woensdag 2 augustus 2017

Over mijn auto's.

Het is zomervakantie. En een lange, verre reis hebben we voor dit jaar niet geboekt.
Tijd dus om wat te klussen (ik heb van een oude pallet en wat restanten planken, 42 deuvels, 16 schroeven, 4 zwenkwieltjes, een halve pot houtlijm en een pot witte primer een tof salontafeltje annex bijzettafeltje gemaakt) met Jente spelen en stoeien en kroelen (toen ze net voor de zoooooveelste keer om papa en mama brulde vanuit haar bed, ben ik even streng doch rechtvaardig op gaan treden. Waarop het spruitje wist te melden dat papa boos was).

Maar ook een moment om eens wat zaken de revue te laten passeren.
In minder dan 5 maanden tijd, zijn er in mijn familie, door droeve omstandigheden 3 auto's doorheen gegaan. Bij mij Madame Jeanette (de C5 break) en Puck (de xantia break), en bij zuslief haar Mazda Demiootje, want een of ander stuk onbenul reed door het rood, ramde mijn zus, en wist bij het uitstappen te melden dat hij best wel kon rijden. Nee, lul, als je door het rood gaat, kun je niet rijden.

Gelukkig hebben we allebei een fijne vervangende wagen.
En toen, tijdens het mijmeren onder het genot van een fijne bak koffie, kwamen alle auto's eens langs.
Voor degenen die niks met auto's hebben, of niks met Citroën: helaas. Deze blog bevat veel plaatjes en verhalen over/met mijn auto's. Mocht u dat niks vinden, heb ik een verzoek. De wereldberoemde jazz-muzikant Stan Kenton heeft ooit een plaat opgenomen getiteld:" Kenton plays Wagner". Als u deze blog toch liever niet leest, zou u dan op het wereldwijdeweb voor mij naar die cd/lp op zoek willen gaan? Dank alvast.

Het begon allemaal met een Peugeot, die ik liever vergeet. Afgezet bij autobedrijf Schaepkens, die echt geen afspraken nakwam, en ondanks de BOVAG garantie mij gewoon in de drek liet zakken. Ik koop denk ik nooit meer Peugeot en al helemaal niet bij die smeerlappen van Schaepkens.
Maar daarna kwam al vrij rap de Berlingo. VV-RJ-23.
Deze dus. Deze auto was wél heel betrouwbaar. En wél bij een betrouwbaar bedrijf gekocht (Ronald van Rootselaar in Zaandam). Ik was nog niet zover in mijn leven dat ik auto's een naam gaf, maar heel veel schik had ik er wel mee. De eerste keer dat ik ermee een bocht doorging, en in mijn spiegel keek, schrok ik mezelf het apelazarus. Ik dacht oprecht dat er iemand ongelooflijk aan het bumperkleven was, maar dat bleek de bak van mijn eigen Berlingo te zijn. Ik leerde mijn Berlingo goed kennen. En ook leerde ik olie peilen en bijvullen, want het ding zoop het zoals ik koffie drink. Snel was het ding niet. Luxe zeker ook niet. Maar het reed altijd. Zelfs met een bijna onverantwoordelijk laag oliepeil, bleef hij gaan. Het ding reed gewoon heel erg goed. Ongelooflijk veel avonturen mee beleefd ook. Ik zou bijna zeggen: achter in die Berlingo zijn dingen gebeurd die niet zouden misstaan op de site van the BangBus (parental advisory: very explicit site), of rijschool 69 van Don en Ad (parental advisory: very explicit site). Ik heb met die Berlingo de Keutenberg bedwongen. En er zelfs wielrenners mee ingehaald, zo snel ging dat berg-op nog. Okee, het directe gevolg van die actie was dat die wielrenners door zo'n dikke rookwolk moesten trappen, dat ze volgens mij verdwaald raakten. In die Berlingo hebben 2 mensen overnacht, die te dronken waren om nog naar huis te rijden (jammer dat daarna de laadbak een toch wat zure lucht bleef houden) en zelf heb ik er ook eens een nacht in geslapen nadat ik mijn huissleutel was kwijt geraakt. Midden in de winter, dus een stevige verkoudheid was het resultaat. Na een paar uur slapen, was namelijk de diesel op. Ook niet slim. Hoe dan ook, dit is zo'n auto waar ik nog steeds een beetje spijt van heb, dat ik hem verkocht.

