donderdag 4 augustus 2011

...en wij maar denken dat het de hond was....

Een weekje Normandie, de meeste reacties van collega's was redelijk spottend: "neem maar een extra paraplu mee". Alsof de weergoden dit gehoord hadden, was het de hele week gemiddeld 25 graden, met een stralend zonnetje. Die ene dag dat we regen hadden, gingen de sluizen ook echt helemaal open, zo erg, dat de riolen overstroomden, maar dat mocht de pret niet drukken.

Bij aankomst in het dorpje (Le Mesnil Amey) waren we uiteraard verkeerd gereden. Het dorpje bleek totaal uitgestorven te zijn, met uitzondering van een oud vrouwtje. Het was een bruisend geheel. De ontvangst door Coen was prettig: we kregen koffie, een korte uitleg over de gang van zaken, en we mochten lekker op ons gemakje onze tent opzetten. De volgende begroeting was van Sjimmie (of Jimmy), de hond. Een soort van schapendoes leek het wel: de hele week heeft hij al zijn energie besteedt om 'de kudde' (zijnde alle gasten) bij elkaar te krijgen, en te houden. Uiteraard was mijn slaapzak niet warm genoeg. Ik dacht van wel, Syl dacht van niet, en helaas voor mij, kreeg ik ongelijk. Het eten in deze B&B oftewel Chambre d'hote (of met au, of met zo'n dakje op de o) was werkelijk waar genieten tot de laatste kruimel. Coen, de eigenaar, wist ons te verrassen met een heerlijke lamsbout, de lekkerste wijnen (4 flessen meegenomen) en een onvergetelijke kaas-wijn proeverij. Zijn vrouw Ingrid, was de ster in salades. En beiden weten ze erg goed hoe je een idyllische plaats kunt omtoveren in een Asterix en Obelix dorpsfeest. Met alle gasten gezellig aan het vuur gezeten, genieten van een lekker glas wijn, en mooie verhalen, goeie discussies, waarin we alle wereldproblemen in het algemeen, en de problemen van Nederland in het bijzonder erg soepel oplosten.
Ergens diep in de nacht, werd ik wakker geschud. Of ik dat ook hoorde. Nee, ik hoorde niks, ik sliep net, en als ik slaap, kunnen ze mijn bed onder me vandaan roven. Maar het monotone gekwaak van een vogel hoorde ik wel, net als het balken van een ezel, een paar honderd meter verder. Syl doelde op een beest rondom de tent. Een hijgend beest rondom de tent. Het hele verhaal wat besmuikt aan Coen verteld, waarop ik mompelde dat de hond waarschijnlijk op onderzoek uit was. Waarop Coen zoiets zei van:"Jullie willen niet weten wat de eigenaar 's nachts allemaal doet. En jullie maar denken dat het de hond was..."
Verder moest het natuurlijk ook gebeuren dat ik door een stoel zakte. Van die opvouwbare campingstoelen, met zitting en rugleuning van canvas. Ik had nooit kunnen vermoeden dat dat spul zou vergaan, maar blijkbaar doet het dat toch. Zonder hoorbaar gescheur of gekraak, zakte ik door de zitting heen, waarop een belgische mede-gast vroeg of die stoelen altijd zo laag bij de grond waren. Ik voelde me uiteraard bijzonder lomp. Ik vrees bij campings altijd een beetje het sanitair. Maar ook hier geen klagen. Het was schoon, en bijzonder comfortabel.

Tussen die bedrijven door, zijn we naar de D-day stranden en musea geweest. Heel indrukwekkend om te zien. De Amerikaanse graven, de achtergebleven bunkers, kazematten, musea, etc. Wat daarbij minstens zo indrukwekkend was, in alle sobere eenvoud, waren de begraafplaatsen van de Duitse soldaten. Erg mooi onderhouden ook, maar veel minder uitbundig of groots.
Ook zijn we naar de mont Saint Michel geweest. Heel erg leuk om eens te zien, we hebben havenstadjes, kerken, gemeentehuizen in dorpjes waar hier in Nederland al lang geen burgemeester meer zou zijn, vissersdorpjes, piratenstad, etcetcetc. Kortom: helemaal tot rust gekomen.

De terugreis moest uiteraard ook aanvangen. Ik heb dat nog een beetje kunnen rekken, maar ach, men moet ook werken voor de kost. Waar ik over het sanitair in Frankrijk nauwelijks had te klagen (hoewel ze wel beter moeten aangeven wat de mannen en vrouwen toilet is, de verontwaardigde blik van een vrouw nadat ik het damestoilet van onherstelbare geuren had voorzien, sprak boekdelen, nog zonder dat ik haar boze gekwetter kon verstaan) was het in Belgie echt rampzalig. We waren even gestopt om een avondmaaltje te eten, en ik dacht even rap van het toilet gebruik te kunnen maken. De eerste drie hokjes zaten dicht, de laatste stond open. Maar met reden. De uitwerpselen van voorgaande mannen lagen er 3 hoog in de pot opgestapeld, afgewisseld met stukken papier. Bij het zien en ruiken, versleutelde mijn sluitspier zich definitief, tot onze aankomst in Ede. Ik heb geen last van smetvrees, maar voor ik de auto weer instapte toch maar even mijn handen extra met alcohol schoongewreven.

En nu ben ik weer thuis. Vanaaf een van de flesjes wijn opentrekken, om toch nog even na te genieten.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Stoelen, mieren, oorlog en gekwek

Onze nieuwe stoelen zijn gearriveerd. Dat is een paar weken eerder dan de beloofde leveringsdatum, en daar kunnen heel wat grotere bedrijven...