Onze zomervakantie is een feit. Dat is die elk jaar, en ook dit jaar zijn we erin geslaagd iets te vinden waar we beiden blij van worden.
Ilse wilde na de extreem natte ervaring van afgelopen jaar, iets met meer zon. Ik wilde vooral niet al te veel of te ver rijden.
We gaan dus naar de zon, en we moeten er ongeveer 12 uur over rijden.
Dát is een record.
Waarom ik niet zover wil rijden? Nou simpel: ik heb de schurft aan het rijden met een aanhanger. Dit kostte me namelijk vorig jaar de wiellagers van ons kleine karretje. En dat karretje hebben we nodig om alle kampeerzooi te vervoeren.
Oke, maar dat allemaal gezegd hebbende: we gaan zonder karretje. Want via een vriendin van Ilse kunnen we een huisje huren op een park nabij Montpellier. En dat schijnt serieus een toffe stad te zijn, half uurtje rijden van het strand en op twee uur van het Dali-museum in het noorden van Spanje.
Zonder karretje hoef ik geen rekening te houden met een maximale snelheid (waar ik, getuige het versneld aftakelen van dat karretje toch al geen rekening mee hield), en misschien gaan we zelfs wel met Ilse's panda, gewoon omdat we nog nooit met een Fiat op vakantie zijn geweest, en we de ruimte dit jaar minder nodig hebben. Wat schone onderbroeken, wat zwemspullen een paar speeltjes voor Jente en gas op de plank. Het zou zomaar eens een goedkope trip kunnen worden. Qua brandstof....
Maar omdat het lang nog niet zeker was waar en hoe we op vakantie zouden gaan (Engeland speelde ook door ons hoofd, maar dat vonden we om meerdere redenen een onhandige optie), waren we ook naarstig aan het zoeken naar een nieuw karretje.
Liefst iets dat een hogere snelheid aan zou kunnen, zonder meteen zijn wielen los te willen laten.
Liefst iets dat opklapbaar was, omdat we eigenlijk beiden wel klaar waren met een karretje in de voortuin, waardoor iedereen ziet dat je er wel of niet bent.
En zo kwamen we op het idee om een karretje met huif te kopen, die eraf kan. Huifje los, karretje op zijn kont en zo, hopla de steeg door en de achtertuin in.
Nieuw zijn die dingen niet gek duur, maar via de verkoophoek van het alomtegenwoordige gezichtenboek, zag ik een "als nieuw" geadverteerd exemplaar staan.
Interesse gewekt, en ik stuurde de verkoopster een bericht dat ik interesse had en met expliciet de vraag of de huif afneembaar was.
Korte, duidelijke communicatie. Hou ik van.
Haar antwoord: "is reeds verkocht". Toegegeven: ook haar communicatie was kort en helder.
Oke, dat vroeg ik niet, mijn vraagstelling was toch erg duidelijk. Ik heb namelijk geen interesse in die kar als die huif niet afneembaar is, en dus vraag ik niet of die reeds verkocht is, want als die advertentie nog zichtbaar is op marktplaats, ga ik er vanuit dat die niet al verkocht is. Lijkt me logisch, toch?
Dus ik reageerde, wat flauw: "Hoe laat is het? Het is 10 graden celsius". Daarmee liet ik het voor wat het was.
Kreeg ik als reactie: "Zaterdag om 10:00".
Schiet mij maar een boom in. Antwoord geven op een niet gestelde vraag, en dan nog serieus in gaan op een flauwe uitspraak. Zoals een lieve ex-collega dat omschreef: Can't argue with stupid.
Maar goed: onze vakantie staat, en ik leef er nu al helemaal naar toe.
Een deel van deze blog (of sowieso deze hele blog, dat moet nog blijken) tik ik op valentijnsdag. Elk jaar claim ik dat ik het maar onzin vind, dat hele valentijnsdag, en elk jaar weet ik op het laatste nippertje de romantiek in onze relatie te redden met een paar kilo chocola.
Ter ere van valentijnsdag wil ik toch even mijn mening geven over een of andere Anouk. Een of ander zingmokkel die een fotootje plaatste van een bebloede lap die ze in haar schijthok omhooghield, met de tekst: dit maakt je vrouw. Of zoiets.
Behoorlijk wansmakelijk om op die manier aan te geven dat je de ontwikkelingen van de 21e eeuw en die van de mensheid als geheel niet meer bij kan benen, nietwaar?
Ik bedoel: het is ook wel supereng om geconfronteerd te worden met het feit dat je wereldbeeld misschien niet meer helemaal in de 21e eeuw past, maar om dat op die manier kenbaar te maken...
Dan heb je wel heel erg aandacht nodig omdat je muziek blijkbaar niet meer genoeg aandacht genereert.
Dat hele Anouk-onding, met haar 20e eeuwse, jaren '80 jongens bloempot-kapsel is volgens mij wel de laatste die iets over andermans leven en levenskeuzes moet zeggen. Zelf leeft ze, op zijn zachtst gezegd ook niet volgens (populistische? Calvijnse??) normen en waarden, met haar kroost van talloze verschillende kerels. De hypocrisie van dat vrouwtje is stuitend.
Het is helaas wel een uiting van iets wat me steeds meer opvalt: we leven in de 21e eeuw. En mensen veranderen. En mensen staan op barricades of geven uiting aan dingen die voor hen, op dit moment belangrijk zijn. Populistische lieden vinden dat griezelig, en verzuchten vaak hoe het vroeger allemaal beter was. Dat we eens "normaal" moeten doen. Maar die lieden vergeten vaak dat het vroeger helemaal niet zoveel beter was. Ook zij hebben geprotesteerd voor dingen. Of tegen dingen. Ook zij hebben veranderingen geforceerd omdat zij vonden dat dingen anders of beter konden. En anders hun ouders wel. Of hun broers of zussen. Ik ben blij dat er toen ook gestreden was tegen bepaalde mores. Tegen dat "normaal", want anders hadden we nu geen kapsalon, chinees of shoarma en sushi. Dan waren we nooit verder gekomen dan die (ook heel lekkere, voedzame, maar toch saaie) kruimige piepers en het sudderlapje.
Dus laten we niet doen alsof geluk vroeger zo gewoon was. Laten we elkaar eens niet de maat nemen met zogenaamd grappige plaatjes, of zoals in het geval van flutje Anouk met wansmakelijke bullshit.
Volgens Ilse ben ik het tegenovergestelde van "woke", en maar zeer ten dele "inclusief".
Veel van de problemen die door anders-zijnden worden ervaren of aangekaart, raken mij niet. En ik kan er letterlijk niks mee. Niet eens uit onwil, maar letterlijk uit onbegrip. Ik snap ze niet. Maar laat mensen in vredesnaam gewoon hun ding doen. 99% van al die "dingen" raken mij niet. Heb ik geen last van. Dus waarom zou ik ze omlaag trappen? Heb ik niet nodig. Misschien kan zangflutje Anouk met haar jaren '80 jongenskapsel daar een voorbeeld aan nemen.
Oeps, ben ik ook even hypocriet. Ik had namelijk Anouk ook niet omlaag hoeven trappen, en dat deed ik toch, ondanks dat ze daar zelf veel beter in is gebleken. Ach ja: ook met hypocisie is het zo: it takes one to know one. En uiteraard hadden Ilse en ik daar op valentijnsdag een best levendige discussie over.
Het is inmiddels zaterdag en ik zit nog steeds mijn blog te tikken. Met tussenpozen.
Ik zit mijn blog te tikken, en moet alle zeilen bijzetten om wat leesbaars op het wit te krijgen, want de griep heeft me een fikse dreun op mijn kanis gegeven.
Het begon eergisteren al te sneeuwen achter mijn ogen, en tijdens het laatste uurtje van de poetskoets merkte ik dat de holtes in mijn hoofd dicht gingen zitten. Mijn luchtwegen het moeilijk kregen. En mijn interne thermostaat begon zeer gemengde signalen af te geven. Zozeer, dat de verwarming van de bus (en op de thuisreis het systeem van mijn auto) het niet meer bij kon benen. Warm koud... Zo snel als ik de temperatuur comfortabel wilde van warm naar koud, kreeg geen enkel systeem voor elkaar zonder volstrekt in de war te raken. Doe maar een raampje open of zo.