Het gebrek aan luxe, maar vooral ook het olie-verbruik van de Berlingo, deed mij verlangen naar iets moderners. En dat kreeg ik. Ik haalde de allerstomste stunt uit ooit: ik sloot een persoonlijk krediet af om die auto te kopen, en dat doe ik dus noooooooit meer, eeuwig stom, ondanks dat het een heel erg leuk wagentje was. De C3. Die kocht ik met 88.000 maagdelijke kilometers op de teller. Dit was de auto die ik in krap 4 jaar tijd naar de 240.000 kilometer zou rijden. Ritten vooral als mantelzorger. Wekelijks meerdere keren op en neer naar Limburg. Als het al niet het persoonlijke krediet was dat me financieel totaal leegzoog, was het wel dat ik bijna elke 2 maanden bij de garage stond voor een beurt. Tikte behoorlijk aan, die kar. Maar soepel rijden deed het wel. En de airco deed het ook. Een auto ook waarmee ik mijn eerste schade reed: op de dag dat ik mijn busrijbewijs mocht halen bij de gemeente Ede, reed ik over een hekje een, en daarmee de achterbumper compleet los. Bij het hospice waar mijn stervende moeder lag, reed ik, onder toeziend oog van net iets te veel mensen een paaltje omver. (Smoes: ik was gewoon oververmoeid). Een ongeluk komt zelden alleen, zo gaat het spreekwoord. Mijn moeder was amper dood, of ik zat aan een kilometerstand waarbij praktisch alles mis ging. De koppeling was versleten. De airco was lek, de distributie moest gedaan worden, ergens was er een probleem met de vering. Dat kon ik me niet veroorloven. Weg met die auto. Wederom stom. Want dat krediet was nog lang niet afbetaald. Ik besefte toen pas dat de rente op dat soort kredieten echt crimineel hoog zijn. Maar goed, je bent jong en dom en je wil wat.

Toen de C3 ging hemelen, beging ik meer stomme fouten: een BMW (hoewel een goede auto, uiteindelijk niet helemaal mijn ding). Een Nissan (rotte motor). Een Volvo (niet eens een hele slechte, maar gewoon niet zo bijzonder. Wapenfeit: dat ding tot maar liefst 160 kilometer per uur krijgen, want ik moest met Ilse naar het ziekenhuis. Ik had oprecht niet gedacht dat dat ding nog eens de 160 aan zou tikken. Een Ford (rotte motor).

Ondertussen kocht ik voor Ilse (of Ilse kocht op mijn advies) een Saxo. Dat was de eerste echt goede auto die ik in best wel wat tijd uitzocht. Mijn eigen auto's na de C3 waren eigenlijk niet veel soeps. De Saxo was een diesel en werd Abby gedoopt. Sinds ik met Ilse ben, hebben onze auto's namen. Een diesel, want er moesten meer kilometers gemaakt worden voor haar werk, een Citroen omdat ik bekend was met die oude dieselmotoren, en die waren gewoon goed. Luxe, want stuurbekrachtiging en electrische ramen. We zijn ermee naar Parijs gereden. Terug via allemaal kleine landweggetjes terug, en dat hadden we beter niet kunnen doen. Op de een of andere manier kreeg de kleine Abby een storm van steentjes te verduren. Ondanks dat we heel erg veel afstand hielden tot de voorganger. Vloekend op de schade zijn we verder gereden. Maar Abby gaf geen krimp. Ze reed wonderlijk lekker. Heel erg comfortabel ondanks het ouderwetse geklop van de dieselmotor in het vooronder, en als je eenmaal vaart had (geduld was een schone zaak, de 0-100 werd niet in seconden maar in kwartieren geteld) was het leuk rijden op klaverbladen. Ook Ilse had er veel plezier van. Even uitgezonderd het moment dat IK erin reed, en haar een boete aansmeerde door nét effies te snel langs een laser-controleur te rijden. En uitgezonderd ook het moment dat Abby weer de verkoop in moest. Een diesel rijden terwijl je hard op zoek bent naar werk, is nu eenmaal geen heel erg goede combinatie. Dus met een traan van spijt moest Abby het veld ruimen.

Nadat ik de Ford wegdeed vanwege wederom een hoog olie verbruik (elke 350 kilometer was het carter leeg, dan was zelfs de Berlingo met zijn litertje per 1000 kilometer nog een zuunige Zeeuw) had ik even niks. En dat was problematisch, want mijn auto's waren altijd de aangewezenen binnen ons gezin om de caravan te trekken. (Breng een vrouw maar eens aan het verstand dat een kleine chick-blik niet echt geschikt is voor een caravan, laat staat met belading en alle koffers en troep die met een baby meemoeten. Dus moest er voor mij wederom een grote auto komen. Ook al omdat ik die zelf met mijn kilometers prettiger op de snelweg vind dan al die kleine gebakjes. En daar kwam de eerste C5. Madame Jeanette. Wat had ik een plezier van deze auto. Voor de grootte en zwaarte van de auto, was ze verrassend zuinig. Het veercomfort was ongeevenaard, alle luxe die ik maar wilde -én meer!- zat erop, ze trok de caravan als een tierelier (zelfs toen Ilse tot mijn wilde verbijstering op de snelweg zomaar aan de sleutel draaide en daarmee de auto (met caravan) gewoon uitzette. Haar reden: ze wilde de radio zachter zetten, maar vergiste zich. Ze dacht dat de sleutel de stuurbediening van de radio was. Zouden op elkaar lijken). Door madame Jeanette ben ik me veel meer gaan verdiepen in het fenomeen Citroën. Ben lid geworden van een paar clubs om meer info te vergaren. Meer kennis en inzicht te krijgen. Heb door madame Jeanette ook wat vriendschappen opgedaan. Zelf een paar keer mogen sleutelen. Haar mooier gemaakt met chiquere velgen. Het werd een hobby, die uitmondde in fijne sociale contacten en die ook weer nieuwe hobby's genereerde: het verzamelen van modelauto's (uiteraard Citroën) en hobby'en met hout. Kilo's hout, lange planken. Ze slikte het allemaal goedmoedig. Ook met caravan en andersoortige aanhangers had ze geen problemen. Want ik onderhield haar goed.
Toen ik eigenlijk net zover was, dat ik voor mijn gevoel niks meer kon doen om haar mooier te krijgen, sloeg het noodlot toe: ik prakte haar in een vangrail. Total Loss. Ik kon wel janken. Heb ik ook gedaan, trouwens. Als beloning voor alle TLC, en toen het erop aankwam, hield ze ons heel. Met een lach (als de spreekwoordelijke boer met kiespijn) en een traan (okee, het waren er meer) hebben we haar voort laten leven in diverse andere c5'en en zelfs een Xsara Picasso, een Peugeot en een Berlingo hebben delen van haar gekregen.

