zaterdag 27 april 2019

Keukengepruts. Wat een trots.

Wie mij tien jaar geleden had verteld dat ik over tien jaar op de bank uit zou puffen van drie dagen noest klussen, had ik keihard in zijn gezicht uitgelachen. Ik? Klussen? Man, ik heb 2 linker handen.... No way dat er uit mijn handen iets nuttigs kan komen.
Toch zit ik nu op de bank uit te puffen van drie dagen knallen, bikkelen en puzzels oplossen. De ene uitdaging was nog niet overwonnen, of de andere stond al te trappelen om aan gegaan te worden.
Maar hij staat. Onze nieuwe keuken.
De oude keuken was in de jaren '90 van de vorige eeuw best heel hip. Toen retro net weer een beetje 'in' was.
En ik gok dat die oude keuken, best goed heeft gefunctioneerd.
Maar toen wij erin trokken, had die keuken zijn beste tijd al wel gehad. En we beloofden elkaar dat er rap een nieuwe zou komen. Met dank aan mijn vader lukte dat inderdaad ongeveer drie jaar later dus ook echt.
Ik heb toevallig een vriendje die erg goed kan tekenen. En dit doet voor een keukenzaak. En ik heb een vrouw die qua smaak niet heel erg afwijkt van mij. En die vrouw van mij heeft een handige vader, die weer handige vrienden heeft. En zo kon het gebeuren dat drie dagen geleden onze zeer strakke keuken werd bezorgd. Zeer strak wit, maar met een paar waanzinnig gave details. Zwarte kraan en spoelbak. Een soort van steentjes-mozaïek werkblad. Antraciet-zwarte handgrepen. En een oven die niet stuk is, niet de stoppen uit de meterkast door het dak jaagt van ellende, maar die gewoon functioneert.
Al die mooie tekeningen, en handige vrienden konden niet voorkomen dat het zelf inbouwen van de keuken gewoon een enorme klus is die je aangaat, als je dat nog nooit eerder hebt gedaan.
En ik ben blij dat ik rook, want af en toe stond het huilen mij nader dan het lachen. Frustratie als dat mooi bedachte stukje, toch net ff iets anders moest, omdat het mooi ontworpen afvoertje, toch echt op geen enkele andere manier in het huis gerost wenste te worden.
Frustratie toen we erachter kwamen dat er toch een paar dingen bij de gamma gekocht moesten worden. En uiteraard spierpijn op plaatsen waarvan ik niet wist dat er überhaupt spieren zaten. Want je wringt je nogal eens wat in bochten, als je een keuken inbouwt. Bochten waarvan je van te voren niet wist dat het mogelijk was om die met je lijf te maken. In elk geval niet met mijn volronde lichaam.
Maar hij staat. Ik stink als een bunzing, want mijn hoeveelheid kluskleding is niet berekend op 3 dagen, en ik heb voor mijn gevoel even veel vocht via mijn poriën verloren als via mijn urineweg. Mijn bril is nauwelijks meer doorzichtig, omdat we nogal wat hebben moeten zagen, en het uitpakken van alle (keurig netjes voorgemonteerde) kasten, heeft meer sneeën veroorzaakt dan waar een automutilant van kan dromen.
En dus zaten Ilse en ik voldaan uit te puffen van 3 pittige dagen.
Dagen die ook voor Jente behoorlijk pittig waren. Want ook zij moest in haar vakantie maar accepteren dat haar huis ineens nog veel erger een soort van vuilstort was van gereedschap, tijdelijk geparkeerd keukengerei en verpakkingsmaterialen. Om nog maar te zwijgen van de voor haar onverwacht klinkende herrie van boren, zagen, hakken en vloeken.

Hulde ook voor Ilse die er de moed in hield als ik het ff niet meer zag zitten, ondanks zeer kundige hulp. Voor het regelen van vele randvoorwaarden, en toch telkens maar weer voor elkaar kreeg om Jente (die in het hele proces kans zag om een nieuwe mijlpaal te bereiken: de eerste keer van de trap lazeren) te kalmeren en bezig te houden.

Hebben we onderdelen overgehouden: ja! Onderdelen waarvan ik hoop dat niet blijkt dat ze van substantieel belang zijn om de keuken staande te houden. Onderdelen waarvan ook eigenlijk wel een beetje gezegd had kunnen worden: RTFM!!!!! Want die hebben we zo af en toe wel gezien, maar net als bij vele gereedschappen: we waren het even vaak kwijt als rijk. En uiteraard net als ik vervanging had gezocht en gevonden, dook het oorspronkelijke stuk benodigde gereedschap weer op.