Het heerst, en ik heb er een klap van gekregen.
De nacht was serieus voor bepaalde gezinsleden niet leuk. Ik snurkte zó hard, dat Ilse letterlijk gevlucht is. Ik snurkte zó hard, dat mijn huig geen klein fliepertje achter in mijn mond is, maar opgezwollen is als een bal gehakt, die ik niet meer doorgeslikt krijg. Het ding zit met praten dan ook vreselijk in de weg.
Ik had ijldromen. Ik droomde dat de kapper mij met zo'n mesje waarmee ze ook de nekharen wegscheert, mijn hele hoofd aan het scheren was. Toen ik na een minuut of tien aangaf dit toch niet te willen, begon ze te mauwen.
Maar dat mauwen bleek dus echt, want toen ik haar hand wegsloeg, bleek ik kater Claus een mep verkocht te hebben. Die was namelijk enthousiast aan mijn kop aan het likken...
Weg ijldroom.
Ook een manier om je weekend in te gaan. To be honest: ik had liever gewoon gewerkt, want dit is niks...
Ik wens eenieder een goede toe.
vrijdag 16 februari 2024
Shenanigans deeltje veel en vaak.
vrijdag 9 februari 2024
Luchtige huiselijkheden.
Er zijn ongelooflijk veel mensen die onze aardkloot bevolken, en ook ik ontkom er niet aan om te moeten toegeven dat ik (op basis van een té snelle inschatting) bepaal dat iemand wél of niet in mijn straatje past. Dat betekent niet dat ik gelijk de oorlog aan iemand verklaar, iemand doodwens, of dat iemand ook daadwerkelijk slecht is, maar gewoon dat ik niet iedereen té knus in mijn aura wil laten paraderen.
En ja, dat is vaak puur subjectief, en het zegt net zoveel over mij als over de ander.
En net zo vaak heb ik het mis, als dat ik gelijk had.
De gesoigneerde heer die zijn troep in de bus achterlaat, en "not amused" is als ik de kans grijp om hem zijn troep alsnog in zijn handen te duwen.
De sjofele slons die keurig netjes komt vragen of ze mag roken, want haar overstap was 8 uur en ze heeft dringend nicotine nodig.
Ondanks dat ik probeer om mensen zo neutraal mogelijk te behandelen, blijkt dat dat soort neutraliteit eigenlijk niet echt stand houdt. Nu, zo blijkt maar weer: ook ik ben maar een mens.
Tijdens een van mijn ritjes, stond er een vent voor in mijn bus, die ik eigenlijk al ingedeeld had onder het kopje "Niet In Mijn Aura Alsjeblieft".
Sowieso vind ik het vervelend als mensen te ver voor in de bus staan, het ontneemt me zicht naar buiten, en het is een veiligheidsrisico. De meneer in kwestie reageerde vlot en zelfs vriendelijk op mijn verzoek om naar achteren te stappen. Veel plaats had hij niet, maar het metertje dat hij meewerkte, was voldoende. De rit kon aanvangen.
Mijn radiootje kabbelde zachtjes en ineens kwam de beroemdste zanger van het Levenslied eruit gekabbeld. Dreetje Hazes. Die zong over een vrouw die in hem geloofde. Ik ga daar persoonlijk goed op. Ik hou van Hazes. Andre Hazes senior wel te verstaan, die jonge snotneus die op de faam van zijn vader meelift, lust ik minder.
Hoe dan ook, tijdens dat liedje hoorde ik op de cabinedeur van mijn bus een zacht getrommel, en een snelle blik naar rechts onthulde dat de eerder vernoemde passagier in vervoering mee stond te trommelen en te pommen op de muziek van Dré.
Ik kon een glimlach niet onderdrukken, en de man sprak me aan. Hij sprak me aan met een stemgeluid dat veel vriendelijker en zachter klonk dan ik op basis van zijn uiterlijk had ingeschat.
Hij liet zich ontvallen dat hij dit zulke mooie en gevoelige muziek vond. Dit deed hij in een Zuid- Europees klinkend Engels. Hij verstond er geen woord van, maar genoot intens van de muziek. En zo kon het dat ik een Zuid Europeese reiziger ineens begon te vertellen over het onvervalschte Hollandse Levenslied, André Hazes en zijn leven, en de lieve reiziger begon meteen op spotify allemaal Hazes liedjes te downloaden, vlak voor zijn vlucht zou vertrekken. Voor onderweg. Als fijne herinnering.
Een box en een high-five later, en ik zat eventjes alleen in mijn bus te genieten van het feit dat ik toch weer te snel was met iemand in de verkeerde categorie indelen. Liever zó, dan andersom.
En precies op dat moment kwam "Wonderful World" de radio uit. Ik lieg niet. Hoe mooi moet je het hebben.
Voor buitenstaanders kan ons werkveld er behoorlijk onoverzichtelijk uit zien. Een groot betonnen terrein, met allemaal op elkaar lijkende vliegtuigen erop, en ik breng mijn bus met lading naar een schijnbaar willekeurig exemplaar. En dan heb je het nog niet over bagagetrekkers die je links en rechts om de oren vliegen, over de meest futuristisch uitziende apparatuur die rond rijdt, soms schijnbaar zonder enige vorm van bestuurder (hoewel ik vaak het gevoel heb dat de bestuurders van dergelijke apparaten weinig veiligheid toevoegen, hooguit laten verdwijnen, met hun armzalige rijkunsten en dito verkeersinzichten).
Daar krijg je soms vragen over.
Veel collega's, zo weet ik, hangen dan de meest bizarre antwoorden op, zo vertellen ze in de kantine.
Een vriendelijke zakenachtigeman, vroeg mij op een gegeven moment hoe ik zo zeker wist welk vliegtuig ik hem moest afzetten. Ik zag mijn kans schoon om ook eens iemand een totaal bezopen verhaal op te dissen.
En met mijn meest uitgestreken gezicht antwoordde ik dat ik dat helemaal niet zeker wist, maar dat het een blauwe is, er staat KLM op, dat die er in mijn ogen niet beschadigd uit ziet, en dat deze dus wel goed zou zijn.
De uitdrukking op het gezicht van de man was extreem priceless, en ik zag hem gewoon denken...
Toen toch maar even uitleg gegeven over registraties, opstelplaatsen en gatenummers.
De opluchting was ook priceless, maar ik zag hem boven bij de trap toch nog even voor de zekerheid vragen of...
Ik vertelde al dat we op zoek waren naar wat nieuwe eetkamer-ameubelementen. Een nieuwe tafel en eettafelstoelen stonden op ons wensenlijstje. Die tafel hadden we, ondanks de treurniswekkende ervaring in een "flagship-store", ver van huis, online besteld bij datzelfde bedrijf. Zo zie je maar: internet is vaak een betere en goedkopere winkel dan hun real-life tegenhanger.
Maar ja. Dat was alleen nog maar de tafel. We wilden eigenlijk ook wel bijpassende stoelen. Of in elk geval: nieuwe, betere en comfortabeler stoelen.
En daartoe ontkom je er al helemaal niet aan om naar zo'n winkel te gaan, want je wil ze toch een heel klein beetje bezeten hebben, om zeker te zijn dat je een comfortabele stoel onder je kont koopt.
Gelukkig bleek de maandagmorgen een uitstekende dag voor zo'n excursie te zijn. De fysieke winkel was nagenoeg leeg, dus wij konden naar alle hartelust zitten en kiezen.
En elke keer vonden we uiteraard de duurste optie, het fijnste zitten. En op zich: voor comfort en kwaliteit dien je te betalen.
Ik moet eerlijk bekennen: ik heb tot heel erg recent (zegge 2 jaar geleden, toen we deze stoelen kochten) nooit erg veel geld of interesse gehad in het kopen van meubels. Het moest functioneel zijn. En niet veel kosten. Ilse was al meer van de "looks" zeg maar. Mij boeide dat niet veel.
Maar op een gegeven moment kom je op een punt in je leven dat comfort ook belangrijk wordt, en dat de kringloopwinkel eigenlijk niet meer kan leveren wat jij wil.
