vrijdag 3 februari 2017

Mijn trompet...

Een van de laatste lessen die ik van mijn eerste docent kreeg: nooit spulletjes verkopen. Dat deed ik uiteraard toch, en maar in één enkel geval heb ik daarvan spijt als haren op mijn hoofd. Dat was overigens meer een financiele kwestie.
Het was in de tijd dat mijn moeder aan het creperen was aan kanker. Ik gebruikte mijn piccolo nooit, en had dringend geld nodig. Want om wekelijks meerdere keren naar Limburg te rijden, kost klauwen met geld. Niet alleen aan diesel. (4500 liter diesel verstookt puur aan mantelzorg ritjes, heb ik ooit eens berekend, en die berekening was aan de behoudende kant). Maar omdat de kilometers eraan vlogen (bijna letterlijk) was mijn auto sneller en vaker toe aan beurten, en vervangingen van (dure) onderdelen.
Heel gek, maar omdat ik voor die mantelzorgritjes ook het een en ander moest laten schieten aan werk, verdiende ik dus zeker niet meer geld. Maar ja... Die auto moest wel blijven rijden.
Dus maar een rigoureus besluit genomen: de piccolo gebruik ik het minste, levert bij verkoop het meeste op, ergo: weg met dat ding. Dan kan ik blijven rijden, want om je moeder in haar eentje af te laten sterven is ook weer zo wat.
Met een licht gevoel van wrevel nam ik op een sneeuwerige dag afscheid van mijn kleinste.
En heel veel andere opties had ik niet. Ten minste: ik was me niet bewust van het feit dat er andere opties zouden kunnen zijn. En bedelen om geld of hulp, heb ik nooit echt gekund.

Zul je uiteraard altijd zien: heb je dat ding verkocht: stromen de snabbels op die piccolo binnen. Kut.
Gelukkig was daar Peter. Peter is de man achter Dal Segno, en die wilde mij wel een andere piccolo verkopen. Heel klant- en mensvriendelijk. Op het gemakje. Geen problemen. In alle vertrouwen.
Dus kon ik ook zonder al te veel moeite dat soort snabbeltjes aannemen. Fijn. Zo kon ik toch ook weer verder.

We gaan nog wat verder terug in de tijd. 2001. Ik kocht mijn allereerste, eigenhandig, zelf uitgekozen grote bes trompet. Een Olds. Uit 1966. Zag er niet uit, dat ding. Maar spelen als een tierelier. Alle blanke lak had los gelaten. De sporen van een veelvuldig gebruikt, druk leven zaten erin. Maar qua geluid paste het perfect bij me. Olds was als "thuiskomen".
Ik kan er nog heel veel woorden aan vuilmaken, doe ik niet: die Olds was en is gewoon mijn muzikale maatje.

Fast forward 2014-heden ongeveer.

Olds heeft jaren lang in zijn koffer gezeten. Zo af en toe mocht hij er even uit, om te kijken of het nog wat was. Zelfs een keer een enorme beurt gegeven. Maar heel veel spelen, deed ik er niet mee. De jaren zijn hem aan te zien. En daar komt bij dat ik een allergie heb ontwikkeld voor ongelakt messing/koper.
Een allergie die zich uit in vreselijke darmkrampen en dunne poep. Ik krijg het als ik langer dan een uurtje erop speel. Mijn handen worden groen, gaan tintelen en vervolgens moet ik maken dat ik binnen het uur een rustig toilet vind, want mijn lichaam wil al dat messing/koper zo snel mogelijk kwijt. En heeft daar echt wel tijd voor nodig. Vandaar ook een rustig toilet, want niets is vervelender dan een enkel toilet gedurende een flink deel van de dag bezet houden, omdat je net met je beroep bezig bent geweest. Om nog maar te zwijgen van het nogal genante feit dat in een kerk de meeste toiletten niet gescheiden zijn. Of erger nog: er is maar één toilet. Ga dan eens rustig zitten, terwijl er een hele rij aan dames voor de deur staan te hippen voor hun obligate damesplasje. Voelt toch enigszins raar, zelfs voor iemand als ik, die zich aan dat soort futiliteiten niet snel zal storen.
Maar ja.
Dan heb ik dus een waanzinnig fijn instrument (inmiddels 51 jaar oud) in de kast, waar ik waanzinnig veel fijne muzikale momenten mee heb beleefd, kan ik er niet op spelen.
Wat moet ik er dan nog mee?
Ik heb het instrument een aantal jaar geleden te koop aangeboden (ook omdat mijn moeder maar niet wilde sterven, en ik toch echt een beurt voor een auto moest hebben), maar toen wilde niemand hem hebben.
En ook nu. Ik zit heel erg te aarzelen. Wat moet ik er nog mee. Eigenlijk zou ik hem opnieuw van een laklaag moeten voorzien. Maar wat doet dat met het speelgevoel. Met het geluid.
En als ik er toch niet op kan spelen, waarom zou ik hem dan niet verkopen, liefst aan iemand die er zelf op gaat spelen, en niet aan iemand die er 1000 euro bovenop gooit, om hem met winst te verkopen?
Dit instrument heeft voor mij een enorme emotionele waarde.
Aan de andere kant: een trompet is gewoon een dood stuk metaal, met een bepaalde prijs... En liggend in de kast, gaat die er in elk geval niet beter van klinken. Liggend in de kast heb ik er niks aan, en ook het publiek heeft er weinig aan.
Voor de prijs die ik denk ervoor te kunnen vangen, kan ik enorm veel hele gave Citroën modellen kopen. Een paar leuke vissen voor in mijn vissenbak.
Een paar leuke "add-ons" voor mijn auto, zoals houten inleg.
Of een koffiemachine die geen water verknoeit.
Of...
Maar dan heb ik in mijn koffer een groot gapend gat zitten. Een gat in plaats van mijn eerste, meest waardevolle trompet.
Ik zit dus heel erg te twijfelen. Enerzijds: als de trompet de koffer niet uitkomt, is hij per definitie waardeloos. Anderzijds: de spijt die ik als haren op mijn hoofd ga krijgen, zal onverantwoordelijke proporties aannemen.

Dus....
Verkopen of niet....
Lastig.

Mijn nieuwe bril is een instant succes, al kreeg ik vandaag de tip om de een eventueel volgende foto van grotere afstand te nemen. Dat had ik in eerste instantie al wel gewild, maar ja, bij het maken van een selfie heb je de armlengte als handicap. Ik kon dus simpelweg niet verderaf een foto maken.
Het mooiste compliment over mijn bril kwam van vriendje Jurgen:" Marnix, die bril is rond, en dat past perfect bij de ronde vormen van jouw lijf".
En daar kan ik hem dan weer geen ongelijk in geven.






Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Worstenman, vrije dag en groene vingers.

Die titel klinkt als een clickbait. Want raar. Maar ja, verwacht u iets anders? De paasdagen komen er weer aan, en wederom ben ik glad verge...