zondag 7 oktober 2018

Aan de klu(n)s

Ik verwijt Ilse nogal eens dat ik thuiskom in een huis dat ik niet meer herken. Dan kreeg ze onbeheersbare neigingen tot veranderingen. (Heel gek, altijd als ik niet thuis was).
Dan stond de bank, de tv, de tafel en stoelen allemaal op een andere plek. Kater Claus was een week lang van slag en poes Colette lag sidderend onder de bank.
Ook Jente leek er moeite mee te hebben. Dwars, huilen, u kent het wel.
Nu wonen we sinds 2016 in ons eigenste huisje, en heb ik dit meermalen mogen ervaren. Soms wat kleine veranderingen die ik niet zo snel herkende, soms wat groter, waar ik dan maar zuchtend mee instemde, vooral ook omdat het toch al gebeurd was, en ik geen energie had om het maar weer terug te veranderen. Bovendien: ook Ilse mag blij leven in ons huisje.
Toen we dit huis kochten, waren er een paar dingen waar we minder enthousiast van werden.
Zo was er naar de keuken toe een half muurtje geplaatst, tussen "woondeel" en keuken. Een muurtje met een zeer afgeronde hoek, die onzes inziens wel erg veel ruimte in beslag nam.
Door dit muurtje leek onze eettafel wel erg groot, en moesten we serieus met stoelen schuiven om van de woonkamer in de keuken te komen. En als we te snel wilden, kon het zijn dat de hoek van de massief houten tafel op erg pijnlijke wijze, heel erg precies in de plek roste, waar wij op de lagere school elkaar het zogenaamde 'ijsbeentje' gaven.
Vaak plannen gemaakt om dat vermaledijde muurtje eens weg te halen.
Maar net zoals de plannen tot schilderen nogal eens wat uitstel kenden, kende ook deze plannen continue vertraging.
Tot ik gisterochtend met mijn eerste bakje koffie en een ongemeen fel ochtend humeur tegen dat muurtje aan zat te kijken. De wulpse ronding ervan. Het houten latje dat als eindafwerking fungeerde (en omdat het een praktisch stukje muur was om Jente met haar rug tegenaan te zetten om haar lengte periodiek te meten). Het enige voordeel van dat muurtje was dat het de zijkant van de niet-inbouwkoelkast afdekte en dat ik er mijn kind-onvriendelijke zooi op kwijt kon, maar dat voordeel eindigde bij de dikte ervan: een wat minder subtiele graai ernaar en alles flikkerde eraf, tussen koelkast en muur, en dus per definitie niet moeiteloos te bergen.
Ergo: ik besloot na een ferme slok koffie dat het tijd was om een muurtje te slechten.
Omdat Ilse en Jente nog lagen te tukken, was er eerst iets anders dat moest en minder lawaaierig was. 
We hebben namelijk nog steeds een fleurige boekenkast gemaakt van veilingkratjes. Maar omdat we veel boeken en prullaria hebben, beslaat die kast ongeveer anderhalve muur (een hoek om, zeg maar) waardoor mijn aquariumkast nogal lullig recht te kamer instaat, en de beschikbare ruimte om de tafel nog kleiner maakt.
Met ferme tred baan ik mij een weg naar mijn gereedschapsschuurtje om zaag, schoevendraaier en andere noodzakelijk tuig te halen om de boeken-fruitkist-veiling-kast in te korten, en mijn aquariumkast te verplaatsen.
Dat klusje was binnen 10 minuten geklaard.
Ilse kwam beneden en ik keek haar blij en breed glimlachend aan. Verwachtingsvol. Ten slotte hadden we het er vaak over gehad om iets met de kast te doen. (Evenals met het eerder gemelde muurtje).
De glimlach werd maar amper beantwoord, en ik vermoed dat Ilse op dat moment voelde wat ik wel eens voelde na een dergelijke ingreep.
Ze leek niet half zo blij als ik verwachtte.
Uiteindelijk ging ze schoorvoetend akkoord met het fait-accompli waarmee ik haar opzadelde, en werd er voor haar monsterlijk grote LP-collectie en de overgebleven kratjes een mooie oplossing gevonden.
En daarmee was het toch echt tijd geworden om het muurtje om te hakken.