Ik wist niet dat het zó ongelooflijk veel geld kon kosten. Bijna 2 ruggen voor een tafel en wat stoelen. Voor bijna 2 ruggen koop je de hele kringloopwinkel.
Toen ik mijn verbijstering over dit soort bedragen ventileerde tegenover al wat ervarener collega's keken ze me grijnzend aan, en er waren collega's die zeiden dat 2000 euro alsnog niet overdreven veel geld was voor een eetkamersetje.
Een ander wist het te relativeren door te zeggen dat je die eettafel over 10 jaar eens een schuurbeurtje en een nieuw laklaagje geeft. Iets wat onze huidige tafel ook al een aantal malen heeft ondergaan.
De stoelen zijn dus echt iets wat wij willen. Dat wil zeggen: het comfort. Alsof je op een wolkje gaat zitten, zo zacht. Zonder hun steun te verliezen. Het zijn echter ook en vooral op aandringen van Ilse, stoelen met wieltjes eronder, en ik vrees dat ik daar wel een beetje spijt van ga krijgen met 3 adhd'ers in huis, en vooral voor de inboedel- en zorgverzekeraar lijkt het me een crime. Ik zie Jente met stoel en al door de tv of tuindeuren heen denderen, en ik denk dat we voor Ilse regelmatig naar de spoedeisende hulp moeten om haar stuitje te laten repareren.
De kleuren zijn op zijn zachtst gezegd bijzonder te noemen, maar dat went vanzelf.
Blijkbaar moet de pigment van die kleuren nog geoogst worden, ergens in allemaal onherbergzame jungles, want de levertijd is pas in week 18. Dus ik heb nog eventjes om me mentaal voor te bereiden, en de verzekeringspolis uit te breiden.
Zonder gekheid: ik denk dat we best wel een mooie set hebben gevonden, die in elk geval een jaar of tien mee zal gaan.
En als update: de tafel staat! Afgeleverd. We moesten zelf de poten eronder schroeven, maar dan heb je ook wel een plaatje. Iets minder massief, lichter. Maar qua kleur donkerder en door zijn vorm wat frivoler. We zijn er blij mee, en dat is wat telt.
De oude tafel is verbannen naar buiten tot we voldoende rommel hebben om de grofvuil ophaaldienst te laten komen.
En dan zijn we er nog niet, qua wonen. Want we vinden eigenlijk dat we ruimte gebrek hebben, zelfs met alle soorten van opruimen die we wel (en juist niet) doen.
Verderop in de straat zijn er bewoners reeds begonnen met het ophogen van hun huis. En het ziet er best appetijtelijk uit, een extra verdieping op het huis. Vooral als ik bedenk wat ik allemaal met die extra ruimte kan "hobby'en". En Ilse ook. Met haar naaikamer.
En wellicht een grotere kamer voor Jente. En een logeerkamer voor het geval er iemand zo gek is om in ons huishouden van Jan Steen te willen logeren.
Zulks zou idealiter gefinancieerd kunnen worden uit de overwaarde, en stiekem hoop ik daar op, dan is die overwaarde ineens geen leuk item voor de kringverjaardag, maar een daadwerkelijk nuttig iets.
Dus de stoute schoenen aangetrokken, en het betreffende bouwbedrijf dat nu al een dikke week door onze straat rijdt gebeld om eens te vragen wat zo'n grapje moet kosten. Dus die komen binnenkort langs voor een gesprek, waarin onze wensen, vragen en andere formaliteiten worden besproken en omgezet in een vrijblijvende offerte.
We zijn heel benieuwd. Ik vind het ook wel spannend, want ik heb zulks nog nooit gedaan.
Dat geschreven hebbende, vangt het weekend voor sommigen weer aan, en wens ik ieder een beste.
zaterdag 3 februari 2024
Voorliefdes en suffigheden aan tafel.
Op het platform rijden we met 4 verschillende bussen rond. 3 varianten zijn elektrisch aangedreven, 1 ervan is diesel aangedreven.
De laatste tijd heb ik een voorliefde ontwikkeld voor de dieseltjes, die ik liefkozend Bertha Breedreet 1, 2 of 3 noem, afhankelijk van hun rugnummer, we hebben er namelijk drie van rondhoesten. Pardon: rijden.
Die dieseltjes hebben prettiger stoelen voor de chauffeur, een goed werkende kachel, hebben een wat kortere draaicirkel, liggen als een huis op de weg en rammelen minder.
Een ander groot voordeel van de Bertha's is dat ze van binnen veel ruimer zijn dan hun op prik rijdende tegenpolen. Zelfs met handbagage kan ik er 60 mensen in kwijt, terwijl de prikbussen met 45 passagiers soms al propvol lijken, zeker als mensen de veiligheid van hun kind weer eens ondergeschikt maken aan het gemak van het niet inklappen van hun vermaledijde kinderwagens.
Nadelen hebben ze ook: de versnellingsbakken zijn niet per se ingericht
op een leven op een platform waar de maximale snelheid 30 km/u bedraagt,
en dat merk je omdat het schakelmoment precies rond de 30 km/u ligt,
wat soms voor gekke gevoelens bij alle betrokkenen kan leiden. Denk je braaf 30 te rijden, gaat die overschakelen naar een hogere versnelling, waardoor je ongemerkt sneller rijdt dan is toegestaan. En als je het wel opmerkt, en je gas loslaat, schakelt Bertha terug en dat voel je, gevolgd door hoorbaar voetengeschuifel achter je. Kortom: je moet subtiel rijden. Of snel rijden.
Een ander kleinigheidje waar ik niet erg blij van word bij de Bertha's: er zijn geen prullenbakken in gebouwd. Dat betekent dat mensen, als ik ze niet tijdig aanspreek, het doodnormaal vinden om hun rotzooi maar gewoon achter te laten. Bijna dagelijks dat ik mensen nog even snel hun rotzooi in hun handen moet drukken, omdat ik simpelweg hun poetsvrouw niet ben.
Maar ik zeg: lang leve Bertha Breedreet 1, 2 of 3. En als je een witte bus met blauwe banen en soms een grijszwarte rookpluim voorbij ziet rijden, met op de bok een breed grijnzende chauffeur: het zou kunnen dat ik het ben.
En omdat ik ik ben, en dus niet altijd even oplettend kan zijn bij sommige basale taken die het leven me toegooit, kon het gebeuren dat ik een kleine stommiteit uithaalde.
Dat zit zo:
Mijn auto heeft een poosje geleden nieuwe lichtbronnen gekregen. LED lampen. Prachtig lichtbeeld, heel erg blij mee. Erg fijn in het donker.
Alleen vindt de BSM (board-system-moteur) dat er een lamp kapot is. En telkens als de automatische verlichting uit gaat (bijvoorbeeld als ik een tunnel uit rij) kakelt ze dat er een dimlicht defect is. Dat is niet zo, want ik controleer dat vrij frequent, maar toch denkt zij dat dat zo is.
Om dat gekakel te voorkomen, schakel ik vaak de dagrijlampen in. Dat geeft in tunnels voor en achter goed licht, en voorkomt dat ze bazelt over kapotte verlichting, omdat de automatische dimlichten dan uit staan.
Op een zekere dag, het was een woensdag, sterker nog: het was afgelopen woensdag, reed ik op die manier naar mijn werk. Ik had het een en ander aan mijn hoofd. Een paar minder positieve zaken die men op mijn werk naar mijn hoofd had geslingerd, die toch meer onder mijn huid zijn gaan zitten, dan ik wenselijk vind. En dus parkeerde ik mijn auto, stapte uit en snelde naar de bus.
Ik startte Bertha 2 op, had lol met mijn collega's en de paxen en heel erg bijtijds klonk de stem van de regie dat we naar huis konden.
Een lieve collega bracht ons naar de parkeerplaats en daar aangekomen wandelde ik in de richting van mijn auto. In de verte zag ik wat lampen branden, en dacht nog bij mezelf:" die sukkel is niet blij, dat hij zijn lampen vergat uit te doen". Ik grijnsde er zelfs bij.
U voelt hem zeker aankomen?