Hij staat, en functioneert. Het is niet iets waarvan ik zeg: kom, we doen dat binnenkort nog eens. Maar het was leerzaam, en uiteindelijk leuk om trots naar te kunnen kijken, en zeggen: fak dat shit man, heb ik ff gedaan! Morgen nog eventjes de laatste zut opruimen, en we gaan opgewekt door met alledag.

Om bovenstaande heb ik dus dat hele koningsdagfestijn totaal gemist. Ik zag in een flits wel heel even op de tv hoe de koning door een straat in Amersfoort gejaagd werd om allemaal uitzinnige mensen de hand te schudden. En ik hoor in de verte het feestgedruis in het centrum van Almere.

Los van dit alles, was het eigenlijk een lekker rustige week. Wat mij wel opviel was dat de efteling weer eens negatief het nieuws haalde.
Er waren blijkbaar mensen die het nodig vinden om hun liefde voor dieren op een wat onhandige wijze kenbaar te maken.
De efteling heeft namelijk wat knolletjes in dienst die met een vlammende deken een showtje moeten lopen voor allemaal rijk grut, en dat vinden de dierenvriendjes niet zo leuk. Dus bedachten de dierenvriendjes dat het wel eens een goed idee zou zijn om de knollenshow te verstoren.
Gevolg: kindjes over de zeik, knolletjes waarschijnlijk erger geschrokken van het veganistische gepeupel dan van dat hete dekentje, efteling boos, en de veganistische dierenvriendjes hebben een boel vijanden gemaakt. Kortom: NIEMAND blij.
Dat je als dierenvriend vaak meer hebt met dieren dan met mensen, kan ik me voorstellen. Dat je als dierenvriend meer met dieren hebt, dan met het gebruik van gezond verstand, is ook niet echt uitzonderlijk te noemen. Maar dit soort acties doen ze vaker, en er wordt eigenlijk alleen maar meer tegenstand mee opgewekt. Je zou bijna zeggen: dit moeten we anders doen voortaan.
En die tegenstand gaat ver.
Mensen die durven zeggen dat een dergelijke show dier onvriendelijk is, krijgen letterlijk alle vormen van ziektes toegewenst, en hersendiarree en overige hatelijkheden over zich uitgestort. Zó heftig en erg, dat ik me afvraag wie er nu precies getikt is. Die vegan-streaker-dierenactivisten, of de reaguurders daar weer op. (Die overigens vaak hun hersenbraaksel niet eens zonder grammaticale ellende uit hun toetsenbord krijgen). Het zou voor sommige lieden helemaal geen kwaad kunnen om het idee van doeslief wat meer in praktijk te brengen.

En over doe eens lief gesproken: ik wil mijn blog toch een beetje positief afsluiten: gisteravond waren Ilse en ik best wel moe en gaar al, en mijn dochter heeft dan feilloos in de gaten hoe ze dat kan uitbuiten.
Ze vindt het geweldig om in het grote bed te slapen. Liefst tussen papa en mama in, maar als één van ons tweeën opduvelt en ergens anders slaapt, vindt ze dat ook best.
Dus toen het voor haar bedtijd was, vroeg ze met een briljant gevoel voor timing, opportunisme en pure schalksheid of ze in het grote bed mocht slapen.
En wij, sukkels, waren net te gaar om meteen nee te zeggen. Ilse bood al gelijk aan om op ons nieuw aangeschafte logeerbed te slapen (nou ja, nieuw: van marktplaats, dit omdat we besloten dat als mijn vader komt logeren, we hem echt niet meer op een matras op de grond kunnen laten slapen. De man is echt al behoorlijk op leeftijd, en de logeermatrassen hebben we inmiddels ook al weggegooid, dus dat had voor onprettige nachten gezorgd).
Ik kegelde Jente op bed, en toen ik vanmorgen wakker werd, keek ik dus in de stralende, lachende oogjes van mijn dochter. Langzaam wakker worden. En dan haar stemmetje, nog wat timide van de slaap: goeiemorgen papa. Wat knuffelen. Beetje stoeien. Wat kietelen. Ze wil over me heen lopen. En dan naar beneden.
Tja.
Op de een of andere manier zijn dat soort momenten goud. Zelfs als je dan beneden komt in een puinbak omdat de keuken nog niet af is.
Dat soort momenten zijn de geluksmomenten van het vader zijn.

Dat geschreven hebbende, begint nu mijn weekend.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Stoelen, mieren, oorlog en gekwek

Onze nieuwe stoelen zijn gearriveerd. Dat is een paar weken eerder dan de beloofde leveringsdatum, en daar kunnen heel wat grotere bedrijven...