vrijdag 27 november 2020

Stinkende katers en pijnlijke klussen

Het rijden van de nachtdienst rond Schiphol gaat me eigenlijk best goed af. Mijn lijf heeft een zekere voorkeur, want de dienst die tot 0600 uur duurt, heeft tot gevolg dat ik moet vechten om wakker te blijven, terwijl de dienst die tot 0740 uur duurt, geen centje pijn oplevert.
In de nacht is het heerlijk rijden. Lekker rustig op de weg, alle tijd om je rondjes te rijden, en lekker de foute muziek van Q in mijn oren.
Zo af en toe neem je een passagier mee. Dat kan een vroege vogel zijn die ergens een nachtvlucht moet hebben. Dat kan ook een dakloze zijn die de warmte van mijn bus opzoekt, maar die ik er toch uit moet bonjouren. Dat doe ik overigens vrij vriendelijk. Het heeft geen zin om op onchristelijke tijden onchristelijk kabaal te veroorzaken. Als je vriendelijk zegt dat het tijd is om op te krassen, krijg je meestal een wat benevelde blik, en vertrekken ze, zwalkend naar god mag weten waar. Liever dat dan dat ze me te lijf gaan omdat ik onaardig was.
Ondanks het donker, leer je ook de koppies wel een beetje kennen rondom Schiphol een bepaalde taak hebben. Beveiligers, brandweer, ambulance, marechaussees. Maar ook diverse konijnen die op de ettelijke grasvelden spelen, en zich als een haas (haha, het zijn echt konijnen) uit de voeten maken als ik aan kom denderen met mijn bus.
En op flink wat punten verkeersregelaars. Respect voor die gasten, die in de kou, weer en wind staan te staan om het nauwelijks aanwezige verkeer te regelen. En vaak zelfs dat niet, want voor mij is hun taak erg schimmig. Maar goed, ik hoef, kan en wil ook niet alles weten of overzien. Ik moet gewoon mijn rondjes rijden.
Meestal geef ik de verkeersregelaar ff een handje omhoog. Een duimpje. Een groet van herkenning. Heel vriendschappelijk. Heel collegiaal allemaal. En in 99% van de gevallen krijg ik een groet terug.
Zo sluipen gewoontes erin, want de volgende keer dat ik langs reed, kreeg ik ook een groet. Ik groette vrolijk terug, en denderde door. Het was ten slotte bijna tijd voor pauze.
Een 20 minuten later klonk er over de intercom dat het wel de bedoeling is dat je de aanwijzingen van de verkeersregelaars opvolgt... Bleek dat de brave borst deze keer dus geen groet bracht, maar mij wilde laten wachten, omdat er een vrachtwagen moeilijk aan het doen was. Dat viel me wel op, maar ik slaagde er zonder veel moeite in om dat allemaal te ontwijken.

En dan, als ik mijn laatste rondje gereden heb, mijn bus overgedragen aan mijn aflos, start ik Bonny om met vliegende vaart naar huis te gaan. Mijn bed roept me niet, mijn bed krijst om me.
Ik kom thuis, rook een peuk, en als ik geluk heb, zijn mijn beide dames al uit bed, en dan kan ik in een nog lekker warm nest duiken.
Dat ging vanmorgen prima. Ik had bij thuiskomst nog net even de tijd om met Jente te knuffelen, voor Ilse haar naar school zou brengen.
Dus Jente uitgeknuffeld en -gezwaaid. Hop naar boven.
Claus lag mijn dekbed warm te houden, dus die moest ik met enige aandrang plaats laten maken.
Mokkend vertrok hij. Niet ver weg. Ik trok mijn apneu masker over mijn hoofd, en viel plat neer. Nog geen 10 tellen later, net op het moment dat ik in slaap zou zakken, merkte ik waar Claus was. Vlak naast mijn ademapparaat. Alwaar hij een hele stille wind had gelaten. Die rechtstreeks door mijn ademapparaat, zo huppekee mijn longen in werd gepompt.
Ja...
Ik ben niet gauw onder de indruk van vieze geuren, maar dit leidde vrijwel direct tot kokhalzen met een meeslependheid waar de uittocht van prominenten bij de FvD bij in het niet valt. Wat een intens ranzige putlucht. Als ik niet beter zou weten, zou ik denken dat Claus al vele jaren in staat van ontbinding verkeert.
Het is dat Claus een dier is, dat van technologie niks weet, en van apneu-hulpmiddelen al helemaal niet, anders zou ik gaan geloven dat hij het erom deed. Precies daar gaan liggen, en ruften, waar mijn slaapmasker de lucht hapt om naar mijn longen te pompen. Ik blijf -enigszins naïef- hopen op toeval.
Ik hoop maar dat mijn longen er niks aan overhouden.