Tot mijn grote verbijstering kwam ik er na nog wat passen achter dat ík dus inderdaad die sukkel was.
Mijn gegrijns vervaagde tot een somber gestaar en in gedachten zag ik de wegenwacht al aan komen, om een sukkel te helpen die zijn accu leeg had laten lopen.
Toch maar eventjes proberen, en tot mijn opluchting besloot mijn auto toch maar te starten. Zij het moeizaam en langzaam, alsof ze me humeurig een uitbrander gaf voor mijn stommiteit, maar het niet erg genoeg vond om me in de kou te laten staan.
En met de thuisreis, was de accu weer volledig geladen om de volgende dag gewoon weer dienst te doen alsof er niks gebeurd was.
En dat was nodig, want na alle deuren die dicht zijn gegaan (letterlijk en figuurlijk) vinden we het nu tijd worden om een nieuwe tafel te kopen en nieuwe eettafel stoelen.
We zijn op verschillende plekken wezen kijken, tot in Lekkerkerk aan toe, waar een "flagship-store" van een bepaald "hip" merk zit. Voor een flagshipstore, vond ik de hoeveelheid tentoon gestelde waar teleurstellend, maar we vonden er wel een tafel die ons qua kleur, vorm en poot heel erg aan sprak. Aangezien die tafel ook het enige was dat aanspraak verschafte (het aanwezige personeel zei boe noch bah) hebben we die na een lange terugreis online maar gewoon besteld. Stoelen doen we later in Almere zelf wel, aangezien de opgestelde stoelen in dat specifieke woonwarenhuis dusdanig harteloos en onhandig waren opgesteld dat we daar niet echt een fijne keuze uit konden maken.
De terugreis was een letterlijke trip down memorylane, want we reden langs de lek, de route van buslijn 90, die ik in mijn tijd als OV-chauffeur regelmatig reed. Nog steeds prachtig langs de Lek, kleine smalle straatjes waar ik mijn auto doorheen moest loodsen. Mooi man.
Het overtochtje met de pont, voorafgaand aan dat stukje van mijn werkzame leven, was een leuke kers op de taart voor Jente die erover ging vloggen. Het tussenstopje bij een lokale bakker in een van die dorpjes was voor de maag dan weer erg leuk.
En dan een nieuwe tafel bestellen.
Ik ben heel benieuwd.
Hoe dan ook: ik heb eventjes weekend, en ik geniet van het verbeterende weer, want het betekent weer wat reuring in de tuin omdat Jente met haar vriendinnetjes op de trampoline kan ravotten.
Ik wens eenieder een goeie toe.
vrijdag 26 januari 2024
Bloemrijke avonturen.
Het vergeet-me-nietje.
Een bloempje dat ik als kind al een onweerstaanbaar charmant, lief bloempje heb gevonden. En met al mijn fratsen in de tuin met eetbare struiken en planten, is het planten van één van mijn meest favoriete oneetbare tuinvulling een beetje achtergebleven.
Een vergeet-me-nietje is klein, heeeeeeel fragiel ogend en heel erg bescheiden. De bloemige tegenhanger van mezelf, als het ware.
Ik kan me herinneren dat ik als kind me regelmatig vergaapte aan die kleine, tere bloempjes in de tuin.
[Het vergeet-me-nietje heeft net als de brem een legende, waardoor hij aan zijn naam komt. Sterker nog: het vergeet-me-nietje heeft wel twee legendes.
Ik zal ze beiden vermelden, ze zijn niet heel erg lang.
1) Ergens in de middeleeuwen, toen er nog echte ridders leefden, maakte ridder Roy met zijn geliefde een wandeling langs een rivier. Ze hadden fijne gesprekken en fantaseerden over hun huwelijk en eventuele kinderen. En over de talloze overwinningen die ridder Roy ongetwijfeld op diverse slagvelden zou behalen. Vlak bij de waterkant viel ridder Roy's oog op een heel erg mooi, vriendelijk bloemetje, en romanticus die hij was, plukte hij dit bloemetje voor zijn geliefde. Romanticus was hij wel, maar erg handig niet. Hij raakte uit balans en kukelde pardoes het water in. Zijn harnas was te onhandig en te zwaar, en vlak voor hij naar de bodem van de rivier zonk en verdronk, gooide hij het bloemetje naar zijn geliefde en riep:"Vergeet mij niet!!"
2) Voor de wat meer religieuzen: Toen God de flora op aarde had gezet, begon ze systematisch alles een naam te geven. Na een paar uur dacht ze eindelijk klaar te zijn, en een lekker kopje hemelse thee te gaan drinken met al haar engelen, hoorde ze een klein, blauw bloemetje roepen:"Vergeet mij niet!" Waarop ze sprak:"En voortaan zul jij zo heten"
Een ander bloempje waar ik als kind al enorm van kon genieten, was het sneeuwklokje. Een klein fragiel bloemetje, uit een bolletje. Hagelwit, hangend aan zijn groene staak in de vorm van een klokje.
Vooral in Velp, bij mijn oma op de veluwe veel van die dingen gezien. Of gewoon in haar tuin. Altijd weer een fijn moment als mijn oma verheugd uitriep dat ze weer een jaar blij mocht zijn met het ontluiken van de sneeuwklokjes. En in mijn herinnering was het ook altijd wit van de sneeuw, als het om die sneeuwklokjes ging, maar dat zal een verhaspeling van mijn geheugen zijn.
Zowel sneeuwklokjes als vergeet-me-nietjes zijn veel charmanter, bescheidener en sierlijker als die arrogante rozen, tulpen, narcissen en geraniums en noem al die overpriced, overhyped PC. Hoofd-bloemen maar op. Veel vriendelijker.
Mijn schoonvader is dit weekend jarig, en wilde vooral bloemen en planten voor in de tuin. En dan het liefste bloemen en planten die een aanzuigende werking zou hebben op bijen en vlinders. Insecten.
Ik vind het ook leuk om bijen en vlinders in de tuin te hebben, maar bij ons komen er hoofdzakelijk slakken af op alle eetbaarheden. Helaas. En muggen.
Hoe dan ook: Een goeie reden om weer eens naar het tuincentrum te rijden, te meer daar er naast het tuincentrum een worstenman zit, die exquise worsten verkoopt. Helaas was die op vakantie (ik hoop naar een bestemming alwaar hij nieuwe exquise worsten kan ontdekken en meenemen naar Nederland, want ik beschouw mezelf van zowel hem als het tuincentrum een vaste klant).
Hoe dan ook: in het tuincentrum stapelden we bloem op bol op plant om mijn schoonvader blij te maken, en liepen we tegen een enorme stelling aan met... Jawel: Vergeet-me-nietjes. En Sneeuwklokjes. En rabarber.
U kunt zich voorstellen dat ik niet aarzelde om die rabarber in mijn kar te flikkeren. Ik ben dol op rabarber. Heerlijk opkoken, tot je er rabarbercompote van krijgt. En dat is weer smullen op die verrekte wasa-crackers die ik eten moet in plaats van brood, teneinde mijn bloedsuikers aan de normale kant te houden.
Toch weer een aanvulling op mijn moestuin kunnen doen.
Oh, en ik heb inderdaad ook drie kleuren vergeet-me-nietjes mee genomen, en een stuk of 8 sneeuwklokjes. Gewoon, omdat ik die charmantheid in mijn tuin, tussen alle eetbaarheden erg leuk vind.
Ga nu in vredesnaam niet denken dat onze tuin er spic en span uit ziet, want dat is niet zo. Het is er een bende van gras, bruin, eetbare en oneetbare dingen. Maar ergens heb ik er ook wel lol in.
De appelboom, de vijgenstruik, alle bessen.... Ik klets ze tot groei en bloei en ik hoop dat mijn liefdevol geouwehoer tegen die flora leidt tot rijke oogsten.
Maar een mooie Engelse tuin zal het met mijn soort karakter nooit worden.
Ilse en ik hebben weer iets keigoeds gedaan: we hebben 2000 euro bespaard. Wij zijn over het algemeen geen brassers. We gaan redelijk zorgvuldig om met ons geld en een grote uitgave wordt altijd harmonieus besproken.
