dinsdag 4 juni 2013

Vlieland en Catootje

Vlieland.
Een leuke reis, voor een leuk optreden op het eiland. We zijn met een boot stuiterend over de golven van de Waddenzee naar een zeehondenkolonie geweest. In het echt zijn ze minder aantrekkelijk dan in de reclamespotjes van Leny 't Hart, maar wel leuk om ze eens in het wild te zien.
En ook de naverbranders van de F-16 van de luchtmacht waren in het echt indrukwekkender dan op tv. Zo zie je maar. Op tv is alles anders.
We hadden een paar hele mooie dagen, en het resultaat daarvan zit deze blog te tikken met een sneeuwend voorhoofd. Soms vergeet je dat het echt een noodzaak is om je in te smeren als de zon weer eens opkomt.

Een maandag als geen ander. Met dat verschil dat er dinsdagochtend een klein rood poesje in huis rondscharrelt. We zaten al langer te dubben. Wel of niet een klein poesje erbij. Misschien leuk voor Claus. Maar ook omdat een klein poesje zo ontzettend vertederend is.
Ik wilde graag een rode poes erbij, gewoon omdat ik rode poezen en katers gaaf vind. En toevallig was er op marktplaats een rood poesje te koop. Een week of 8 oud, ontwormd en klaar om te vertrekken.
Haar entree was groots. Al tijdens de reis wist ze haar nieuwe baasjes te verbijsteren met een meur die valt onder de wapenwet. Kokhalzend van ellende draaide ik de snelweg op. En Ilse maar kirren en koeren tegen dat ding. Goddank reed ik, en had zij de reismand met poes en stank op schoot.

Haar entree in huis was zo mogelijk nog verwarrender. Claus leek het weinig te kunnen schelen, maar toen ik wat beter op hem ging letten, leek het erop dat hij zijn ongenoegen probeerde te uiten door een walgend soort desinteresse te laten zien.
Dat kleine wurm, daar moest hij niks van hebben. Sterker nog: er moest toch heel even, heel kort naar geblazen worden. Want stel je voor: dat kleine ding, nam zomaar even zijn territorium in! Ook wij ontkwamen niet aan zijn minachting. Zijn kont kregen we te zien, en boze blikken waren ons deel.
Haar eigen kattenbakje werd klaar gezet, en Claus moet tijdelijk zijn hoge plekje op de krabpaal inleveren, zodat Catootje (ja zo heet ze echt) een veilig plekje heeft voor de nacht. En na een bordje lekkers te hebben opgepeuzeld, zijn we vermoeid, maar gelukkig met onze gezinsuitbreiding te bed gegaan.

Na een nachtje erover te hebben geslapen, is Claus tot de conclusie gekomen dat hij het kleine wurm een beetje eng vindt. Hij doet een half hartige poging tot stoer blazen, maar dat kan eigenlijk niet verhullen dat hij volgens mij een beetje griezelt van dat kleintje. En als ze naar zijn zin te dichtbij komt, springt hij op en gaat er vandoor. Om het allemaal van een afstandje eens verontwaardigd te gaan zitten bekijken.
Ozzy moest tot zijn verbijstering toezien hoe Catootje zich op zijn dekentje liet zakken, om daar heel eigenwijs in het rond te gaan kijken.
Eigenwijs is ze wel, en niet echt onder de indruk. Een hond die haar met 1 hap zou kunnen verslinden, jaagt haar nog geen angst aan, zelfs niet als hij met die enorme tong een haal over haar snoet geeft.
Claus treedt ze ook met nieuwsgierigheid tegemoet. En laat zich door zijn hautaine bozige houding niet in het minst klein krijgen.

Gelukkig, de kattenbak weet ze te vinden, maar de meur die ze nog steeds weet te verspreiden is echt te erg. Zoveel stank uit zo'n klein mormel.

Het zal vast goed komen. Net als Claus heeft ze het talent om te gaan zitten of liggen op de plek waar dat het minst handig is. Dus dat geeft hoop.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Stoelen, mieren, oorlog en gekwek

Onze nieuwe stoelen zijn gearriveerd. Dat is een paar weken eerder dan de beloofde leveringsdatum, en daar kunnen heel wat grotere bedrijven...