Mijn lijf is echter hoe dan ook in de protest-modus gegaan.
Dat zat zo: ik ging een collega een dagje helpen met het leggen van een laminaatvloer. Gezellig klusteam, en we maakten al gauw flink meters. Meten, zagen, leggen en vastkloppen. En dat keer een stuk of wat vierkante meter.
Het leek allemaal behoorlijk goed te gaan, tot ik mij letterlijk versloeg.
Ik wilde een plank in de ander slaan, middels een slagblokje dat daar speciaal toe ontworpen is.
Helaas had een heel klein velletje op de muis van mijn hand zich precies om dat slagblok heen gevouwen, daar waar ik met de hamer een flinke dreun gaf om de plank stevig en definitief op zijn plek te meppen.
Ik kan u vertellen: een klap met een hamer op een geniepig klein velletje (waaronder zich een paar spieren en pezen, en erger: zenuwen schuilhouden) doet gewoon gruwelijk veel pijn. Zo'n pijn die je de eerste twee seconden niet voelt, maar daarna in alle scherpe hevigheid opkomt. Zo'n pijn die woorden uit je strot trekt waarvan je het bestaan niet wist. Woorden die zó liederlijk zijn, dat zelfs de meest geharde bootwerkers er het schaamrood van op de kaken krijgen. Niet dat dat de pijn deed afnemen. Het luchtte zelfs niet op. Een paar minuten onder koud stromend water deed dat slechts een heel klein beetje.
Inmiddels zit er niet één, maar twee bloedblaren op die plek. En daar aan vast een rooie streep, waardoor het lijkt alsof ik miniatuur-genitaliën op de muis van mijn hand getimmerd heb. En daar weer wat groter en vager omheen een soort blauwig-groene vlek.
Die nu, na 4 dagen nog steeds schrijnt.
De rest van mijn lichaam heeft het er ook nog steeds moeilijk mee. Vooral mijn linkerbeen is het ernstig oneens met wat er afgelopen dinsdag gebeurde. Heel de tijd bukken, hurken, op de knietjes en weer omhoog komen, leidde ertoe dat ik nog steeds spierpijn heb op plaatsen in dat been, waarvan ik niet had kunnen vermoeden dat er überhaupt spieren zouden kunnen zitten. Ik loop er een stuk minder prettig door.
Kortom: ik weet wie ik ga vragen om bij mij laminaat te komen leggen.

Wat klussen betreft: van de week kochten vrouwlief en ik nieuwe plafondlampen. De oude waren naar mijn idee sowieso tijdelijk en niet supermooi of dat wat we wilden. Maar goed, zoals bij ons past: dat verschoof steeds verder.
Tot we eventjes de tijd hadden om naar de praxis te rijden voor een lamp in de gang. Die fitting was gewoon dood gegaan, en tijdelijk hadden we er iets op gehangen. Iets dat we niet wilden, ernstig lelijk was, en voornamelijk dienst moest doen tot we wat mooiers gevonden hadden.
Wat mij betreft, voor in de gang, was een simpele plafonniere voldoende. Gewoon, zo'n ding van 2 tientjes max.
Maar eenmaal in die praxis zagen we een enorm leuke tros van lampen die echt bij ons pasten. Voor in de woonkamer. Leuk, want we konden de kapjes zelf uitzoeken.
Uitgezocht, afgerekend, en proberen te installeren.
Dat lukte wonderwel, ware het niet dat een van de draadjes die uit het plafond komt, te kort is om een fatsoenlijke koppeling te maken met de lamp. Dat duurde langer, en kostte veel getier.
Daags erna, gingen we terug, want we konden de oude eettafellamp ook wel pimpen met dezelfde serie.
Hoppa, op naar de praxis, dat gekocht wat we leuk vonden en aan de klus maar weer. Lekker boven onze macht.
Intussen kan ik maar matig wennen aan de opstelling van de lampjes in de woonkamer, want deze hangen iets lager, en dus loop ik continu als ik naar buiten ga, tegen de lamp.
Dat leidde ertoe dat bij de 10e of 20e keer 'bonk, met mijn kop tegen de lamp' dat vermaledijde kutdraadje losschoot, en ik de hele santekraam weer los kon halen om het al vloekend en tierend weer vast te zetten.
Dit al balancerend op een gammel krukje, terwijl mijn linkerbeen nog steeds heftig protesteerde. 
Nu willen we, om de vrolijk ingetogen sfeer te verlengen naar de keuken, nog zo'n lamp halen.

Goed, dit alles maar weer getikt hebbende, wens ik u een fijn weekend.






Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Een weekje niet zo vrij.

 Oeps. Excuses. Een weekje overgeslagen. Maar goed, als je niks te zeggen hebt, is het misschien ook wel goed om niks te zeggen. Ik had zelf...