Soms met wat valse noten ertussen omdat ik wél en Ilse niet de waarde inziet van dat wat ik wél en zij niet wil kopen. Of andersom, en dat we dan wat mopperiger worden naar elkaar omdat mannen van Mars komen en vrouwen van Venus, en de weg naar de Maan blijkbaar geplaveid is met minder genuanceerde woorden.
Maar over het algemeen zitten we dicht bij elkaar, als het op grote zaken aankomt.
Ilse is nogal bezig met ons vakantie-materiaal. Dat kan een campertje zijn uit de jaren dat wij beiden nog niet verschoten zaadjes waren. Of een aanhanger of auto die als zodanig om te bouwen is.
Gisteren liet ze iets zien, waarvan ik had gezworen dat ze er mordicus op tegen was: een klapkar. Een soort van vouwwagen, maar dan met een vast of hard dak. De wanden als van een tent. Eerst even wat heen-en-weren over dat het me verbaasde, maar blijkbaar had ik dan toch de verkeerde klapkar voor ogen die Ilse dan wel niet wilde hebben, kortom: van Mars via Venus ergens op de maan beland en nooit meer aan gedacht, tot ze dus een advertentie doorstuurde, van iets dat ze geniaal leuk vond.
En ik ook.
Het dingkie moest 2000 euro kosten, en daar wilden we best even voor naar Purmerend rijden.
Naar Caravan Centrum Waterland.
En daar aangekomen, bleek dat de verkoper vreselijk veel talent had voor fotografie en vooral photoshop. (Meer dan voor het klantvriendelijk ontvangen van mensen, we werden er nog net niet keihard genegeerd).
Letterlijk alle lelijke, bijgewerkte en slechte plekken die zelfs van grote afstand met blote oog zichtbaar waren, waar door de afdeling 'verkoop' vakkundig weggewerkt. De slechte rubbers, die verkruimelden, waren bewust niet op de foto gezet, de kruimelende bodem was niet genoemd, de doorgeknipte draad van de waterpomp was buiten beschouwing gelaten en de gasslang die er gevaarlijk oud uit zag, werd niet vermeld. En dan hadden we de voortent (waarover de advertentie repte) nog niet gezien. Ik vroeg me wel nog af of ze al die punten zouden aanpakken in het kader van de "kosten rijklaar maken" van 225 euro, maar aangezien er niemand was die ons te woord kwam staan, heb ik die opmerking niet kunnen maken.
Er stond een kar die mijns inziens 500 euro waard was, en niet 2000 euro. Ik wilde voor de grap nog gaan vragen naar de caravan van de advertentie, maar mijn gezelschap (bestaande uit Ilse en een vriendin) vond dat een beetje té cynisch. Gezien het feit dat we er dik een uur voor hebben moeten rijden, vind ik het helemaal niet té cynisch.
Goed, een slechte en misschien zelfs wel oneerlijke advertentie van Caravan Centrum Waterland, want als je alle plekken zo goed weg-photoshopt, wek je verkeerde verwachtingen.
Aan de andere kant: we weten nu dat we bij Caravan Centrum Waterland helemaal niks moeten kopen. Want het is er simpelweg veel te duur.
Maar het bespaarde ons wél 2000 euro, die we mooi achter de hand kunnen houden, voor andere dingen.
Misschien wel een andere paradiso vouwcaravan met dak, want we hebben wel gezien of ontdekt dat dat wel iets is dat ons zou kunnen liggen.
Dit maar weer geschreven hebbende, begint voor de meeste mensen hun weekend, die van mij eindigt alweer. Ik wens eenieder een beste.
vrijdag 19 januari 2024
Klussen, kletsen en dat op stevige stappers
Op sommige vlakken van het leven sta ik behoorlijk goed in contact met mijn wat meer feminine kant. Een uiting daarvan is schoeisel.
Ik ben namelijk een ongelooflijk pietje precies als het op schoenen aan komt. En extreem behoudend in mijn merken-trouw.
Op nummer 1 Nike. En dan specifiek de Air-Max.
Op nummer 2 All Stars, van Converse.
Op nummer 3 Crocs. Voor in huis of voor op de camping. Ja, echt. Crocs. Ze lopen goddelijk lekker, en poep aan alle haters.
Je kunt me dus op heel veel soorten schoeisel rond zien banjeren, en liefst lekker kleurig, zeker buiten werk om.
Want als het in de winter op werken aan komt, dan draag ik mijn onvolprezen Meindl's. Ik wil warme en droge voeten hebben. Zeker op het toch iets koudere en nattere platform.
Tot de vorige week.
Mijn Meindl's had ik een paar maanden geleden bij de schoenmaker van nieuwe hakken laten voorzien. De hakken waren bijna 10 jaar oud, versleten en omdat ze verder nog heel erg fijn liepen, leek het me de investering wel waard. Ja, tot ik dus na een paar weken alweer terug moest omdat de lijm losliet. Na de vakantie in Engeland kwam ik er op de eerste werkdag achter dat ook de tweede keer lijmen niet echt leidde tot het definitief vasthouden van de zool. Ik vermoed dat het verzolen van schoenen, niet echt de leest was van de schoenmaker.
Ik draag die Meindl's dus omdat ze mijn voeten droog en warm houden in de winter. En winters op het platform zijn koud en nat. Als de zool dan voor me uit vliegt tijdens het lopen, beschouw ik dat als een vervelend iets. En het staat armoedig. Zo'n buschauffeur die flapperende geluiden maakt omdat de schoenzool eerder tegen het platform petst dan de rest van de schoen.
Met een nog niet gespecificeerde winter in aantocht, wilde ik mezelf een volgende vruchteloze tocht naar een schoenmaker besparen, en dus toog ik naar de stad om mijn licht op te steken in een lokale schoenenwinkel. Ik wil warme, droge voeten houden. Een goeie dikke zool. Een comfortabel voetbed. Dat bleek wel aardig mogelijk. Dus kwam ik helemaal trots terug met een paar Sketchers. Ja.... Sketchers....
Daar had ik al eens een paar sneakers van besteld, want ze liepen goddelijk lekker, en dat leek me voor het platform in de zomer wel wat. Na 3 maanden was de zool nagenoeg volledig weg, iets wat me met nikes nog nooit gebeurd was. En daar heb ik nu een paar winterschoenen van gekocht. De winkelmevrouw liet de wat duurdere exemplaren zien, en die waren alsnog dusdanig vriendelijk geprijsd dat ik hoop dat ik er wel twee winters op kan lopen. Mijn Meindl's mogen nog één keer verlijmd worden, en dan als reserve in de kast.
Dat brengt mijn hoeveelheid schoenenparen op 8.
3 paar werkschoenen.
1 paar wintersneakers van leer (gekocht in Engeland, want daar bleek dat het huidige paar, dat ook al even meegaat, niet meer denderend waterdicht waren en in Engeland vindt men heel terecht dat kleding onder de eerste levensbehoeften valt, en daarmee dus laag belast. Zouden die rechtse rukkers van de afgelopen en komende kabinetten ook eens moeten doen).
2 paar zomersneakers.
2 paar crocs.
Dat is om en nabij evenveel als Ilse heeft. Alleen Jente heeft meer schoenen.
Schoenen kopen doe ik ook graag. Liefst online, want ik ken mijn maten en dan heb ik geen last van andere mensen. Maar ik vind het best leuk om een paar schoenen te kopen, liefst in een buitennissige kleur of kleuren, waarvan ik zeker weet dat ik een van de weinigen ben, die zo gek is om erop te lopen. Of passend bij dat andere gekkigheidje: happy socks.
Dus ja, wat schoenen betreft ben ik wel een beetje een vrouw.
Wat overigens niet betekent dat ik mezelf identificeer als zijnde vrouw. Want verder ben ik gewoon een lompe mannelijke boer, die met een speciaal Marnix-filter (of gewoon geen filter) het leven gadeslaat en becommentarieert.
En uiteraard was er wel weer wat te klussen.
Onze bestelde deuren komen binnenkort aan, het meebestelde beslag zoals dat heet, kwam al eerder. We wilden namelijk eens wat anders op die deuren. Wat mooiere, metalen, zwart gepoedercoate klinken op de wc-deur, de huiskamerdeur en ook op de nog te leveren trappenkastdeur komt een sierlijk zwarte klink. Allemaal van dezelfde soort, in plaats van het ratjetoe dat er nu op zit.
