woensdag 18 mei 2016

Kamperen en tranen van Jente.

Voor sommige mensen staat kamperen voor ongemak. Wedstrijdjes doen wie het eerste met samengeknepen billen nét op tijd (of leuker: net te laat) het toilet weet te bereiken.
Bijna hetzelfde doen als thuis, maar dan op 1/8 van de normale ruimte. Je continu zorgen moeten maken of de (voor)tent wel droog mee kan naar huis, en zo nee: waar je dat kreng dan in vredesnaam te drogen moet hangen. De buren die hetzelfde doen als thuis, maar dan geen enkele rekening houden met het feit dat de "muren" van een tent of caravan weinig tot niks tegenhouden. En geloof me: van mensen die de rimpels achter zich aan slepen, wil je geen bedpret-geluiden horen. Echt niet.
Kortom: voor sommige mensen is kamperen de hel op aarde.

Voor ons is kamperen iets fijns. Omdat onze caravan met voortent ongeveer even groot is als ons appartementje in Rotterdam (sterker nog: doordat we wel 80 meter moesten lopen naar het toilet of de douche, is het groter!) maakt het dat we een veel ruimtelijker gevoel hebben.
Ook al omdat het veld waarop we stonden erg kindvriendelijk was, kon Jente ook echt alle kanten op. Aan Jente geen kind. Je knikkert een handvol speelgoed op het gras, zet Jente ernaast, pakt een boek, een biertje en een knabbel en je komt volledig tot rust.

We stonden dit jaar op een camping in Chaam. Chaam ligt bij Baarle-Nassau, en dat is Belgie. Dus daar konden wij heel goedkoop de lekkerste bieren en heel goedkoop sigaretten en benzine kopen.

De groep waarmee we stonden, zijn fervente Jeu-de-Boelers. Jeu de Boule, of Pétanque is een spel dat, al dan niet in teams, gespeeld wordt met zware ijzeren ballen. Je gooit een klein balletje weg, en vervolgens is het de bedoeling dat je je zware ballen daar zo dicht mogelijk opgooit. En als het even kan, de ballen van de tegenstander er bij wegketst.
Mijn kwaliteiten als Jeu-de-Bouler, laten nogal wat te wensen over. Nee, wees gerust: bij mijn weten hebben alle omringende tenten en caravans het schadeloos overleefd, en ook de bejaarden die tegenover ons stonden, heb ik niet krakkemikkiger achtergelaten dan ze al waren. Leuk is het spel echter wel.
Gewoon een beetje gedachtenloos wat ballen werpen. Mooi toch?

Er was ook wel een groot nadeel aan deze camping: muggen. En niet zomaar wat standaard huis-tuin-en-keuken-muggen. Kanonnen, wat waren die krengen groot. En waar de prik van een normaal, klein etterbak-muggetje niet echt voelbaar zijn, waren de prikken van deze krengen gewoon voelbaar. En pijnlijk. Leken haast wel mussen die op je been landden om eens lekker te gaan dineren. Ilse hield er forse blauwe plekken aan over, en bij mij verschenen onderhuids complete dikke en harde opgezwollen plakken ellende. Die jeukten.
En dan krijg je te maken met een moreel dilemma. Zo'n baby duif landt op het hoofdje van Jente.
Mijn vaderlijke beschermingsdrift krijgt een enorme boost. Blijf met je ranzige angel van mijn dochter af, en met vlakke hand nader ik de onverlaat. Die dus nog steeds op het hoofd van Jente zit. Ik wil uithalen, zo hard ik kan. Een ferme zwiep en het beest is dood. Een ferme zwiep en Jente waarschijnlijk ook. Fuck, wat nu.... Moet ik Jente laten schrikken, maar behoeden voor een ellendige mussenbult, of moet ik mijn dochter maar gewoon laten steken. Dan maar de 'touch-and-go methode toepassen. Rakelings met mijn hand langs die mug, en weg is hij. Op weg naar een ander slachtoffer. Jente taalde er niet naar, en dacht dat ik wilde spelen. Een gulle lach was mijn deel.

