreerd: ik heb nog lang niet alles meegemaakt, dit dus ook niet.
Vrolijk en gezellig was het wel.
De betreffende busco-held gaf me een seintje, en ik reed naar de terminal. Die hele reis heeft de jongeman mij verteld over zijn vakantie, hoe warm het daar was, wat hij er gegeten had. En of ik er wel eens geweest was. Ik ontkende, en zei dat ik nog nooit in Turkije geweest was.
Oeps..... Foutje. Een stilte van een paar seconden volgde, maar werd gelijk weer doorbroken door een lesje topografie van het Midden-Oosten, ook weer doorspekt met een hoeveelheid "bro's", dat ik bijna echt begon te geloven een een brother from another mother.
Erbil was namelijk in het noorden van Irak, en hij was een koerd. Of ik wel wist wat koerden zijn. Dát wist ik dan weer wel.
Er was overigens geen boosheid bij hem te bekennen, want nog steeds fervent gelardeerd met vele "bro's" praatte hij vrolijk verder. Tot we bij de juiste deur van de terminal waren. Daar nam hij even hartelijk afscheid met een ferme handdruk. En een heel rijtje andere passagiers deden vrolijk, vriendelijk en zelfs verbaasd (net zo verbaasd als ik) hetzelfde.
Ik had bijna geen hand meer over en dat wat ik over had, voelde inmiddels als een houten klomp aan mijn arm.
Vrolijk werd ik er wel van. Hoe groot is het verschil met heel erg veel andere vluchten die ik dagelijks leeg, dan wel vol rij.
Ik kan op zo'n joch (ondanks dat hij me continu "bro" noemde, kon ik denk ik zijn vader zijn) een week teren. Het was serieus een van de leukste vluchten van de week.

EasyJet heeft in zijn oneindige wijsheid (of winstbejag) besloten om vluchten van Amsterdam naar Southampton te gaan uitvoeren. Daar werd ik wel blij van, want om met ons drietjes naar mijn vader te gaan, kost bij de KLM het dubbele. (En die meerprijs is dan hoofdzakelijk gelegen in het snackje en het waterige bekertje koffie dat je bij de KLM vooralsnog gratis krijgt).
EasyJet vertrekt vanaf de meest ver gelegen gates van Schiphol, en ik heb me laten vertellen dat er weinig tot niks in die gates te beleven is. EasyJet hanteert het zogeheten 'no-frills' concept. Ze bieden louter de vlucht aan, en verder niks. Verder niks, tot je een broodje in het vliegtuig wil, want die is zo duur dat ik er een nier voor moet verpatsen. Een stuk handbagage mag nog net, maar als je met een koffer wil reizen (iets dat ik moet doen, omdat anders de douane in Engeland mijn lekkernijen inpikt) moet je extra betalen. De term gratis is in de luchtvaart natuurlijk een relatief en subjectief begrip (de rit in mijn bus is gratis, de stoelen in mijn bus zijn gratis en daar moet ik mensen regelmatig op wijzen, als ze de deuren weer eens blokkeren, voor de rest bestaat er nauwelijks een gratis), ik geloof dat we wel gratis van het toilet gebruik mogen maken, maar dat is het dan ook wel. 
Hoe dan ook: fijn dat er een goedkoop alternatief voor de dure vluchten van de vliegende hollander is gekomen. Daar gaan we dus ook in December dankbaar gebruik van maken. Want we gaan kerst in Engeland vieren. Jippie. Zin in. Ik denk dat mijn vader een pracht van een kalkoen uit zijn oven gaat toveren, met vulling. En allemaal spruiten, welke traditioneel ook bij het kerstdiner daar horen. Smullen. Ja, of we gaan iets heel anders bikken. Black Pudding met een knoflooksausje en een ijsje als toetje.
Deze tussendoorse mini-vakantie lukte, omdat met mijn stap terug in contracturen, ik ergens in het zevenweekse rooster een week heb, waarin ik 5 dagen achter elkaar vrij ben, en die dit jaar, tot mijn onuitsprekelijke geluk precies rond de kerst vallen.
De voordelen van mijn nieuwe rooster zijn dus best groot. Ik ben meer thuis, ik kan meer werken als ik daar zin in heb, maar dan wel op mijn eigen condities.
De nadelen zijn er ook. Financieel lever je uiteraard in. En ik moet van de zeven weken, zes weekenden werken. Dat is serieus een dingetje. Dat wordt uiteraard wel gecompenseerd in vrije dagen en toeslagen, maar het blijven 6 uit 7 weekenden werken. Mensen die sociaal willen doen met me in het weekend, zal ik te zijner tijd op een wachtlijst zetten, degene die het meeste betaalt, eindigt het hoogste. Inschrijving start per datum van plaatsing van deze blog.
En dan kom ik bij deze blog. Ik heb altijd de gewoonte om vrijdag of zaterdag een nieuwe blog te posten. Maar als ik zoveel weekenden werk, weet ik niet of ik tijd/puf heb om op die basis elke week een nieuw kletspraatje te tikken. Dus ik moet maar zien hoe dat af gaat lopen.