Omdat er 2 deuren behouden blijven, leek het me een goed plan om alvast eens wat ruimte te maken, en die 2 deuren te voorzien van het nieuwe beslag. Dat ging net niet zo makkelijk als ik me dat had voorgesteld. Prachtig deurbeslag, niks op aan te merken. Goeie keuze, goeie smaak.
Maar die schroefjes die er bij geleverd werden, zijn dan weer van een intense treurigheid waar je onnavolgbaar agressief van wordt. Ik in elk geval wel.
Het begon ermee dat die schroefjes eigenlijk niet echt het hout in wilden, en zelfs met gebruik van het perfect passende bitje, ogenblikkelijk uit sleten.
Daar sta je dan, met je goeie gedrag. Met een tang uiteindelijk dat knurfterige schurftschroefje eruit gewrongen, en omdat ik nu eenmaal een torx-liefhebber ben, uit mijn schuur een paar torxen gepakt.
Blijkt dat het hout van die deur uit het juiste gesneden is, want ook die torx had er moeite mee. Schoot weg, en in mijn duim, die ter plekke was om de deurklink-schild (of hoe zoiets heet) op zijn plek te houden.
Een schroef in je duim. Dat is pijnlijk. Heel erg pijnlijk. En bloederig. Ik kon mezelf weer eens niet beheersen, en braakte een paar creatieve liederlijkheden uit. Ik vrees dat mijn echtgenote weer compleet nieuwe scheldwoorden heeft geleerd.
Mijn duim, het slachtoffer, sprak door mijn mond, denk ik.
Hoe dan ook: twee van de 3 deuren beneden zijn van nieuwe klinken voorzien. En het ziet er best mooi uit, al zeg ik het zelf. En voor die schijtschroefjes verzinnen we wel een oplossing. Eigenlijk zou het verboden moeten zijn dat leveranciers die mooie deurklinken kunnen leveren, dat doen met schroeven die kwalitatief dusdanig ondermaats zijn, dat het lachwekkend is. Of jankwaardig, als je mijn duim moet geloven.
Bijkomend nadeel aan mijn gewonde rechterduim: ik kan mijn telefoon niet meer ontgrendelen met mijn vingerafdruk, want die is van de bewuste duim, en nu dus water-, wind- en luchtdicht verpakt in een plijster. Dus ook dat levert wat ongemak op.
Tijdens mijn werk word ik regelmatig voor wat onvoldongen feiten geplaatst. Meestal zijn dat mensen die oprecht hele onhandige of gevaarlijke plannen hebben.
En dan moet ik (afhankelijk van hoe gevaarlijk of onhandig) mild tot ferm ingrijpen om die mensen van hun voornemens af te brengen. En in de regel doen ze dan braaf wat ik ze opdraag.
Het meenemen van hete koffie of thee in niet goed af te sluiten verpakkingen, is bijvoorbeeld niet toegestaan. Dit heeft te maken met het feit dat als die hete drank gemorst wordt, in het beste geval ik het moet opruimen. In slechtere gevallen kleddert die hete drank over andere passagiers of hun kinderen, en is het lijden in last.
Er kwam een dame de gate uit, met een grote, dampende beker koffie. En in plaats van dat ze dat binnen in de gate al melden (zoals zou moeten) lieten de gate-agents het aan mij om dit op te lossen. Ik sprak de dame in kwestie aan, en ze verzuchtte dat ze al sinds Sidney zo'n ongelooflijke behoefte had aan koffie met havermelk. Dus haar teleurstelling was groot. Heel groot.
Ik kon haar enigszins tegemoet komen door haar te zeggen dat zolang als we niet gingen vertrekken, ze wat mij betreft haar koffie op mocht drinken.
En zo ontspon er tussen de dame en mij een heel erg leuk en gezellig gesprek. Over koffie, over mijn werk. Over Australie en Europa. Het werd dusdanig gezellig dat ik eigenlijk niet meer aan het opletten was, en ik totaal miste dat de gate-agent al een paar minuten stond te gebaren dat ik weg kon. Inmiddels was de koffie van de passagier wel op. De gate-agent had op zich ook wel in de gaten dat het een vrolijk en geanimeerd gesprek was, dus die kwam ten langen leste maar naar buiten om te melden dat de laatste passagier niet kwam opdagen, en we dus nu echt wel eindelijk weg mochten.
Koffie met havermelk. Je zou verwachten dat het zo'n van etherische olieën doordrongen Gerda met dito kapsel en gedrag was. Maar hier werd ik dus serieus vrolijk van. Een frisse, jonge meid die gewoon lekker kletste, en toevallig een koffie met havermelk drinkt. En laten we wel wezen: ik eet Foye Gras, dus wie ben ik om over andermans smaak te oordelen.
Goed, dit geschreven hebbende, ga ik gewoon maar weer eens een weekendje werken, zodat ik ondanks dat ik 1 dag vrij heb op 10 dagen, ik toch gemiddeld aan 5 werkdagen toekom, ofzo.
Ik wens eenieder een beste toe.
vrijdag 12 januari 2024
Soepel glijden we het nieuwe jaar door.
Omdat mijn vader niet meer echt soepel ter been is, had de terugreis (welke ik samen met hem ondernam omdat hij in Nederland moest zijn voor wat zakelijke aangelegenheden) wel een paar voeten in aarde (en ja: dat is een pun heel erg intended).
Los van het feit dat ik mijn lekkernijen moest afstaan omdat ze een gevaar voor de vliegende mensheid op zouden leveren, moest mijn vader zijn broodnodige wandelstok in de overhead storage flikkeren.
Oke, dat kan. Je kunt je dan ook afvragen hoe zo'n man dan naar het toilet moet, maar die situatie deed zich niet voor. Ergens wel jammer, ik had het misschien nog wel intens vermakelijk gevonden om een man te zien strompelen door het gangpad van een door lichte turbulentie geteisterd vliegtuig, om vervolgens bij een volstrekt onschuldige medereiziger op schoot te belanden en daar de controle over de blaas geheel te verliezen. Dat zou heel andere ranzige uitdagingen hebben opgeleverd. Uiteraard ben ik voor mijn vader dik blij dat dat dus niet gebeurd is.
Maar ik had ook middels het formulier bij het inchecken gevraagd om assistentie. Blijkt dus dat je ergens maar moet weten dat je dat minimaal 48 uur van te voren moet aanvragen. Good luck voor mensen die last-minute ergens heen moeten, die hebben dan dikke pech, denk ik.
Bij aankomst op Schiphol werden we door een collega opgewacht, maar geen assistentie te bekennen. We besloten om dan maar met de bus mee te gaan, en binnen te hopen op iemand die een rolstoel kon fixen.
Je raadt het al....
Er stonden echter wél rolstoelen, dus ik heb mijn pa maar in een rolstoel gemieterd, en hop: naar de douane.
Zonder rolstoel, sta je daar dus makkelijk 3 kwartier in de rij. Mét rolstoel (assistentie of niet) gaan er deuren voor je open, waarvan je het bestaan niet wist. Met 10 minuten waren we geknipt en geschoren, zogezegd. In de aankomsthal was het wel druk, en ik droeg mijn vader op om met die wandelstok wat om zich heen te zwiepen ten einde het gepeupel fysiek aan te moedigen om voor ons aan de kant te gaan, maar helaas: mijn vader is te zeer beschaafd om aan mijn wens tot het spelen van primitieve tank tegemoet te komen. Bovendien: integenstelling tot de heenreis was mijn schoonvader deze keer wél op tijd, en ik denk dat mijn vader zich toch geroepen voelde tot een extra vernislaagje van beschaving. Op zich niet heel erg noodzakelijk, maar ik snap het wel. Persoonlijk had ik het wel leuk gevonden om een spoor van ellende achter me te laten, terwijl ik mijn vader door een van de drukste plekken van Nederland voortstuw.