Zo komt natuurlijk ook het moment dat je de hele santenkraam weer af moet breken. Dus voortent van de caravan af, droog- en schoonmaken (goddank was het droog-achtig toen we opbraken), spullen pakken en in de auto mieteren.
Het weer was ons redelijk gunstig. Soms brandden we letterlijk het veld af, en dan was het weer behoorlijk fris. Een buitje zo hier en daar, maar het viel voor Nederlandse begrippen alleszins mee.
Maar die buitjes lieten wel zo hun sporen na.
De voortent was droog. Het dak van de caravan zelf, echter niet. Daar kwam Ilse achter toen we de caravan aan de auto gingen koppelen. Ik trok de caravan aan de dissel van zijn plek, Ilse duwde achter tegen de caravan. En met die beweging, kwam het regenwater dat op het dak van de caravan lag, ook in beweging.
Naar achteren.
Naar beneden.
Om daar Ilse tot op het bot toe te doorweken. 
Dat was koud. Wat hebben we gelachen. Alle losgewaaide boombloesems die zich op het dak van onze kleine Wilk hadden verzameld, spoelden samen met het regenwater in Ilses haar waardoor ze eruit zag als een frisgewassen hippie.

Toch een mooie anderhalve week weer lekker kunnen genieten van ons kleine huisje op wielen.

En zoals altijd is er altijd wel wat te verbeteren in de caravan. Vorig jaar had ik tot mijn schande (en schade) de electrakabel niet goed vast gemaakt, waardoor die kilometers lang over het asfalt sleepte. Dat is niet bepaald goed voor een kabel. Ook niet voor de onze. Met wat kunst en vliegwerk slaagden we erin om die kabel provisorisch te repareren. Maar dit jaar bleek de verlichting het echt niet meer goed te doen. Omdat de aanschafprijs van de Wilk toch niet denderend hoog was, vond ik het niet de moeite om de originele kabel te gaan doormeten. Dan hadden we erachter kunnen komen waar het probleem zou zitten, maar dat was waarschijnlijk een bezopen dure operatie geworden. Dus bij de halfords een lichtbak voor een aanhanger gekocht. Dat was de goedkope optie. Die vastgenageld aan de caravan, kabel door de caravan naar voren, en we hebben verlichting. De koelkast gebruiken we toch niet tijdens het rijden. Is het mooi geworden? Nee, zeker niet. Ook al omdat ik met wat kit de lichtbak vast en dichtgekit heb, maar dat niet zo mooi kon als een professional die dat voor zijn dagelijks brood doet. Maar het werkt afdoende. En tegen de tijd dat de Wilk echt niet meer kan, is de inruilwaarde toch nihil, dus daarvoor hoef ik het niet te doen. Functie boven vorm, zeg maar.

Vandaag moest Jente alweer naar het consternatieburo. Alwaar duidelijk werd dat:
1) Jente een beetje achterblijft qua lengte.
2) Jente een beetje achterblijft qua gewicht.
3) Jente nog steeds last heeft van reflux
4) Jente 2 behoorlijk pijnlijke spuiten in haar been en arm kreeg.

Wat betreft punt 1 en 2 maak ik me niet zo zorgen. We geven haar voldoende te eten, ze kruipt en beweegt veel. Dus tja.
Wat betreft punt 3. Das heel vervelend, en de kinderarts zal daar onderzoek naar moeten doen, want zelf ben ik niet in staat om een camera in haar strotje te douwen om eens te kijken wat er loos is met haar maagklepje.
Los van het feit dat ik het niet kan, zou ik het niet willen ook, want hoe stoer ik ook ben, punt 4 zorgt ervoor dat mijn zorgvuldig opgebouwde, stoere imago smelt als sneeuw voor de zon. De eerste spuit zag ze niet aankomen, en deed haar in brullen uitbarsten. Die was in haar beentje. De tweede spuit was in haar armpje en die zag ze wel aankomen. Dus dat werd worstelen. En nog harder huilen en brullen. En mij boos aankijken, waarom ik haar niet beschermde. Echt man. Dan krijg ik een dikke keel, en moet ik alle zeilen bijzetten om mijn ogen droog te houden. Zeker ook omdat ikzelf al geen hele held ben met naalden en spuiten. 

Deze week mag ik lekker een operette spelen. Een komische opera. Gezellig in de bak met leuke mensen. 1001 Nacht van Johann Strauss. Jammer dat de dirigent bang is voor het orkest. Alles moet maar zacht, zachter en zachtst. Zelfs al staat er dat het hard moet, is de man nog bang dat zijn koor er niet bovenuit komt.
Maar ach, het gaat om de muziek en het einddoel, en dat is gewoon waanzinnig leuk.
En volgende week naar Oslo. Dat is (behalve de alcoholprijs) ook leuk.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Stoelen, mieren, oorlog en gekwek

Onze nieuwe stoelen zijn gearriveerd. Dat is een paar weken eerder dan de beloofde leveringsdatum, en daar kunnen heel wat grotere bedrijven...