Gucci dus. Het blijft wennen. Ik moet bekennen: we hebben het onderschat. En dan vooral de noodzaak voor het beest om haar tanden continu overal te plaatsen waar wij ze niet hebben willen. Met name Ilse heeft geen vierkante centimeter onbeknaagde huid meer over. Een van mijn korte broeken is inmiddels voorzien van meer ontluchtingsgaten dan strikt noodzakelijk (of trendy) en ik denk dat we rustig kunnen stellen dat het vloerkleed na deze pup alleen nog gebruikt kan worden voor het afdrogen van Russische oorlogsmisdadigers die een douche nemen in een krijgsgevangenen kamp. Misschien moeten we Gucci naar Oekraine sturen, om haar haar tanden daar te laten gebruiken voor het martelen van Russisch gespuis.
Ze zou het met veel plezier doen.
Het lijkt erop dat al haar energie er via haar bek uit moet. Maar ze is best leuk, best lief. Als ze slaapt, en dat doet ze goddank best veel.
Soms moeten we ook hartelijk om haar gekke strapatsen lachen. Als ze weer de meest gekke toeren uithaalt bij het loslopen. Als ze verstrikt raakt in haar lijn. Of als ze met haar bovenlip gekruld om de tralies van haar bench in slaap is gevallen, waarbij ze vanwege haar dromen nog aan het galopperen is.

Hoe dan ook: dit geschreven hebbende, is het weekend voor mij begonnen. Ik heb een verlofdagje opgenomen, dus mijn weekend duurt maar liefst drie (3!) hele dagen. Ik weet van gekkigheid niet wat ik met al die vrije tijd moet, anders dan tot rust komen, terwijl ik de tanden van het beest probeer te ontwijken. Ik wens eenieder een goeie toe.

vrijdag 6 september 2024

Mensenkinderen, wat een beestachtigheid.