Grappig genoeg bleken de remmen van de rolstoel niet het sterkste punt van het ding te zijn. Eenmaal op een rolbaan omhoog, was het toch, zelfs met het inknijpen van de remmen, een kwestie van vooral brute fysieke kracht om te voorkomen dat die rolstoel met onnavolgbare snelheid weer achterwaarts naar beneden zou denderen. Ook hier kon ik het niet laten om me te verlustigen aan het idee van de ravage die daardoor zou ontstaan, maar omdat ik mijn vader hier niet per se aan wilde blootstellen, bleef het bij een magnifieke beelddenkerij die een gelukzalige grijns op mijn smoel bracht.
Die rolstoel hebben we uiteindelijk vlak bij de parkeergarage waar mijn schoonvader stond maar gelaten voor wat het was. Ze zullen hem vast wel terugvinden, en zo niet: dan hadden ze er maar vanaf het begin moeten staan, zoals (oké rijkelijk laat) aangevraagd was.
Ik ben altijd erg lyrisch over het Isle of Wight, of in mijn volksmond: het Eiland. Maar wát is er dan behalve "the Garlic Farm" dan zo aantrekkelijk aan dat stuk losgeslagen kalksteen?
Met mijn hang naar ouwe, versleten, middeleeuwse bebouwing, kom ik er goed aan mijn trekken. De gebouwen zijn er op zijn Frans, niet bepaald in concoursstaat, en wel vaak ouder dan een paar generaties.
Omdat het heuvelachtig is, zijn er veel plekken alwaar je kunt genieten van prachtige uitzichten. Uitzichten over die middeleeuws aandoende dorpjes, over de zee, en meeuwen die je met een Engels accent toe krijsen.
De begroeiing die het midden houdt tussen noord- en zuidEuropese flora, en de typsich Engelse heggen langs wegen die zijspiegelmoordend kunnen zijn. (Voor zover je niet eerst in alle "potholes" de ophanging van je auto hebt achter gelaten).
De sfeer op het eiland is rustiek en de mensen zijn er vriendelijk. Makkelijk. En je kunt er een serieus lekkere portie "fish and chips" eten, want de vis komt er nagenoeg levend je bord op zwemmen zo vers is het er.
De pubs zijn een ander stukje cake: die zijn waarschijnlijk gewoon op zijn Engels, maar ook dat heeft en geeft een heel unieke sfeer.
Ergo: bezoek het eiland. Ze leven er van toeristen (en dat is ook gelijk een nadeel: in toeristenseizoenen is het net zo duur als spectaculair) en er zijn dus ook meerdere manieren om er heel aangenaam te vertoeven.
Ik weet niet of het iets typisch "Wights" is, typisch Engels of typisch niet-Nederlands (ik heb het hier nooit gezien in elk geval), en ik weet zelfs niet of mijn vader het bewust kocht (ik vermoed van niet) maar waar ik serieus even aan moest wennen was het toiletpapier. In dit geval was het niet van dat ultragoedkope, extreem dunne papier dat voor toiletgebruik nagenoeg nutteloos is omdat je handen net zo bruin worden als de strepen in de pot, maar juist heel erg comfortabel, luxueus, zacht en dik voelend papier.
Maar er zat een luchtje aan. En dan geen poeplucht, maar een luchtje dat ik op zich best lekker vind: namelijk kokos lucht. Een lucht die ik associeër met dat spul dat sommige mensen in hun haren sprenkelen. Maar dan op toiletpapier. Op de verpakking stond ook dat er kokosolie aan het papier was toegevoegd. Als ik nu dus collega's tegen kom die kokosolie in hun haar hebben gesprenkeld, zal ik altijd denken aan de geur die mijn billen kregen na het verwijderen van poepresten. Een beetje vreemd is dat wel.
Het werkende jaar begon met een potje glow-in-the-dark-midgetgolf. Met een aantal leuke collega's in het donker een balletje in een gaatje proberen te douwen. Het leverde foto's op, waar bepaalde mensen wellicht niet blij van worden. Maar mijn wat vuigere ziel houdt wel van een potje chantage.
Het leerde mij ook iets over mezelf dat ik nog niet wist: ik kan helemaal niet golven, ik kan niet midget-golven en glow-in-the-dark kan ik het helemaal niet.
Mijn uithalen waren dusdanig dat de ballen niet in de buurt van de gaatjes kwamen, maar via 3 muren in diverse parallelle universa verdwenen. En via de schenen van collega Raij, die me terecht wild vloekend verzocht om gedurende 10 minuten NIET mezelf te zijn.
Elkaar zieken met die golfstok was dan wel weer erg komisch, en de uitroepen van pure verbijstering als dat balletje in 6 of 8 pogingen het gaatje wél wist te vinden, waren talrijk. Het geheel werd afgetopt met een diner in een barbeque restaurant alwaar het personeel enorme spiesen gaar vlees rondsleept en je naar believen kan vragen of ze er een homp van af willen snijden voor je. Ook erg gezellig.
Op zich ook wel weer erg prettig om na je vakantie weer aan je werk te beginnen met een personeelsuitje. Vooral als je daarna nog maar twee dagen moet werken voor het weer weekend is.
Los van het feit dat de ouderlijke schenking mij dit jaar in staat stelde om mijn studieschuld af te lossen, kochten we ook een stukje Lego waar we beiden fan van zijn en blij van worden en kochten we eindelijk een setje binnendeuren die we graag wilden. Die nieuwe binnendeuren vervangen 2 exemplaren die op zijn zachtst gezegd hun beste tijd gehad hebben.
Onder de trap hebben wij een trappenkast, afgesloten middels een soort van harmonica-deur, die als je het mij vraagt, nooit een beste (of zelfs maar goeie) tijd gehad heeft. Als je er naar kijkt, lijkt het leuk, maar als je er een kritischer blik op werpt, zie je wat voor ongelooflijk kneuzige, slappe oplossing het eigenlijk is. En als je die deur aanraakt, stort en scheurt hij in. Bovendien is het gewoon niet mooi, dus hop we wilden een echtere deur erin.
De deur op de kamer van Jente is ook niet meer echt dat je zegt: top! Een nadeel van kozijnen met opdekdeuren, is dat de scharnieren in een relatief dun stripje hout moeten, die dat gewicht na 20 jaar niet meer dragen kunnen, en dus uitscheuren. Tel daarbij op dat Jente op zijn zachtst gezegd niet de meest subtiele is en al helemaal niet als ze naar haar kamer wordt gestuurd en met de deuren gaat lopen smijten en je snapt dat die deur met een zucht uit zijn scharnier zakt. Moe en op.
Nou, daarvoor hebben we dus wederom een milde upgrade aan ons huis kunnen doen. Uiteraard ook even over de gangdeur zitten delibereren, want die is mooi met glas. En al die glaslatten zijn inmiddels door ons wat minder subtiele gebruik gescheurd. Maar goed. Dat komt later wel een keer, want slim en vooruitziend als we zijn leggen we ook een potje aan voor andere zaken.
Dit alles maar weer geschreven hebbende, begint morgen mijn weekend. Ik wens ieder een mooie toe.
zondag 7 januari 2024
Een prettig 2024
Iets nieuws.
Ook in deze blog: welkom in 2024 allemaal. Laten we er wat moois van maken. Dat hebben we zelf in de hand, want van een ander moet je niet verwachten dat die iets moois van jouw leven maakt. Maar met weinig moeite, kan je er wel aan bijdragen dat iemand's dag een beetje beter wordt.
Oud en Nieuw vieren, het was en is nooit echt mijn ding geweest. Ik zit het begin van deze blog te tikken, rond de klok van 0800 uur op nieuwjaarsdag. Mijn meiden liggen nog op bed, maar zoals gewoonlijk ben ik godsonmogelijk vroeg wakker. Ik had dus evengoed mezelf als vrijwilliger op kunnen geven om de chauffeurstekorten op te vangen, maar daar had ik om meerdere redenen gewoon geen zin in. Ten slotte is mijn vakantie begonnen.
Maar goed, ik zit dus beneden en nippend aan mijn eerste kopje koffie, realiseer me ineens waarom ik weinig tot niks met oud en nieuw heb.