Omdat ik madame Jeanette nog lang niet af had geschreven, was er dus geen budget voor een waardige vervanger, dus kocht ik via een vriendje een Xantia. Vanuit dit vriendje in de hoop dat ik een verstokte Xantia liefhebber zou worden. Het was voor ons allemaal duidelijk: tot de APK en niet verder. Voor 300 euro moet je niet klagen, en mag je blij zijn dat je een auto hebt, die rijdt. En rijden deed ze, Puck. Maar dat was ook het enige. Want geen airco, geen elektrische ramen, geen sleutel met afstandsbediening, geen lekkere vering (want veerbollen waren op) koppeling die niet meer helemaal fris was. Veel gebruikerssporen en roest. Kortom: geen heel denderende auto. Maar ik kon weer vooruit.
De APK zou in november zijn, maar een paar maanden geleden haalde ik het in mijn stomme kop om de verkeerde brandstof te tanken. E10. Want die is zo lekker goedkoop. Ja, maar motoren voor 2000 kunnen dat spul niet hebben. Ergo: het leek erop dat de motor me dit helemaal niet in dank af zou nemen. En als kers op de instort-taart: een gevalletje van pech-hulp die wél spectaculair was. De accu verkeerd aansluiten om starthulp te geven. (Niet mijn fout, deze keer). Vuurwerk gezien dat bij oud en nieuw niet zou misstaan. Wat óók heel spectaculair zou zijn: mijn gevloek omdat die auto bij élke rembeweging afsloeg. Bij filerijden of zelfs maar afremmen om een haakse bocht te nemen, sloeg die motor af. Doodeng, want dan deed ook de rembekrachtiger het niet meer, om nog maar te zwijgen van de stuurbekrachtiging, waardoor bochten ook ineens wel heeeeel erg ruim werden, als ik al niet in de berm zou verdwijnen. Een en ander leidde wél tot een onbehoorlijk goed geoefend benenspel en gepeddel onderin. Gas los, remmen, koppeling in, gas in, remmen, koppeling in, gas los, remmen etc, om die bak maar aan het draaien te houden. Mijn kuiten zijn 3 maten gegroeid, zoveel spieren heb ik eraan over gehouden.
Kortom: weg ermee. Het voelde niet goed, niet vertrouwd, maar vooral: niet veilig.


En daarmee deed Renée haar intrede. Genoeg over haar geschreven. Ze krijgt nog wat kleine cosmetische correcties, maar daar houdt het op. Er zitten al knappe nieuwe velgen op, er moeten nog een paar dingetjes met de ophanging die op zich voor de veiligheid niet erg zijn, maar voor het gevoel wel jammer, en een rubbertje zo her en der. En dan is het een kwestie van haar net zo veel tlc geven als madame Jeanette. Qua looks is ze mooier. Qua comfort is ze iets beter. En ik ben vast van plan om haar langer mee te laten gaan.
Bent u tot hier gekomen met lezen?
Dus van u krijg ik niet te horen waar ik "Kenton plays Wagner" kan vinden? Jammer.
Ik hoop dat dit Citroënnistisch geleuter een kleine glimlach heeft gegeven. Anders heb ik geen Kenton plays Wagner, en u een paar minuten volstrekt verspild.
De volgende blog zal wat minder auto's bevatten, maar aangezien deze alleen maar auto's bevat, is dat niet heel moeilijk.

Santé.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Een weekje niet zo vrij.

 Oeps. Excuses. Een weekje overgeslagen. Maar goed, als je niks te zeggen hebt, is het misschien ook wel goed om niks te zeggen. Ik had zelf...