Ik heb al veelvuldig kunnen vertellen over hoe vreemd ik sommige mensen vind. Over het feit dat een psycholoog zou kunnen promoveren op het menselijk gedrag op een vliegveld.
Over het algemeen heb ik het gevoel dat ik nog lang niet alles heb meegemaakt, en van de week had ik weer twee van die hoogtepuntjes uit het menselijk bestaan.
Het begon er mee dat het blijkbaar "we-gaan-in-de-deuropening-staan-en-we-maken-vooral-geen-ruimte-voor-de-buschauffeur"-dag was.
Bij nagenoeg elke vlucht die ik afhandelde, moest ik mensen verzoeken naar achteren te stappen, zodat ik bij mijn stuur kon komen, en ik vrij uitzicht naar rechts zou hebben. Ik moet die mensen dit verzoeken, want blijkbaar is het feit dat de chauffeursstoel leeg is, niet voldoende om te beseffen dat de chauffeur nog in moet stappen, en daar ruimte voor nodig heeft.
Ik moet die mensen dit verzoeken, omdat het me simpelweg verboden is om ze fysiek naar achteren te kegelen.
Van mezelf vind ik dat ik niet bepaald moeilijk ben. Mensen zijn op geen enkele manier iets aan mij verplicht. Toegegeven: ik vind het onbeleefd als men naar buiten komt, dwars door me heen kijkt, geen goedemorgen zegt (terwijl je toch echt een gast in mijn bus bent), me volslagen negeert, en gewoon maar mijn bus in stapt. Ik vind het onbeleefd, maar hey: ik snap ook wel dat je niet zit te wachten op een busrit als je verwacht in een vliegtuig te stappen. Dus ik laat het gaan. Bovendien: er zijn talloze mensen die wél vriendelijk groeten, een praatje maken, een gebbetje. Of gewoon wat ongerust zijn, en zich door mij (al dan niet terecht) willen laten geruststellen.
Hoe dan ook: ik kreeg een seintje, en kon vertrekken. Mijn deur stond best vol met mensen die mij even verwachtingsvol aankeken, als ik hen. Het kwartje viel niet, en na een paar ogenblikken verzocht ik die mensen om even achter in de bus plaats te nemen, omdat daar meer ruimte was. Op één dame na, deden ze dat allemaal netjes.
De gerda die dat niet netjes deed, was ook degene die mij bij het instappen al compleet negeerde, geen woord tegen me zei, nu echter keek me ineens wel aan, als door een wesp gestoken en begon met: "goedemorgen".
Waarop ik een vriendelijk "goedemorgen" teruggaf. Vervolgens begon ze te kwaken dat het ook wel wat vriendelijker kon, en dat ze al heel lang..... Blablabla.
Nogmaals: ik vind dat Gerda mij niks verplicht is aan fatsoen. Echt niet. Als ze me in eerste instantie gewoon negeert, prima. Kan ik mee leven. Maar kom niet ineens met fatsoensrakkerij als ik een groepje waar jij toevallig ook bij staat, aanwijzingen geef . Op dat moment geef ik gewoon aan wat er moet gebeuren om veilig te kunnen vertrekken. Ik doe dat zakelijk en vriendelijk. Dat ik gerda's emoties even niet belangrijk vond, is heel jammer, maar het proces moet zo soepel mogelijk verlopen voor alle passagiers. En dus is gerda even minder belangrijk. En daar had ze het moeilijk mee. Maar ja. Gerda is gerda.

Een andere reiziger maakte het, onbedoeld hoop ik, nog een tandje bonter op een veel bontere (letterlijk én figuurlijk) manier. Ik kreeg een seintje van de crew dat het toestel leeg was, en ik naar de terminal kon vertrekken. Ik liep naar mijn deur, en stuitte daar op iemand die gebukt bezig was met zijn schoenveter te strikken. Hij had daartoe zijn voet op de verhoging waarop mijn stoel staat, geplant, waardoor hij met zijn snuit nagenoeg op mijn zitting leunde (dat lijkt mij persoonlijk al geen pretje, maar soit, wie ben ik). Daarbij toonde hij mij een waarlijk ongeëvenaarde buttcrack voorzien van een hoeveelheid haren, waar ik nog jarenlang nachtmerries van zal hebben. Niet alleen vind ik het behoorlijk vervelend als iemand zo dicht in mijn werkruimte komt (ongeacht of ik er zit of niet) maar als dat gepaard gaat met uitzichten waar zelfs mijn maag niet helemaal bestand tegen is, lukt het me niet om mijn gezicht in een neutrale plooi te houden.
De mensen die wat verderop stonden, en dit stuitende tafereeltje gadesloegen, en mijn reactie erop, schoten in een daverende lach, en uiteindelijk lukte het me om een soort van "ach ja" gebaar te maken. De man zelf verontschuldigde zich voor het feit dat hij in de weg stond (maar ook echt alleen daarom en niet voor de aanblik die hij bood, hij zal het zichzelf niet helemaal gerealiseerd hebben) en stiefelde naar achteren.