Als kind werd er wel wat aandacht aan besteedt, maar steevast met de opmerking (en dat herhaaldelijk en dus ook met de bijpassende (al dan niet onderliggende) sfeer) van de organiserende partij dat het voor haar niet hoefde, niet belangrijk was etc. En dat dus tot mijn 17e of 18e jaar.
En dat gaat dus dieper in je zitten dan je wil.
Natuurlijk is het iets dat je later zelf vorm geeft, en ben ik naar feestjes gegaan, al dan niet op uitnodiging van diverse partijen. En dat was altijd erg gezellig en leuk. Maar als ik vrijgezel was, had ik er zelden moeite mee om het heel kleinschalig te houden, of gewoon helemaal niet. Het was me gewoon niet met de spreekwoordelijke paplepel ingegoten.
Nog steeds lukt het me niet echt om los te komen van het geplantte zaadje, dat dit feestje ook wel zonder mijn aanwezigheid voorbij kan gaan.
,Dit jaar had ik een vroege dienst op oudjaarsdag. Ik stond dus om 0345 uur op. Ik ben geen 24 meer, dus het wakker blijven tot 0000 uur, ik vond het een hele pittige opgave.
We zijn voor die tijd nog even naar mijn schoonouders gereden, omdat mijn schoonvader een bezopen goeie oliebol en appelbeignet uit zijn vetpan weet te toveren, maar (heel eerlijk) toen was bij mij de koek ook wel op.
Ik heb het tot ongeveer 0020 uur weten te rekken, en daarna was het lichtje uit tot een uur of 7. Serieus: als ons huis was afgefikt, had ik er niks van meegekregen. Ik heb heerlijk als een blok geslapen.
Maar het zet wel aan tot nadenken. Want wil ik wel dit bijproduct van mijn opvoeding behouden, of ga ik komend jaar eens nadenken over hoe ik het allemaal wat soepeler kan vormgeven? Ik denk dat ik toch maar het laatste doe. Want ik wil Jente dus iets anders meegeven.
Ik heb alleen nog geen flauw benul hoe en wat, maar gelukkig heb ik een Ilse die me door dit soort dingen heen kan helpen, want zij is veel positiever ingesteld als ik. En zij doet meer haar best om er iets van te maken, met ons drietjes. En ik moet dus meer mijn best doen om los te komen uit de "voor-mij-hoeven-die-strapatsen-niet"-modus.
Dus toch een goed voornemen. Het moet niet veel gekker worden, in dat hoofd van mij.
Dit jaar heb ik gelukkig wel een extra dag om hiertoe te komen, aangezien dit jaar een schrikkeldag heeft. Schrikkeljaren. Ik weet niet zo goed wat ik van die extra dag vind. Als ik moet werken, vind ik het sowieso een minder jaar, maar als ik die dag toevallig vrij ben, is het mijn lievelingsdag. Ik heb nog niet zover vooruit gekeken, dus ik weet nog niet welke het wordt, maar ik hoop op de laatste.
Myth: busted!!
Ooit, lang geleden nam ik mezelf voor om meer verbazing te uiten, en minder ergernis. Dus toen een clubje milieu-terroristen wederom aankondigde om een snelweg plat te leggen, en dit keer de A10, kende mijn verbazing geen grenzen. Dat zit zo:
Dit clubje beroepsdemonstranten wilde de ING bank een lesje leren. Want de ING bank had ooit een kantoor langs de A10, en als ze daar de A10 zouden blokkeren, zou ING vast wel tot inkeer komen.
Tot niemands verbazing, lachte de ING zich de ballen uit de broek, haalde daarna de schouders op en de oliebollen uit het vet, en ging door met de dagelijkse gang van ING-zaken.
Zoals iedereen weet, is het betreffende kantoor al lang niet meer vand de ING, en heeft de ING helemaal niks met de A10 te maken. Dat weten deze beroepsdemonstranten ook, maar toch zetten ze deze stupide actie door. Met auto's (jazeker, auto's zijn vervuilend, dus tot zover de milieuvriendelijkheid van dit clubje) zetten ze de A10 gecontroleerd stil.
Een snelweg gecontroleerd stilzetten. Dat lukt Rijkswaterstaat al nauwelijks. De politie niet. Dus een clubje van milieudemonstranten zou dat wel kunnen? Nee. Gewoon nee. In hun naïeve en kwadaardige fantasiewereld misschien, daarbuiten in het echte leven, niet.
Ennehhh, wist Extinction Rebellion dat hun "resistance futile" was? Uiteraard weten ze dat. Die lieden weten verdomd goed wat ze doen. Kon ze dat wat schelen? Uiteraard niet. Het milieu was gewoon maar een sausje die hun pesterij van hardwerkende mensen een soort van legitiem tintje gaf. Maar voor de rest kan het milieu ze gestolen worden. Dat blijkt uit het doelwit. En ook uit de manier waarop. Want op geen enkele manier kan ik me voorstellen dat het milieu gebaat is bij auto's die nutteloos omwegen moeten maken. Meer kilometers, dus meer brandstof verspilling, meer uitstoot, meer bandenslijtage, meer remstof in de lucht. Al die geïmporteerde plastic (uit olie gemaakt, dus) pop-up tentjes die vanuit China met schepen of vliegtuigen hierheen moesten komen. Het is allemaal precies dat, waar ze zo op tegen schijnen te zijn.
Verbazend, maar dit clubje heeft de mythe over hun liefde voor de aarde, vakkundig om zeep geholpen.
Goed, ik was dus op "vakantie" naar het Isle of Wight. Even op bezoek bij mijn vader. Eventjes tot rust komen.
En dat tot rust komen, is best aardig gelukt. Traditiegetrouw gingen we eten bij wat lokale pubs, en een wat beter etablissement alwaar we het meest heerlijke wagenwiel kregen dat ze daar pizza noemden.
De terugreis begon op zich genomen intens triest, toen ik te horen kreeg dat mijn opbrengst aan ingekochte lekkernijen voor thuis, in Engeland dienden te blijven.
Mijn chutneys, mijn dressings, allen met een overdadige hoeveelheid smaak en knoflook, waren blijkbaar LE-VENS-GE-VAAR-LIJK!!!!
Mocht dus niet mee het vliegtuig in, want ik zou er de piloot mee bewusteloos kunnen meuren.
En achteraf had ik het natuurlijk niet als handbagage mee moeten nemen, maar in de ruimbagage. Tja.
Het fijne was wel een ouderlijke schenking, die me in staat stelde om mijn resterende studieschuld mee weg te werken. Die studieschuld, ontstaan tijdens een studie waar ik inmiddels al jaren niets meer mee doe, hing als een soort van maandelijkse middelvinger boven mijn hoofd. Zoiets als een autolening die je afbetaalt, terwijl je auto al lang en breed roestig op de sloop ligt. (En ja, die ervaring heb ik ook).
Ik betaalde jarenlang braaf mijn studieschuld terug, maar de DUO vond mijn carriereswitch (ondanks dat dat wél voor een gelukkiger Marnix zorgde) geen reden om dan zomaar die schuld kwijt te schelden. En omdat ik niet in de regeling viel dat het na 15 jaar sowieso zou vervallen, is het ernstig prettig om deze maandelijkse middelvinger in één klap weg te kunnen poetsen. Een loden last viel van mijn schouders af, en als ik niet oppas, stijg ik op. Ik ben er eindelijk van af. Niet alleen maandelijks, maar voor altijd. Boekje kan dicht.
Dat is een prettig begin van een nieuw jaar.
En dat gezegd hebbende, kan ik iedereen nog net een prettig weekend wensen, voor zover u dit nog leest op zondagavond.
Koos Hobbyloos?
Met enige regelmaat loop ik te huilstruiken over het feit dat ik met mijn 44 jaar nog steeds geen hobby gevonden lijk te hebben. Dat wat ik...
-
Het marsenboekje. Een lullig plastic ding, met hetzij marsen erin, hetzij koralen. Een beetje afhankelijk van het soort dienst dat we moeten...
-
Het reizen met de trein begint me steeds beter te bevallen. Niet in de laatste plaats omdat ik minder geld via de benzinetank zie verdampen...
-
Ik schrijf vaak over pareltjes van het platform. Dat kan positief en negatief zijn. De negatieve pareltjes, noem ik dus ook cynisch "pa...