Dat had best wel wat voeten in aarde. Aangezien ik niet zo goed wist wat me precies te wachten stond (de vorige bewoner van dit huis was een zeer matige klusjesman die veel bizar (gevaarlijke) zaken voor ons achterliet), begon ik met een kleine analyse. Het was een muurtje van cellenbeton, gelijmd tegen een muurtje van gipsblokken.
Ik zag ook een verankering op de grond, en wat verankering bovenop. De hoop dat we dat muurtje soepel en schadevrij zouden kunnen verwijderen werd daarmee finaal de grond in geboord.
Over op het ouderwetse hak- en breekwerk dan maar, en hopen dat ik niet de hele tussenmuur tussen gang en keuken mee zou rossen.
Dat bleek mee te vallen. Ik blijk dus niet alleen heel erg lomp te zijn, maar in mijn lompheid kan ik ook nog enige vorm van subtiliteit leggen.
Het duurde dan ook niet lang of het gewraakte muurtje lag in 20 stukken aan mijn voeten. Al dat geweld leidde echter ook tot diverse hoestbuien waarbij ik serieus bang was dat niet alleen mijn longen naar buiten zouden komen, maar dat het voelde alsof mijn oogballen mijn bril van mijn neus zouden duwen. Gipsstof is een heel naar goedje als je eigenlijk nog maar nauwelijks hersteld bent van een griepje.
Op de grond had men maar liefst twee verankeringen aangebracht. Met schroeven in de voegen van de vloertegels. Met geen atoombom los te krijgen. Heeft me twee schroevendraaiers gekost, en nog geen beweging in te krijgen. En omdat de achterblijvende muur toch wel wat schade had opgelopen, toog ik naar de plaatselijke kluswinkel om te kijken of men daar oplossingen had voor beide euvels.
Het repareren van de schade aan het gipsen muurtje bleek niet onmogelijk, maar wel lastig.
En voor de vastzittende schroeven had men een pracht van een bitsetje. (Overigens wil ik hier de medewerker van de Gamma aan de markerkant in Almere een dikke pluim geven: op een drukke zaterdagmiddag is die jongen ruim een half uur bezig geweest met de oplossing voor mijn probleem, met duidelijke uitleg en zeer vriendelijk).
Bij thuiskomst bleek mijn eega gewoon, heel casual, bijna met kinderlijke eenvoud, haar eigen lompigheid losgelaten te hebben op die etterige schroeven, en vol trots liet ze zien hoe ze die verdomde verankeringen los had gewrikt, gebikt en getrokken, zonder daarbij schade aan de vloertegels veroorzaakt te hebben.
Dan sta je toch wel even voor lul... Zit ik schroevendraaiers te mollen op die krengen, zonder enig resultaat. Geef ik geld uit voor speciale tools om het voor elkaar te krijgen, doet Ilse het gewoon effetjes.
Aan de andere kant: geef mij maar zo'n vrouw. Die zeg maar het dekseltje wél van het potje krijgt (nadat ik het al losser had gewrikt).
Het stof is opgezogen en het muurtje wacht nog op afwerking, maar bij Zeus, wat levert dit alles een ruimte op in huis.
We hoeven geen halsbrekende toeren meer uit te halen omdat we zonder kleerscheuren langs dat muurtje moeten.
De eerste gewenningsvergissing is ook al een feit. Ik legde altijd mijn sigaretten op dat muurtje, buiten de grijpgrage klauwtjes van Jente, en dat is blijkbaar een ingesleten patroon, want toen ik dat gisteravond deed, moest ik op handen en knieën om alle uit het pakje gelazerde sigaretten weer op te rapen.
Alle veranderingen hebben ons minimaal 2 vierkante meter opgeleverd en dat is op ons kleine huisje best fijn.
Alleen Jente vond het "sshhjjtom" dat het muurtje weg was. Die aversie tegen veranderingen heeft ze denk ik van Claus.













Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Stoelen, mieren, oorlog en gekwek

Onze nieuwe stoelen zijn gearriveerd. Dat is een paar weken eerder dan de beloofde leveringsdatum, en daar kunnen heel wat grotere bedrijven...