Mijn dochter en onze hond hebben een paar dingen gemeen: ze zijn wat enthousiast op onhandige momenten. En kunnen dat soms maar moeilijk beteugelen. Dat is op zich niet erg, ze leren het vanzelf wel. Soms met milde aandrang, soms met slechts een woeste blik, soms...
We hadden na het zwemdiploma heel erg de wens om Jente op een sport te houden. Het liefst een zelfsverdedigingssport, iets als Krav Maga, Kick boxen, MMA, of judo. Voor cage-fighting vonden we haar bij nader inzien nog wat te jong, en leverde bij navraag een vermanend vingertje van de kinderbescherming op. Na dik een jaar prakkezeren en overleggen, twijfelen, aarzelen en vooral ook vergeten van goeie voornemens, was het eindelijk zo ver.
Het werd karate. En zoals bij zoveel nieuwe dingen: ze zag er als een himalaya tegenop. Maar goed, met Ilse op de fiets, terwijl ik de hond bewaakte, en mezelf pijnigde met haar tandjes, die ze soms (on)opzettelijk in mijn lijf zette.
Bij thuiskomst was ze helemaal enthousiast. (Jente dus, niet de hond. Ja, de hond ook, maar die dan weer niet per sé over karate). Ze wilde wel op karate (Jente dus, niet de hond), want het was zo enorm leuk geweest. En meteen wilde ze voordoen wat ze allemaal geleerd had.
Ik was wat minder alert, en had waarschijnlijk eerder, sneller en verder op heel erg grote afstand moeten gaan staan.
De eerste armzwaaien kwamen aan tegen mijn buik en borst. Flinke tikken, maar te overleven. De eerste (en gelijk ook laatste) beenzwieper kwam met onwaarschijnlijke precisie terecht in mijn edele delen. Ik spuwde mijn ballen bekant uit van ellende. Goddank dat we toch geen kinderen meer willen.
Als peuter heeft Jente heus wel eens een onhandig wapperend been in mijn kloten gezet, maar dat was als peuter die niet veel controle had. Dit was anders.
Dit was veel gecontroleerder. Veel preciezer. Veel harder ook. Heel veel harder. Maar goed, we zetten door, want het lijkt me fantastisch als ze later minder frisse mannetjes ook op die manier hun balletjes uit kan laten spugen. Gewoon uit noodzaak, of simpeler: omdat het kan.

Oh ja, de hond. We hebben een hond. Gucci. Het is een lekker beest, dat volop aan het ontdekken is hoe de wereld werkt, wat wel en vooral niet werkt. En wij ontdekken wat wel en vooral niet werkt.
Met vallen (ik heb haar al een salto zien maken, waar menig acrobaat jaloers van zal worden) en opstaan (ze heeft serieus ongelooflijk massieve poten voor zo'n klein turfje). Uiteraard gaat het allemaal veel minder snel dan ik dacht. En haar tandjes (die ze heel geniepig soms op heel gekke plekken weet los te laten) zijn serieus scherp. Ze doet me het meest denken aan een ADHD'er die teveel energie heeft. En dan ineens zomaar "plop" uit valt.
Volgens de begeleidster van KNGF die ons dan weer ondersteunt, doet Gucci het prima, en wij dus ook. We hebben alweer een nieuwe hoeveelheid dingen die we de hond bij moeten brengen in het kader van haar komende opleiding. Fijne opstekers.
Maar gelukkig mag ze ook nog pup zijn. En daartoe kochten we een knuffel bij de IKEA. Een knuffelhond die nu nog ongeveer 2 keer zo groot is.
Toen we die gaven, werd ze wild van vreugde. Niet omdat ze een lekker zachte knuffel had om lekker tegenaan te liggen, nee: ze begon met bijten, knagen, schudden, sleuren, slingeren. De meest gymnastische toeren zie ik haar uithalen met dat pluchen beest, waarbij ik vermoed dat het knuffelbeest het geen half jaar vol gaat houden.
Om uiteindelijk in standje 69 ermee in haar bench in slaap te vallen.
Ondanks dat Ilse de hoofd-aannemer van deze klus is, vind ik het best vermoeiend allemaal. Als ik thuiskom van een lange dag werken, word ik hartelijk begroet door mijn meiden. Leuk vind ik dat altijd wel. De hartelijkheid van de laatste dagen komt hoofdzakelijk door het feit dat er een extra iets/iemand binnenkomt waarmee gestoeid kan worden. Wiens schoenen beknaagd kunnen worden. En even rust voor de overige meiden.
Colette is het er nog steeds niet mee eens, maar inmiddels heeft ze haar "kom-niet-dichterbij-of-ik-sla-krab-bijt-en-gooi-je-aan-de-kant-blik" helemaal geperfectioneerd, en Gucci houdt meestal een respectvolle afstand in acht. Alsof ze bang is voor covid.

Dat alles maar weer geschreven hebbende: mijn weekend is begonnen. De volle 2 dagen. Om nog 4 dagen er voor de volle 64,7% er tegenaan te gaan in de vroege diensten. Ik wens eenieder een goeie toe.

HANDelingen

 De herkomst of bestemming van de vliegtuigen die ik leeg, dan wel vol rij, is mij niet vaak bekend. Dat is voor het uitvoeren van mijn werk...